2010–2019
Joseph Smith
okt. 2014


Joseph Smith

Jezus Christus koos een heilig man, een rechtschapen man, om leiding aan de herstelling van de volheid van zijn evangelie te geven. Hij koos Joseph Smith.

Op zeventienjarige leeftijd werd de profeet Joseph Smith voor het eerst door een engel bezocht. Hij noemde Joseph bij naam en zei dat hij, Moroni, een boodschapper uit de tegenwoordigheid van God was en dat God een werk voor Joseph had. Denk u eens in wat er door Josephs hoofd ging toen de engel hem vervolgens vertelde dat zijn naam ‘onder alle natiën, geslachten en talen zowel ten goede als ten kwade bekend zou zijn’.1 Misschien was het de verraste blik in Josephs ogen waardoor Moroni herhaalde dat er onder alle volken zowel goed als kwaad over hem zou worden gesproken.2

Het goede dat over Joseph Smith gesproken werd, liet een tijdje op zich wachten; het kwade was er meteen. Joseph schreef ‘hoe uitermate vreemd het was dat een onbekende jongen […] belangrijk genoeg werd geacht om […] de bitterste vervolging’ te doen ontstaan.3

Zowel liefde voor als vijandelijkheid tegen Joseph nam toen. Op 38-jarige leeftijd werd hij door een bende van 150 personen met zwartgemaakte gezichten vermoord.4 Het leven van de profeet Joseph werd abrupt beëindigd, maar het goede en kwade die over hem gesproken werden, kwamen nog maar net op gang.

Is het verrassend dat er kwaad over hem gesproken werd? De apostel Paulus werd voor gek verklaard.5 Men zei dat onze geliefde Heiland, de Zoon van God, vraatzuchtig, een drinker en door een demon bezeten was.6

De Heer vertelde Joseph over zijn lot:

‘De einden der aarde zullen navraag doen naar uw naam en dwazen zullen de spot met u drijven en de hel zal tegen u woeden;

‘terwijl de reinen van hart, […] de wijzen […] en de deugdzamen voortdurend zullen streven naar […] zegeningen onder uw hand.’7

Waarom staat de Heer toe dat kwaadsprekerij het goede achtervolgt? Een van de redenen is dat tegenstand tegen de dingen Gods ervoor zorgt dat zoekers naar waarheid neerknielen om antwoorden te krijgen.8

Joseph Smith is de profeet van de herstelling. Zijn geestelijk werk begon toen de Vader en de Zoon aan hem verschenen, waarna hij vele andere hemelse bezoekers kreeg. Hij was het werktuig in Gods handen om heilige Schriftuur en oude, verloren leer voort te brengen, en het priesterschap te herstellen. Over het belang van Josephs werk moeten we niet alleen verstandelijk nadenken, we moeten erover bidden tot God, net zoals Joseph deed.9 Geestelijke vragen verdienen een geestelijk antwoord van God.

Velen die de herstelling verwerpen, geloven eenvoudigweg niet dat hemelse personen tot aardse mensen spreken. Ze beweren dat het onmogelijk is dat een engel gouden platen tevoorschijn kan brengen en dat ze door de macht van God vertaald werden. Door dergelijk ongeloof verwerpen ze snel het getuigenis van Joseph en sommigen verlagen zich helaas tot het zwartmaken van de profeet.

Het is vooral droevig als iemand die ooit naar Joseph opkeek zijn overtuiging de rug toekeert en de profeet vervolgens belastert.10

Ouderling Neal A. Maxwell heeft ooit gezegd: ‘De kerk bestuderen […] door de ogen van afvalligen [is als] Judas interviewen om een beter beeld van Jezus te krijgen. Afvalligen vertellen ons altijd meer over zichzelf dan over hetgeen ze achter zich gelaten hebben.’11

Jezus heeft gezegd: ‘Zegen hen die u vervloeken […] en bid voor hen die u beledigen en u vervolgen.’12 Laten we vriendelijk zijn voor wie Joseph Smith bekritiseren, terwijl we in ons hart weten dat Joseph een profeet van God was en troost putten uit het feit dat Moroni dit alles voorspeld heeft.

