Leven naar de woorden van de profeten

Onze Vader in de hemel houdt van al zijn kinderen en verlangt ernaar dat ze zijn plan van geluk kennen en begrijpen. Daarom roept Hij profeten, die met macht en gezag zijn geordend om in Gods naam voor het heil van zijn kinderen te handelen. Zij zijn boodschappers van rechtschapenheid, getuigen van Jezus Christus en van de oneindige macht van zijn verzoening. Ze bezitten de sleutels van het koninkrijk van God op aarde en machtigen het uitvoeren van heilsverordeningen.

In de ware kerk van de Heer is er ‘op aarde altijd maar één tegelijk aan wie die macht en de sleutels van dat priesterschap zijn verleend.’¹ We steunen president Thomas S. Monson als onze profeet, ziener en openbaarder. Hij openbaart het woord van de Heer om onze hele kerk te leiden. Zoals president J. Reuben Clark uitlegde: ‘Alleen de president van de kerk […] heeft het recht om openbaring voor de kerk te ontvangen.’²

Aangaande de levende profeet draagt de Heer het volk van zijn kerk op:

‘Gij zult acht slaan op al zijn woorden en geboden die hij u zal geven wanneer hij ze ontvangt, wandelend in alle heiligheid voor mijn aangezicht;

‘want zijn woord zult gij aanvaarden, alsof uit mijn eigen mond, in alle geduld en geloof.

‘Want door die dingen te doen, zullen de poorten der hel u niet overweldigen.’³

Willen we in harmonie met de goddelijke doeleinden van de hemel zijn, dan steunen wij de profeet en kiezen we ervoor om naar zijn woorden te leven.

We steunen president Monsons raadgevers en het Quorum der Twaalf Apostelen ook als profeten, zieners en openbaarders. ‘Ze hebben het recht, de macht en de bevoegdheid om de mening en de wil van [de Heer] bekend te maken […] , onder gezag van […] de president van de kerk.’⁴ Zij spreken in de naam van Christus. Ze profeteren in de naam van Christus. Ze doen alles in de naam van Jezus Christus. In hun woorden horen we de stem van de Heer en voelen we de liefde van de Heiland. ‘En wat zij ook spreken wanneer gedreven door de Heilige Geest, zal Schriftuur zijn, […] en de macht Gods tot behoudenis.’⁵ De Heer heeft zelf gezegd: ‘Hetzij door mijn eigen stem, hetzij door de stem van mijn dienstknechten, dat is hetzelfde.’⁶

We zijn dankbaar voor een kerk ‘gebouwd op het fundament van apostelen en profeten, waarvan Jezus Christus zelf de hoeksteen is.’⁷ Het huis van de Heer is een huis van orde, en we hoeven er nooit aan te twijfelen waar we voor een antwoord op onze vragen moeten zijn of onzeker te zijn over welke stem we zullen volgen. We hoeven niet ‘heen en weer geslingerd […] en meegesleurd door elke wind van leer’⁸ te worden. God openbaart zijn woord bij monde van zijn geordende dienstknechten ‘om de heiligen toe te rusten tot het werk van dienstbetoon, tot opbouw van het lichaam van Christus, totdat wij allen komen tot de eenheid van het geloof en van de kennis van de Zoon van God.’⁹ Als we ervoor kiezen om naar de woorden van de profeten te leven, zijn we op het verbondspad dat naar eeuwige volmaking leidt.

Van een alleenstaande moeder die vertwijfeld probeerde een hongersnood te overleven, leren we wat het betekent om een profeet te steunen. De Heer droeg Elia op om naar Zarfath te gaan, alwaar hij een weduwe zou aantreffen tegen wie God had gezegd dat ze hem moest steunen. Toen Elia de stad naderde, zag hij haar terwijl ze takken aan het verzamelen was. Hij riep haar toe: ‘Haal toch een beetje water voor mij in deze kruik, zodat ik kan drinken.’¹⁰

‘Toen zij op weg ging om het te halen, riep hij haar na en zei: Breng toch ook een stuk brood voor mij mee.

‘Maar zij zei: Zo waar de Here, uw God, leeft! Ik heb geen broodkoek meer, behalve een hand vol meel in de pot en een beetje olie in de kruik! En zie ik ben een paar stukken hout aan het sprokkelen. Zodra ik thuis kom, ga ik het voor mij en voor mijn zoon klaarmaken. Daarna zullen we het opeten en sterven.’

Elia antwoordde: ‘Wees niet bevreesd! Ga, doe overeenkomstig uw woord, maar maak er eerst voor mij een kleine koek van en breng die bij mij. Maak daarna voor u en uw zoon iets klaar.’¹¹

Stel u eens voor hoe moeilijk het verzoek van de profeet was aan een moeder die aan het verhongeren was. God had toch zeker zelf in voedsel voor zijn trouwe dienstknecht kunnen voorzien? Maar Elia, handelend in de naam van de Heer, deed wat hem gezegd werd, namelijk een geliefde dochter van God vragen om datgene te offeren wat ze had om de profeet te steunen.

