2010–2019
De kracht van de Schriften
Oktober 2011


De kracht van de Schriften

De Schriften zijn net pakketjes met licht die ons verstand verlichten en ruimte scheppen voor leiding en inspiratie uit de hemel.

Wie in deze conferentie naar dit spreekgestoelte komen, voelen de krachten van uw gebeden. We kunnen niet zonder die gebeden en danken u daarvoor.

Onze Vader in de hemel begreep dat wij tijdens onze aardse proeftijd grote moeilijkheden moesten meemaken om de gewenste vooruitgang te maken. Sommige daarvan zouden bijna overweldigend zijn. Maar Hij voorzag ons van hulpmiddelen om succes te hebben tijdens onze sterfelijke proeftijd. Enkele van die hulpmiddelen zijn de Schriften.

Onze Vader in de hemel heeft door de eeuwen heen speciale mannen en vrouwen geïnspireerd om, door leiding van de Heilige Geest, oplossingen te vinden voor de meest verbijsterende levensproblemen. Hij heeft die bevoegde dienstknechten geïnspireerd om die oplossingen in een soort handboek vast te leggen voor zijn kinderen die geloof hebben in zijn plan van geluk en in zijn geliefde Zoon, Jezus Christus. Wij hebben gemakkelijk toegang tot die leiding door middel van de schat die we de standaardwerken noemen — dat wil zeggen het Oude en Nieuwe Testament, het Boek van Mormon, de Leer en Verbonden en de Parel van grote waarde.

Omdat Schriften tot stand komen via geïnspireerde communicatie door de Heilige Geest, zijn zij zuivere waarheid. We hoeven ons geen zorgen te maken over het waarheidsgehalte van de ideeën die in de standaardwerken te vinden zijn, omdat de Heilige Geest het werktuig was dat de mensen die de Schriften hebben geschreven inspireerde.

De Schriften zijn net pakketjes met licht die ons verstand verlichten en ruimte scheppen voor leiding en inspiratie uit de hemel. Zij kunnen de sleutel zijn om het communicatiekanaal met onze Vader in de hemel en zijn geliefde Zoon, Jezus Christus, te openen.

De Schriften maken onze uitspraken gezaghebbend als ze op de juiste wijze worden geciteerd. Ze kunnen trouwe vrienden worden die niet beperkt zijn door geografie of agenda. Ze zijn altijd beschikbaar als we ze nodig hebben. Als we ze gebruiken, bieden ze ons een fundament van waarheid dat geactiveerd kan worden door de Heilige Geest. Als we teksten bestuderen, overdenken, onderzoeken en uit het hoofd leren, is het alsof we een dossierkast vullen met vrienden, waarden en waarheden waarop we altijd en overal ter wereld een beroep kunnen doen.

Schriftteksten uit het hoofd leren, kan ons veel macht geven. Een schrifttekst uit het hoofd leren is een nieuwe vriendschap beginnen. Het is alsof je een nieuwe persoon ontdekt die je kan helpen in tijd van nood, kan inspireren en troosten en een bron van motivatie kan zijn voor benodigde verandering. Zo is het uit het hoofd leren van deze psalm een bron van kracht en begrip voor mij geworden:

‘Des Heren is de aarde en haar volheid, de wereld en die daarop wonen.

‘Want Hij heeft haar op de zeeën gegrond en op de stromen gevestigd.

‘Wie mag de berg des heren beklimmen, wie mag staan in zijn heilige stede?

‘Die rein is van handen en zuiver van hart, die zijn ziel niet op valsheid richt, noch bedrieglijk zweert.

‘Die zal van de Here een zegen wegdragen en gerechtigheid van de God zijns heils’ (Psalmen 24:1–5).

Zo’n tekst overdenken geeft veel richting in je leven. De Schriften kunnen een fundament van steun zijn. Ze kunnen een enorme bron vormen van gewillige vrienden die ons kunnen helpen. Een uit het hoofd geleerde tekst wordt een blijvende vriend die niet verflauwt naarmate de tijd verstrijkt.

Een Schriftgedeelte overdenken kan een sleutel zijn om openbaring en de leiding en inspiratie van de Heilige Geest te ontsluiten. De Schriften kunnen een verontruste ziel kalmeren doordat ze vrede en hoop schenken, en herstel van het vertrouwen dat men de problemen van het leven kan overwinnen. Ze hebben een sterk vermogen om emotionele problemen te genezen als er geloof is in de Heiland. Ze kunnen lichamelijke genezing bespoedigen.

