2010–2019
Verstandig kiezen
okt. 2014


Verstandig kiezen

‘Het kwade […] verwerpen en het goede […] kiezen’ (Jesaja 7:15).

Geliefde broeders, ik wil u vanavond wat adviezen aan de hand doen over beslissingen en keuzes.

Toen ik als jonge advocaat in het gebied rond de San Francisco Bay werkte, was het bedrijf dat de tv-specials van Charlie Brown maakte een van onze cliënten.1 Ik werd fan van Charles Shultz en zijn creatie, Peanuts, met Charlie Brown, Lucy, Snoopy en andere leuke personages.

Een van mijn favoriete strips had met Lucy te maken. Ik herinner me dat het honkbalteam van Charlie Brown een belangrijke wedstrijd speelde. Lucy stond mee op het veld en moest een hoge bal vangen. Alle honken waren bezet, en het was in de negende en laatste inning van de wedstrijd. Ving Lucy de bal, dan won haar team. Liet ze hem vallen, dan won de tegenpartij.

In een situatie die je alleen in stripverhalen vindt, kwam heel het team bij het neerkomen van de bal rondom Lucy staan. Lucy dacht: als ik de bal vang, ben ik een held; als ik hem laat vallen, ben ik de klos.

De bal kwam neer, en terwijl haar teamgenoten haar gespannen gadesloegen, liet Lucy de bal vallen. Charlie Brown wierp zijn handschoen teleurgesteld op de grond. Lucy keek vervolgens naar haar teamgenoten, zette de handen in de heupen en zei: ‘Je kan toch niet verwachten dat ik die bal vang terwijl ik me zorgen maak over het buitenlands beleid van ons land.’

Dat was een van de vele hoge ballen die Lucy door de jaren heen liet vallen, en telkens had ze een ander excuus.2 Haar excuses waren altijd grappig, maar in feite waren het rationalisaties; het waren drogredenen voor het laten vallen van de bal.

President Thomas S. Monson heeft in zijn bediening vaak gezegd dat onze beslissingen onze bestemming bepalen.3 Met dat idee in gedachten wil ik u vanavond aansporen om rationalisaties te mijden die u ervan weerhouden goede beslissingen te nemen, vooral dan wat het dienen van Christus betreft. In Jesaja staat dat we moeten leren ‘het kwade te verwerpen en het goede te kiezen’.4

Ik geloof dat het vooral in onze tijd belangrijk is, nu Satan op zoveel nieuwe en subtiele manieren in het hart van de mensen woedt, dat we behoedzaam keuzes maken en beslissingen nemen die overeenstemmen met de doelen die we beweren na te streven. We moeten ons met volle overgave aan de geboden toewijden en onze heilige verbonden strikt aanhangen. Die rationalisaties zijn vooral schadelijk als we ze toestaan om tussen ons en onze begiftiging, zending of ons tempelhuwelijk te komen. Het is jammerlijk als we beweren in die doelen te geloven, en toch niet dagelijks doen wat nodig is om ze te bereiken.5

Sommige jongeren beweren in de tempel te willen trouwen, maar gaan niet met tempelwaardige mensen uit. Sommigen gaan zelfs helemaal niet uit! Alleenstaande broeders, hoe langer u alleen blijft, na als volwassene een bepaalde leeftijd te hebben bereikt, des te aangenamer u zich in die situatie zult voelen. Maar u behoort die situatie juist onaangenaam te vinden! Houd u alstublieft ‘gedreven’6 bezig met geestelijke en sociale activiteiten die met uw doel van een tempelhuwelijk overeenstemmen.

Sommigen stellen een huwelijk uit tot ze afgestudeerd zijn en een baan hebben. Hoewel dit denkpatroon alom in de wereld wordt gepredikt, blijkt er geen geloof uit, geeft het geen gehoor aan de raad van hedendaagse profeten en stemt het niet met gezonde leer overeen.

Onlangs maakte ik met een aardige jongeman kennis. Zijn doelen waren op zending gaan, studeren, in de tempel huwen en een getrouw, fijn gezin stichten. Ik vond het erg mooie doelen. Maar toen we verder praatten, werd het me duidelijk dat zijn gedrag en keuzes niet met zijn doelen overeenstemden. Ik had het gevoel dat hij echt op zending wilde gaan en ernstige overtredingen meed die zijn zending in gevaar konden brengen, maar zijn dagelijkse leven was geen goede voorbereiding op de lichamelijke, emotionele, sociale, verstandelijke en geestelijke uitdagingen die hem te wachten stonden.7 Hij had niet geleerd om hard te werken. Hij nam zijn studie en seminarie niet ernstig op. Hij ging naar de kerk, maar had het Boek van Mormon niet gelezen. Hij verspeelde veel tijd aan games en sociale media. Hij leek te denken dat het volstond om simpelweg zijn koffers te pakken en op zending te gaan. Jongemannen, wijd je alsjeblieft opnieuw aan goed gedrag en degelijke voorbereiding toe om gezanten van onze Heer en Heiland, Jezus Christus, te zijn.