Hoe horen we te reageren op iemands oprechte vragen rond negatieve opmerkingen over de profeet Joseph Smith die hij of zij opgevangen heeft? We hebben uiteraard geen bezwaar tegen eerlijke en oprechte vragen.

Als antwoord op vragen over zijn karakter kunnen we de woorden citeren van duizenden die hem persoonlijk kenden en hun leven gaven voor het werk dat hij mede tevoorschijn bracht. John Taylor, die door hetzelfde gespuis dat Joseph doodde met vier kogels werd neergeschoten, zou later verklaren: ‘Ik getuig voor God, engelen en mensen dat [Joseph] een goed, eerzaam en rechtschapen mens was; [en] dat zijn karakter altijd en overal onberispelijk was; en dat hij leefde en stierf als man Gods.’13

We kunnen de oprechte onderzoeker eraan herinneren dat het internet geen ‘waarheidsfilter’ heeft. Bepaalde informatie, hoe overtuigend die ook mag zijn, is gewoon niet waar.

Jaren geleden las ik in Time Magazine een artikel over de ontdekking van een brief, naar verluidt door Martin Harris geschreven, die in tegenspraak was met wat Joseph Smith had gezegd over zijn vondst van de gouden platen.14

Enkele leden verlieten de kerk vanwege die tekst.15

Helaas deden ze dat overhaast. Maanden later ontdekten deskundigen dat de brief puur bedrog was (wat de oplichter ook bekende).16 U kunt terecht vraagtekens plaatsen bij wat u in het nieuws hoort, maar u hoeft nooit aan uw getuigenis van Gods profeten te twijfelen.

We kunnen de onderzoeker eraan herinneren dat sommige informatie over Joseph, ook al is ze waar, compleet uit haar verband gepresenteerd wordt.

Ouderling Russell M. Nelson heeft dat punt geïllustreerd. Hij heeft het volgende gezegd: ‘Ik was als medisch specialist voor de Amerikaanse overheid werkzaam in het National Center for Disease Control in Atlanta (Georgia, VS). Toen ik op een dag na onze vergaderingen op een taxi naar de luchthaven wachtte, ging ik even op het gras liggen om te genieten van de zon alvorens naar het koude winterweer van Utah terug te keren. […] Later kreeg ik een foto van mijn ontspannen moment op het gras toegestuurd die een fotograaf met een telelens genomen had. Onder de foto stond het onderschrift: “Overheidsambtenaar bij het National Center.” De foto was niet vervalst, het onderschrift was waar, maar de waarheid werd gebruikt om een verkeerde indruk te geven.’17 We verwerpen een waarheid niet omdat we iets nog niet begrijpen.

We kunnen de onderzoeker eraan herinneren dat Joseph niet de enige was die door engelen bezocht werd.

De getuigen van het Boek van Mormon schreven: ‘Wij verklaren in ernstige bewoordingen dat een engel Gods uit de hemel neerdaalde, en […] wij de platen […] aanschouwden en zagen.’18 We kunnen ook veel andere bronnen citeren.19

Een oprechte onderzoeker dient de verspreiding van het herstelde evangelie te zien als vrucht van het werk dat de Heer door toedoen van zijn profeet voortgebracht heeft.

Er zijn nu ruim 29.000 kerkgemeenten en 88.000 zendelingen die het evangelie wereldwijd verkondigen. Miljoenen heiligen der laatste dagen streven ernaar Jezus Christus te volgen, een eerbaar leven te leiden, voor de armen te zorgen, en hun tijd en talenten toe te wijden aan het helpen van anderen.

Jezus heeft gezegd:

‘Een goede boom kan geen slechte vruchten voortbrengen en een slechte boom kan geen goede vruchten voortbrengen. […]

‘Zo zult u hen dus aan hun vruchten herkennen.’20

Deze verklaringen zijn overtuigend, maar de oprechte onderzoeker hoort er geen genoegen mee te nemen in zijn zoektocht naar waarheid.