De Schriften kunnen ons op verschillende momenten in ons leven iets anders vertellen, afhankelijk van wat we nodig hebben. We kunnen in een tekst die we al vaak hebben gelezen nieuwe nuances zien, die verfrissend en verhelderend zijn als we met een nieuw probleem geconfronteerd worden.

Hoe gebruikt u de Schriften? Onderstreept u erin? Maakt u aantekeningen aan de zijkant om u te herinneren aan een ogenblik van geestelijke leiding of een ervaring waarvan u veel geleerd hebt? Gebruikt u alle standaardwerken, met inbegrip van het Oude Testament? Ik heb kostbare waarheden in het Oude Testament gevonden die essentiële ingrediënten zijn van het platform van waarheid dat mij leidt en als een bron dient wanneer ik anderen over het evangelie probeer te vertellen. Daarom houd ik van het Oude Testament. Ik vind er kostbare parels van waarheid in verspreid. Bijvoorbeeld:

‘Maar Samuël zeide: Heeft de Here evenzeer welgevallen aan brandoffers en slachtoffers als aan horen naar des Heren stem? Zie, gehoorzamen is beter dan slachtoffers, luisteren beter dan het vette der rammen’ 1 Samuël 15:22).

‘Vertrouw op de Here met uw ganse hart en steun op uw eigen inzicht niet.

‘Ken Hem in al uw wegen, dan zal Hij uw paden recht maken.

‘Wees niet wijs in uw eigen ogen, vrees de Here en wijk van het kwaad;

‘Veracht, mijn zoon, de tuchtiging des Heren niet en keer u niet met weerzin af van zijn bestraffing.

‘Want de Here bestraft wie Hij liefheeft, ja, gelijk een vader een zoon, aan wie hij welgevallen heeft.

‘Welzalig de mens die wijsheid vindt, de mens die verstandigheid verkrijgt’ (Spreuken 3:5–7, 11–13).

Het Nieuwe Testament is ook een bron van waarheidsdiamanten:

‘Jezus zeide tot hem: Gij zult de Here, uw God, liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand.

‘Dit is het grote en eerste gebod.

‘Het tweede, daaraan gelijk, is: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf.

‘Aan deze twee geboden hangt de ganse wet en de profeten’ (Matteüs 22:37–40).

En de Here zei: ‘Simon, Simon, zie, de satan heeft verlangd ulieden te ziften als de tarwe,

‘maar Ik heb voor u gebeden, dat uw geloof niet zou bezwijken. En gij, als gij eenmaal tot bekering gekomen zijt, versterk dan uw broederen.

‘Hij zeide tot Hem: Here, met U ben ik bereid ook gevangenis en dood in te gaan!

‘Maar Hij zeide: Ik zeg u Petrus, de haan zal heden niet kraaien, eer gij driemaal zult geloochend hebben, dat gij Mij kent. (…)

‘En bij het licht van het vuur zag een slavin hem zitten en zij keek hem scherp aan en zeide: Ook die was bij Hem!

‘Maar hij loochende het en zeide: Vrouw, ik ken Hem niet!

‘En even daarna zag een ander hem en zeide: Ook gij behoort tot hen! Maar Petrus zeide: Mens, ik niet!

‘En ongeveer een uur later verzekerde een ander en zeide: Inderdaad, ook die man was bij Hem, want hij is een Galileeër!

‘Maar Petrus zeide: Mens, ik weet niet, wat gij zegt! En terstond, terwijl hij nog sprak, kraaide een haan.

‘En de Here keerde Zich om en zag Petrus aan. En Petrus herinnerde zich het woord des Heren, hoe Hij tot hem gezegd had: Eer de haan heden kraait, zult gij Mij driemaal verloochenen.

‘En hij ging naar buiten en weende bitter’ (Lucas 22:31–34, 56–62).

Mijn hart huilt om wat Petrus bij die gelegenheid is overkomen.

De volgende tekst in de Leer en Verbonden is mij bijzonder tot zegen geweest: ‘Tracht niet mijn woord te verkondigen, maar tracht eerst mijn woord te verkrijgen, en dan zal uw tong worden losgemaakt; dan, indien u dat verlangt, zult u mijn Geest en mijn woord hebben, ja, de macht Gods om mensen te overtuigen’ (LV 11:21).