Ik doel niet alleen op de grote beslissingen, maar ook op de kleine beslissingen, waarmee we in het dagelijks leven elke dag te maken krijgen. Op dat gebied moeten we gematigdheid, evenwicht en vooral wijsheid benadrukken. Het is belangrijk om rationalisaties achterwege te laten en de beste keuzes te maken.

Een prachtig voorbeeld van het belang van gematigdheid, evenwicht en wijsheid is internetgebruik. We kunnen het internet gebruiken om zendingswerk te doen, naar onze dierbare voorouders te zoeken zodat we hun tempelverordeningen kunnen verrichten, het ondersteunt ons in onze priesterschapstaken, en nog veel meer. We kunnen er enorm veel goeds mee doen. We weten ook dat er veel kwaads op staat, zoals pornografie, digitale pesterijen,8 en anoniem geleuter. Het verspreidt ook dwaasheden. Broeder Randall L. Ridd zei in de vorige algemene conferentie het volgende over het internet: ‘Je kunt in eindeloze banaliteit verstrikt raken, waarmee je je tijd verdoet en je potentieel verlaagt.’9

Afleiding en tegenstand tegen het goede vinden we niet alleen op het internet, maar overal om ons heen. Ze beïnvloeden niet alleen de jongeren, maar ons allemaal. We leven in een wereld die letterlijk in beroering is.10 Overal om ons heen worden ‘pret en vermaak’ erg plastisch uitgebeeld en zien we immorele en disfunctionele levens. Die worden in de media vaak als normaal voorgesteld.

Ouderling David A. Bednar spoorde de leden van de kerk onlangs aan om zich niet anders voor te doen op sociale media.11 Arthur C. Brooks, een vooraanstaand opinieleider, bevestigt dat standpunt. Hij merkt op dat we op sociale media vaak de positieve dingen in ons leven posten, maar de moeilijkheden op school of op het werk achterwege laten. We tonen slechts een deel van ons leven — dat we soms mooier voorstellen dan het in werkelijkheid is. We delen dat leven, en vervolgens smullen we van het ‘bijna complete […] nepleven van [onze] online “vrienden”’. Brooks zegt het volgende: ‘Het is toch logisch dat u zich miserabel voelt als u een deel van uw tijd besteedt aan u gelukkiger voordoen dan u bent, en de rest van uw tijd aan naar anderen kijken die gelukkiger lijken dan u.’12

Het lijkt soms dat we in domme dwaasheden, onzinnige onrust en continue conflicten verdrinken. Als we een stap terugdoen en het hele plaatje bekijken, beseffen we dat er maar weinig is dat werkelijk bijdraagt tot onze eeuwige zoektocht naar rechtschapen doelen. Een zekere vader stelt een wijze vraag als zijn kinderen aan die afleidingen deel willen nemen. Hij vraagt hun eenvoudigweg: ‘Word je er een beter mens door?’

Door foute keuzes, klein of groot, die niet stroken met het herstelde evangelie te rationaliseren, verliezen we de zegeningen en bescherming die we nodig hebben en raken we vaak verstrikt in zonde of dwalen we af.

Ik maak me vooral zorgen over de dwaasheid13 van door ‘elke nieuwigheid’ geobsedeerd te zijn. In de kerk aanvaarden en omarmen we waarheid en kennis van elke soort. Maar als er een scheiding tussen cultuur, kennis en sociale zeden aan de ene kant en Gods plan van geluk en de essentiële rol van Jezus Christus aan de andere kant ontstaat, is het verval van de samenleving onvermijdelijk.14 Ondanks de ongekende vooruitgang op verschillende gebieden, vooral in de wetenschap en communicatie, zijn de essentiële basisnormen in onze tijd uitgehold en stellen we een algemene afname van geluk en welzijn vast.