Elke gelovige heeft een geestelijke bevestiging van de goddelijke zending en persoonlijkheid van de profeet Joseph Smith nodig. Dat geldt voor elke generatie. Geestelijke vragen verdienen een geestelijk antwoord van God.

Toen ik onlangs in het oosten van de Verenigde Staten was, vertelde een teruggekeerde zendeling me over een vriend die door informatie over de profeet Joseph Smith ontgoocheld geworden was. Ze hadden geregeld met elkaar gesproken, waardoor de teruggekeerde zendeling zelf ook twijfels gekregen had.

Hoewel ik hoopte dat hij zijn vriend kon opbouwen, maakte ik me zorgen over zijn eigen getuigenis. Broeders en zusters, ik wil u waarschuwen: u kunt anderen weinig helpen als uw eigen geloof niet sterk is.

Een paar weken geleden zat ik in het vliegtuig naar Zuid-Amerika. De stewardess toonde ons een veiligheidsfilmpje. We kregen de volgende raad: ‘Het is onwaarschijnlijk, maar als de druk in de cabine verandert, wordt het paneel boven uw stoel geopend. Daar zult u een zuurstofmasker zien. Neem het zuurstofmasker en trek het naar u toe. Plaats het masker over uw neus en mond. Trek het elastiek over uw hoofd en zet het masker goed indien nodig.’ Vervolgens kregen we de waarschuwing: ‘Zorg ervoor dat u eerst uw eigen masker goed op hebt vóór u anderen gaat helpen.’

Het negatieve commentaar over de profeet Joseph Smith zal in aanloop naar de wederkomst van de Heiland alleen maar toenemen. De halve waarheden en subtiele misleidingen zullen niet afnemen. Uw familieleden en vrienden zullen uw hulp nodig hebben. U dient uw eigen geestelijke zuurstofmasker nu goed te zetten, zodat u klaar bent om anderen die de waarheid zoeken te helpen.21

Ieder van ons ontvangt zijn getuigenis van de profeet Joseph Smith op zijn eigen manier. U kunt het ontvangen terwijl u in gebed neerknielt en God vraagt om te bevestigen dat hij een waar profeet was. U kunt het krijgen bij het lezen van het verslag van het eerste visioen van de profeet. Een getuigenis kan zich in uw ziel beginnen te vormen als u het Boek van Mormon herhaaldelijk leest. U kunt het ontvangen terwijl u zelf getuigt van de profeet of als u in de tempel bent en beseft dat de heilige verzegelbevoegdheid door Joseph Smith op aarde hersteld is.22 Met geloof en een oprechte bedoeling wordt uw getuigenis van de profeet Joseph Smith versterkt. Het aantal waterballonnen dat onverminderd in uw richting gegooid wordt, kan u soms nat maken, maar het hoeft uw vurige geloof nooit of te nimmer te doven.

Ik wil de jongeren die vandaag naar mijn woorden luisteren of die in de toekomst zullen lezen een specifieke uitdaging geven: streef naar een persoonlijke bevestiging dat Joseph Smith een profeet van God was. Draag met jouw stem bij tot de vervulling van Moroni’s profetie door goed over de profeet te spreken. Ik wil je twee suggesties geven: ten eerste, zoek in het Boek van Mormon Schriftteksten waar je zeker van weet dat ze waar zijn. Bespreek ze vervolgens met je gezinsleden en vrienden en vriendinnen tijdens de gezinsavond, in het seminarie en in je jongemannen- en jongevrouwenlessen, ter bevestiging dat Joseph een werktuig in Gods handen was. Ten tweede, lees het getuigenis van de profeet Joseph Smith in de Parel van grote waarde of in deze brochure, die nu in 158 talen verkrijgbaar is. Je kunt ze op LDS.org vinden of er een aan de zendelingen vragen. Dit is Josephs eigen getuigenis van wat er echt gebeurd is. Lees het regelmatig. Je kunt het getuigenis van Joseph Smith zelf voorlezen en opnemen. Luister er regelmatig naar en laat je vrienden ernaar luisteren. Door naar het getuigenis van de profeet in je eigen stem te luisteren, kun je de bevestiging krijgen die je verlangt.