Naar mijn mening wordt de waarheid in het Boek van Mormon met ongekende helderheid en macht uitgelegd. Bijvoorbeeld:

‘En nu wil ik dat gij ootmoedig zijt, en onderworpen en zachtmoedig, gezeggelijk, een en al geduld en lankmoedigheid, matig in alle dingen, te allen tijde nauwgezet in het onderhouden van de geboden Gods; dat gij om alle dingen vraagt die gij nodig hebt, zowel geestelijke als stoffelijke; en God altijd dankt voor alle dingen die gij ontvangt.

‘En ziet toe dat gij geloof, hoop en naastenliefde hebt, want dan zult gij altijd overvloedig zijn in goede werken’ (Alma 7:23–24).

En nog een voorbeeld:

‘En de naastenliefde is lankmoedig en goedertieren en niet afgunstig en niet opgeblazen; zij zoekt zichzelf niet, wordt niet verbitterd, rekent het kwade niet toe en is niet blijde over ongerechtigheid, maar zij is blijde met de waarheid; zij verdraagt alle dingen, gelooft alle dingen, hoopt alle dingen en doorstaat alle dingen.

‘Daarom, mijn geliefde broederen, indien gij geen naastenliefde hebt, zijt gij niets, want de naastenliefde vergaat nimmer. Houdt daarom vast aan de naastenliefde, die het voornaamste van alles is, want alle dingen moeten vergaan —

‘maar de naastenliefde is de reine liefde van Christus en zij houdt eeuwig stand; en wie ook ten laatsten dage in het bezit daarvan wordt bevonden, met hem zal het wel zijn.

‘Welnu, mijn geliefde broeders, bidt tot de Vader met alle kracht van uw hart dat gij met die liefde — die Hij heeft geschonken aan allen die ware volgelingen zijn van zijn Zoon Jezus Christus — vervuld zult zijn, opdat gij zonen van God zult worden; opdat wij, wanneer Hij verschijnt, Hem gelijk zullen zijn, want wij zullen Hem zien zoals Hij is; opdat wij die hoop zullen hebben; opdat wij gereinigd zullen worden zoals Hij rein is’ (Moroni 7:45).

Mijn geliefde vrouw, Jaenene, was dol op het Boek van Mormon. Al in haar jeugd, als tiener, werd het het fundament van haar leven. Het was een bron van getuigenis en onderwijs voor haar tijdens haar voltijdzending in het noordwesten van de Verenigde Staten. Toen we een zending vervulden in Córdoba (Argentinië) moedigde ze de zendelingen steeds volop aan het bij hun zendingswerk te gebruiken. Jeanene ondervond al vroeg in haar leven dat wie het Boek van Mormon leest, de Geest des Heren meer zal gaan ervaren, de geboden stipter wil naleven en een groter getuigenis zal krijgen dat de Zoon van God werkelijk leeft.1 Jarenlang, ik weet niet hoeveel, zag ik haar tegen het eind van het jaar stilletjes met het Boek van Mormon op schoot zitten om het weer voor het eind van het jaar helemaal uit te lezen.

In 1991 wilde ik mijn gezin iets bijzonders geven voor Kerstmis. Toen ik het vervullen van die wens noteerde, schreef ik in mijn dagboek: ‘Het is woensdag, 18 december 1991, 12.38 uur. Ik heb zojuist een geluidsopname van het Boek van Mormon voor mijn gezin voltooid. Die ervaring heeft mijn getuigenis van dit goddelijke werk versterkt en het verlangen in mij doen toenemen om de bladzijden van dit boek beter te kennen zodat ik de waarheden in deze verzen kan gebruiken in mijn dienst aan de Heer. Ik houd van dit boek. Ik getuig vanuit mijn ziel dat het waar is, dat het is voorbereid om het huis van Israël en al haar over de wereld verspreide delen tot zegen te zijn. Allen die de boodschap daarin nederig bestuderen, met geloof in Jezus Christus, zullen weten dat het waar is en zullen het als een schat ervaren die hen tot meer geluk, vrede en succes in dit leven zal leiden. Ik getuig bij alles wat heilig is, dat dit boek waar is.’

Mogen wij allemaal profiteren van de rijkdom aan zegeningen die het gevolg zijn van schriftstudie. Dat bid ik in de naam van Jezus Christus. Amen.

  1. Zie Gordon B. Hinckley, ‘Een krachtig en waar getuigenis’, Liahona, augustus 2005, p. 6.