Toen de apostel Paulus op de Areopagus in Athene gevraagd werd om te spreken, merkte hij dezelfde intellectuele pretenties en hetzelfde gebrek aan ware wijsheid aan als in onze tijd.15 In Handelingen staat het volgende: ‘Alle inwoners nu van Athene en de vreemdelingen die daar verbleven, besteedden hun tijd aan niets anders dan om wat nieuws te zeggen en te horen.’16 Paulus benadrukte de opstanding van Jezus Christus. Toen de menigte besefte dat hij over godsdienst sprak, bespotten sommigen hem. Anderen verwierpen hem door te zeggen: ‘Wij zullen u hierover nog wel eens horen.’17 Paulus verliet Athene zonder enig succes te hebben gehad. Deken Frederic Farrar heeft hierover het volgende gezegd: ‘In Athene richtte hij geen kerk op, hij schreef geen brief aan Athene, en hoewel hij er vaak in de buurt kwam, zette hij geen voet meer in Athene.’18

Ik geloof dat ouderling Dallin H. Oaks in zijn toespraak ‘Goed, beter, best’19 een goede manier aangeeft om het onderscheid tussen keuzes en prioriteiten te maken. Veel keuzes zijn op zich niet slecht, maar als ze al onze tijd opslokken en ons van de beste keuzes weerhouden, worden ze gevaarlijk.

Zelfs waardevolle inspanningen moeten geëvalueerd worden om te bepalen of ze ons van de beste doelen afhouden. Toen ik een tiener was, had ik een gedenkwaardig gesprek met mijn vader. Hij vond dat te weinig jongeren zich concentreerden of voorbereidden op belangrijke langetermijndoelen, zoals een beroep en een gezin onderhouden.

Zinvolle studie en werkervaring opdoen, stonden altijd bovenaan mijn vaders lijst met aanbevolen prioriteiten. Hij begreep dat buitenschoolse activiteiten, zoals debatten en studentenraden, tot een aantal van mijn grote doelen bijdroegen. Hij had meer moeite met de hoeveelheid tijd die ik aan American football, basketbal, honkbal en atletiek besteedde. Hij gaf toe dat sport bijdroeg tot een goede lichamelijke conditie en teamwork bevorderde, maar opperde dat deelnemen aan één sport wellicht voldoende was. In zijn ogen was sport goed, maar niet het beste voor mij. Hij vreesde dat sommige sporten draaiden om plaatselijke populariteit en roem ten koste van belangrijke langetermijndoelen.

Dat is een van de redenen waarom ik dat verhaal over Lucy die honkbal speelt zo leuk vind. Volgens mijn vader moest ik het buitenlands beleid bestuderen en me geen zorgen maken over het vangen van een bal. Ik wil wel even vermelden dat mijn moeder sport hoog in haar vaandel had. Ze zou zwaargewond geweest moeten zijn om een van mijn wedstrijden te missen.

Ik had besloten de raad van mijn vader op te volgen en aan de universiteit geen sport in wedstrijdverband te spelen. Maar toen vertelde mijn footballcoach aan de middelbare school me dat de coach van Stanford met Merlin Olsen en mij wilde lunchen. De jongeren onder u kennen Merlin misschien niet. Hij was een van de beste defensieve spelers van het land en speelde voor het footballteam van de Logan High School, waar ik onder andere quarterback en safety was. De beste footballteams in het hele land probeerden Merlin zover te krijgen om voor hen te komen spelen. Aan de universiteit won hij de Outland Trophy voor de beste interior lineman van het land. Merlin werd uiteindelijk als derde uit de lichting amateursspelers gekozen die als prof in de National Football League gingen spelen. Hij zou zelfs veertien keer op rij in een finale staan. In 1982 werd hij in de Pro Football Hall of Fame opgenomen.20

De lunch met de trainer van Stanford vond in het restaurant Bluebird in Logan (Utah, VS) plaats. Hij schudde me de hand en bekeek me daarna niet meer. Hij sprak de hele tijd met Merlin en negeerde me. Aan het eind van de lunch richtte hij zich voor de eerste keer tot mij, maar hij was mijn naam vergeten. Hij zei vervolgens tegen Merlin: ‘Als je voor Stanford kiest en je wilt je vriend meebrengen, kunnen we dat waarschijnlijk regelen. Zijn cijfers zijn goed genoeg.’ Door die ervaring was het voor mij duidelijk geworden dat ik mijn vaders wijze raad diende op te volgen.

Het is niet mijn bedoeling om u af te raden te sporten, het internet te gebruiken of deel te nemen aan andere goede activiteiten die jongeren leuk vinden. Dat zijn de soort activiteiten waarbij we gematigdheid, evenwicht en wijsheid moeten betrachten. Als we er verstandig aan deelnemen, verrijken ze ons leven.

Ik raad iedereen, jong of oud, echter aan om zijn doelen onder de loep te nemen en naar meer discipline te streven. Ons dagelijks leven en onze keuzes moeten met onze doelen overeenstemmen. We moeten rationalisatie en afleidingen mijden. Het is vooral belangrijk om keuzes te maken die met ons verbond overeenstemmen om Jezus Christus in rechtschapenheid te dienen.21 Die figuurlijke bal mogen we onder geen beding uit het oog verliezen of laten vallen.