Afbeelding
Photos of Joseph Smith pamphlet for Elder Andersen's talk in Nov. 2014

Het getuigenis van de profeet Joseph Smith is er nu in 158 talen.

Er staan ons mooie tijden te wachten. President Thomas S. Monson heeft gezegd: ‘Dit grote werk […] zal voort blijven gaan en zal daarbij levens blijven veranderen en tot zegen zijn. […] Geen enkele kracht in de hele wereld kan Gods werk tegenhouden. Wat er ook komt, dit grote werk zal voortgaan.’23

Ik getuig tot u dat Jezus de Christus is, onze Heiland en Verlosser. Hij koos een heilig man, een rechtschapen man, om aan de herstelling van de volheid van zijn evangelie leiding te geven. Hij koos Joseph Smith.

Ik getuig dat Joseph Smith een eerlijk en deugdzaam man was, een discipel van de Heer Jezus Christus. God de Vader en zijn Zoon, Jezus Christus, zijn echt aan hem verschenen. Hij vertaalde het Boek van Mormon door de gave en macht van God.

Als we aan de andere kant van de sluier van de dood zijn, zullen we de heilige roeping en goddelijke zending van de profeet Joseph Smith duidelijk begrijpen. In die nabije toekomst zullen u en ik en heel het mensdom broeder Joseph weer kennen.24 In de naam van Jezus Christus. Amen.

Noten

  1. Geschiedenis van Joseph Smith 1:33.

  2. Zie Geschiedenis van Joseph Smith 1:29–46.

  3. Geschiedenis van Joseph Smith 1:23.

  4. Zie Leer en Verbonden 135:1.

  5. Zie Handelingen 26:24.

  6. Zie Mattheüs 11:19; Johannes 10:20.

  7. Leer en Verbonden 122:1–2.

  8. President Dieter F. Uchtdorf heeft gezegd: ‘Plaats alstublieft eerst vraagtekens bij uw twijfels, voordat u vraagtekens plaatst bij uw geloof. We moeten nooit toestaan dat we een gevangene van onze eigen twijfel worden, die ons afhoudt van de goddelijke liefde, gemoedsrust en gaven die we krijgen door geloof in de Heer Jezus Christus.’ (‘Kom, voeg u bij ons’, Liahona, november 2013, p. 23.) Ouderling Jeffrey R. Holland heeft gezegd: ‘Dit is een goddelijk werk in voortgang, met overvloedige manifestaties en zegeningen aan alle kanten, ga dus niet hyperventileren als er van tijd tot tijd kwesties zijn die onderzocht, begrepen en opgelost moeten worden. Die kwesties komen en ze worden opgelost. In deze kerk zal wat we weten altijd overtreffen wat we niet weten.’ (‘Ik geloof, Heere’, Liahona, mei 2013, p. 94.)