Maar Elia beloofde ook een zegen bij gehoorzaamheid: ‘Want zo zegt de Here, de God van Israël: Het meel in de pot zal niet opraken en in de kruik zal het aan olie niet ontbreken.’¹² De Heer gaf de weduwe de keuze om de woorden van de profeet te geloven en te gehoorzamen.

In een wereld die bedreigd wordt door een gebrek aan rechtschapenheid en een geestelijke hongerdood, wordt ons opgedragen om de profeet te steunen. Wanneer we luisteren naar de woorden van de profeten, en die bekrachtigen en bevestigen, zien we dat we genoeg geloof hebben om ons nederig aan de wil, de wijsheid en de timing van de Heer te onderwerpen.

Wij slaan zelfs acht op de woorden van de profeet als dat onredelijk, ongelegen en ongemakkelijk is. Naar wereldse maatstaven kan het volgen van de profeet impopulair, politiek incorrect en sociaal onacceptabel zijn. Maar de profeet volgen is altijd juist. ‘Want zoals de hemel hoger is dan de aarde, zo zijn mijn wegen hoger dan uw wegen en mijn gedachten hoger dan uw gedachten.’¹³ ‘Vertrouw op de Here met heel uw hart, en steun op uw eigen inzicht niet.’¹⁴

De Heer eert en begunstigt hen die gehoor geven aan profetische instructies. In het geval van de weduwe van Zarfath redde gehoorzaamheid aan Elia haar en uiteindelijk ook haar zoon van de dood. Zoals de profeet had beloofd ‘at zij, en hij, en haar gezin vele dagen […] overeenkomstig het woord van de Heere, dat Hij door de dienst van Elia gesproken had.’¹⁵

De Heer ‘voedt hen die op Hem vertrouwen.’¹⁶ De woorden van de profeten zijn als manna voor onze ziel. Als we ze tot ons nemen, worden we gezegend, beschermd en stoffelijk en geestelijk bewaard. Als we ons in hun woorden verheugen, leren we hoe we tot Christus kunnen komen en leven.

Ouderling Bruce R. McConkie heeft geschreven dat de Heer ‘de waarheden van het heil bij monde van de profeten openbaart […] de verlossing in Christus; en hij wijst […] de weg die naar het eeuwige leven leidt. […] In ieder tijdperk geeft de Heer zijn volk de leiding die het nodig heeft als het in gevaar verkeert. En in de dagen die voor ons liggen zullen er beslist tijden komen waarin niets dan de wijsheid van God, die uit de hemel neerdaalt en van de lippen van de profeet vloeit, in staat zal zijn om zijn volk te redden.’¹⁷

De woorden van de profeten die mij in de lauwermeisjesklas werden onderwezen, leerden mij hoe een verbondshuwelijk zou moeten zijn. De woorden van de profeten gaven mij het geloof en de hoop waardoor ik me op een gelukkig gezinsleven kon voorbereiden en dat waarmaken. Doordat ik regelmatig de leringen van de profeten bestudeerde, voelde ik me gesteund in de zware, vaak uitputtende jaren van zeven kinderen baren, onderwijzen en verzorgen. De woorden van de profeten in de Schriften en gesproken op dit spreekgestoelte zijn woorden van troost, liefde, kracht en blijmoedigheid die ons allen omarmen.

Als we gehoor geven aan de woorden van de profeten, bouwen we ons gezin en ons leven op een eeuwig, vast fundament, ‘de rots van onze Verlosser, die Christus is, de Zoon Gods, […] zodat, wanneer de duivel zijn krachtige winden zendt, ja, zijn pijlen in de wervelwind, ja, wanneer al zijn hagel en zijn hevige storm u zullen striemen, die geen macht over u zullen hebben om u neer te sleuren in […] ellende en eindeloos wee.’¹⁸

De keuze is aan ons. We kunnen ervoor kiezen om de woorden van Christus, gesproken door zijn geordende dienstknechten, te negeren, niet serieus te nemen, met voeten te treden of ertegen in opstand te komen. Maar de Heer heeft gezegd dat zij die dat doen van zijn verbondsvolk zullen worden afgesneden.¹⁹

Als we de heilige woorden van profeten met geloof in Christus en met een oprechte bedoeling onder gebed lezen en bestuderen, dan zal de Heilige Geest in waarheid tot ons verstand en ons hart spreken. Mogen wij onze oren openen om te horen, ons hart om te begrijpen en ons verstand zodat de geheimenissen van God voor ons ontsluierd zullen worden.²⁰

Ik getuig dat Joseph Smith een profeet was en is die door God geroepen was om het evangelie van Jezus Christus en zijn priesterschap op aarde te herstellen. En ik getuig dat wij momenteel door een waar profeet van God geleid worden, namelijk president Monson. Mogen wij ervoor kiezen om achter de profeten te staan en naar hun woorden te leven totdat wij vereend in het geloof, gereinigd in Christus en vervuld met de kennis van de Zoon van God mogen worden. In de heilige naam van Jezus Christus. Amen.