Dit leven is de tijd om ons voor te bereiden God te ontmoeten.22 Wij zijn een gelukkig, vreugdevol volk. We waarderen een goed gevoel voor humor en koesteren de tijd die we met familieleden en vrienden doorbrengen. Maar we moeten beseffen dat doelgerichtheid de basis van onze levenswijze en onze keuzes moet zijn. Afleidingen en rationalisaties die de vooruitgang beperken zijn op zich al schadelijk, maar als ze ons geloof in Jezus Christus en zijn kerk afbreken, zijn ze tragisch.

Ik bid dat ons gedrag als priesterschapsdrager overeen zal stemmen met de nobele doelen die gevergd worden van wie in de dienst van de Meester zijn. We dienen in alles te herinneren dat ‘kloekmoedig zijn in het getuigenis van Jezus’23 de scheidingslijn tussen het celestiale en het terrestriale koninkrijk is. We willen aan de celestiale kant van die lijn staan. Als een van zijn apostelen, getuig ik vurig van de werkelijkheid van de verzoening en de goddelijke natuur van Jezus Christus, onze Heiland. In de naam van Jezus Christus. Amen.

Noten

  1. Tv-specials van Lee Mendelson-Bill Melendez Production.

  2. Lucy had altijd wel een reden om de bal te laten vallen: de manen van Saturnus leidden haar af, ze maakte zich zorgen over schadelijke stoffen in haar handschoen enzovoort.

  3. Zie ‘Decisions Determine Destiny’, hoofdstuk 8 in Pathways to Perfection: Discourses of Thomas S. Monson (1973), pp. 57–65.

  4. Zie Jesaja 7:15.

  5. ‘Als doen even makkelijk was als weten wat we behoren te doen, zouden kapellen kerken zijn en kleine huisjes paleizen.’ (William Shakespeare, De koopman van Venetië, 1ste bedrijf, 2de toneel, regels 12–14.)

  6. Zie Leer en Verbonden 58:27.

  7. Zie Wennen aan het zendingsleven (boekje), pp. 23–49.

  8. Zie Stephanie Rosenbloom, ‘Dealing with Digital Cruelty’, New York Times, Sunday Review, 24 augustus 2014, p. SR1.

  9. Randall L. Ridd, ‘De keuzegeneratie’, Liahona, mei 2014, p. 56.

  10. Zie Leer en Verbonden 45:26.

  11. Zie David A. Bednar, ‘To Sweep the Earth as with a Flood’ (toespraak tijdens de BYU Campus Education Week, 19 augustus 2014); lds.org/prophets-and-apostles/unto-all-the-world/to-sweep-the-earth-as-with-a-flood.

  12. Arthur C. Brooks, ‘Love People, Not Pleasure’, New York Times, 20 juli 2014, p. SR1.

  13. Jammer genoeg is pure dwaasheid een afleiding die in onze tijd veel voorkomt. De Heiland beschouwde dwaasheid als een van de zaken die de mens verontreinigt (zie Markus 7:22).

  14. Dit gebeurde in het oude Griekenland en Rome, en ook onder de beschavingen in het Boek van Mormon.

  15. Zie Frederic W. Farrar, The Life and Work of St. Paul (1898), p. 302. Er waren allerlei filosofen, onder wie de epicurische en stoïcijnse wijsgeren, rivaliserende groeperingen die sommigen als de farizeeën en sadduceeën van de heidense wereld bestempelden. Zie ook Quentin L. Cook, ‘Het doel niet uit het oog verliezen’, Liahona, maart 2003, pp. 20–24.

  16. Handelingen 17:21.

  17. Handelingen 17:32.

  18. Farrar, The Life and Work of St. Paul, p. 312.

  19. Zie Dallin H. Oaks, ‘Goed, beter, best’, Liahona, november 2007, pp. 104–108.

  20. Merlin Olsen werd in de hall of fame voor footballspelers opgenomen, was acteur en footballcommentator voor NBC. Aan de Utah State University won hij de Outland Trophy. Hij speelde professioneel football voor de Los Angeles Rams. Op tv speelde hij met de acteur Michael Landon in Little House on the Prairie. Hij vertolkte de rol van Jonathan Garvey. Hij had ook zijn eigen tv-programma, Father Murphy. Merlin overleed op 11 maart 2010. We missen hem ontzettend.

  21. Zie Leer en Verbonden 76:5.

  22. Zie Alma 34:32.

  23. Leer en Verbonden 76:79.