  9. Zie Jakobus 1:5; zie ook Geschiedenis van Joseph Smith 1:11–13.

  10. Daniel Tyler herinnerde zich: ‘Broeder Isaac Behunin en ik [brachten de profeet] thuis een bezoek. Zijn vervolging was het onderwerp van gesprek. Hij haalde enkele valse, inconsequente en tegenstrijdige uitspraken van afvalligen […] aan. Hij vertelde ook dat de meeste functionarissen die hem maar al te graag van het leven beroofd hadden bij zijn arrestaties, na hun kennismaking aan zijn kant stonden. […]‘Broeder Behunin [merkte] op: “Als ik deze kerk zou verlaten, zou ik niet doen wat die mensen hebben gedaan: ik zou naar de een of andere afgelegen plek gaan waar men nog nooit van het mormonisme had gehoord, daar zou ik me vestigen, en niemand zou ooit vernemen dat ik er iets van afwist.”‘[Joseph] antwoordde onmiddellijk: “Broeder Behunin, u weet niet wat u zou doen. Deze mensen dachten ongetwijfeld ooit ook zoals u. Maar voordat u lid werd van deze kerk, was u op neutraal terrein. […] Toen u lid werd van deze kerk, ging u in dienst bij God. Toen u dat deed, verliet u het neutrale terrein, en u kunt daar nooit meer terugkeren. Als u de Meester in de steek laat bij wie u in dienst ging, dan is dat op aanstichting van de boze, en dan volgt u zijn bevelen op en bent zijn dienstknecht.”’ (In: Leringen van kerkpresidenten: Joseph Smith [2007], pp. 349–350.)

  11. Neal A. Maxwell, ‘All Hell Is Moved’ (devotional aan de Brigham Young University, 8 november 1977), p. 3; speeches.byu.edu.

  12. Mattheüs 5:44.

  13. Leringen van kerkpresidenten: John Taylor (2001), pp. 82–83; zie ook Leer en Verbonden 135:3.

  14. Zie Richard N. Ostling, ‘Challenging Mormonism’s Roots’, Time, 20 mei 1985, p. 44.

  15. Zie Ostling, ‘Challenging Mormonism’s Roots’, p. 44; zie ook Gordon B. Hinckley, ‘Lord, Increase Our Faith’, Ensign, november 1987, p. 52; Neil L. Andersen, ‘De beproeving van uw geloof’, Liahona, november 2012, p. 41.

  16. Zie Richard E. Turley jr., Victims: The LDS Church and the Mark Hofmann Case (1992).

  17. Russell M. Nelson, ‘Truth—and More’, Ensign, januari 1986, p. 71.

  18. ‘Het getuigenis van drie getuigen’, Boek van Mormon.

  19. Zie Geschiedenis van Joseph Smith 1:71, noot; zie ook Leer en Verbonden 76:23.

  20. Mattheüs 7:18, 20.

  21. President Henry B. Eyring heeft over mensen met twijfels gezegd: ‘Omdat u hen liefhebt, probeert u hun misschien te geven wat ze vragen. U kunt in de verleiding komen in hun twijfels mee te gaan, in de hoop dat u met bewijzen of redenering hun twijfels kunt wegnemen. Mensen met twijfels willen vaak praten over wat zij zien als de feiten of argumenten die de oorzaak van hun twijfels zijn, en over de pijn die ze veroorzaken. […]‘We doen er goed aan om niet te lang stil te staan bij wat onze cursisten als oorzaak van hun twijfels beschouwen. […] Hun probleem is niet wat ze denken te zien; het is wat ze nog niet kunnen zien. […] Het beste is om over de zaken van het hart te spreken, de veranderingen van het hart die geestelijke ogen openen.’ (‘“And Thus We See”: Helping a Student in a Moment of Doubt’ [toespraak voor CES-leerkrachten, 5 februari 1993], pp. 3, 4; si.lds.org.)

  22. President Gordon B. Hinckley heeft gezegd: ‘Toen ik vele jaren geleden als twaalfjarige tot diaken geordend was, nam mijn vader, onze ringpresident, me naar mijn eerste ringpriesterschapsbijeenkomst mee. [De openingslofzang was ‘Ere de man’.] Ze zongen over de profeet Joseph Smith, en terwijl ze dat deden, voelde ik een grote liefde voor en een sterk geloof in de grote profeet van deze bedeling in mijn hart. […] Ik wist toen door de macht van de Heilige Geest dat Joseph Smith inderdaad een profeet van God was.’ (‘Praise to the Man’, Tambuli, Jan. 1984, 1, 2).

  23. Thomas S. Monson, ‘Nu we weer bijeenkomen’, Liahona, mei 2012, p. 4.

  24. ‘Ere de man’, Lofzangen, nr. 24.