2010–2019
Het grote verlossingsplan
Oktober 2016


Het grote verlossingsplan

Ik weet dat onze zonden als we ons oprecht bekeren, verdwijnen — zonder een spoor na te laten!

Een paar maanden vóór zijn dood sprak president Boyd K. Packer de algemene priesterschapsleiders en presidiums van de hulporganisaties van de kerk toe. Ik heb sindsdien veel nagedacht over wat hij zei. Hij vertelde dat hij op zijn leven had teruggekeken en naar bewijzen had gezocht van de zonden die hij had begaan en waarvan hij zich oprecht had bekeerd, en hij kon er geen spoor van terugvinden. Vanwege het zoenoffer van onze geliefde Heiland, Jezus Christus, en door oprechte bekering waren zijn zonden volledig verdwenen, alsof ze nooit hadden plaatsgevonden. President Packer droeg ons, leidinggevenden, die dag op te getuigen dat dit waar is voor ieder van ons die zich oprecht bekeert.

Ik ken een man die jaren geleden zedelijke overtredingen beging. Een tijd lang schaamde die man zich teveel en was te bang om die aan zijn vrouw en priesterschapsleiders te bekennen. Hij wilde zich graag volledig bekeren, maar gaf aan dat hij liever zijn eigen eeuwig heil op wilde geven dan zijn vrouw en kinderen het verdriet, de schaamte of andere gevolgen van zijn belijdenis aan te doen.

Als we gezondigd hebben, probeert Satan ons er vaak van te overtuigen dat het onzelfzuchtig is om anderen te beschermen tegen de ontgoocheling van de belijdenis van onze zonden, door die niet aan onze bisschop te belijden, die ons door zijn priesterschapssleutels als rechter in Israël tot zegen kan zijn. De waarheid echter is dat het onzelfzuchtig en christelijk is om juist wel onze zonden te belijden en ons te bekeren. Dat is het grote verlossingsplan van onze hemelse Vader.

Die man beleed zijn zonden uiteindelijk tegen zijn getrouwe vrouw en zijn priesterschapsleiders en had diep berouw. Hoewel dat het moeilijkste was wat hij ooit had gedaan, brachten gevoelens van opluchting, vrede, dankbaarheid, liefde voor onze Heiland en de zekerheid dat de Heer zijn zware last verlichtte en hem droeg onuitsprekelijke vreugde, ongeacht de gevolgen en zijn toekomst.

Afbeelding
De Heiland troost

Hij was ervan overtuigd dat zijn vrouw en kinderen het vreselijk zouden vinden — en dat was ook zo — en dat er disciplinaire maatregelen en ontheffing van zijn roeping zouden volgen — en ook dat was zo. Hij was er zeker van dat hij het hart van zijn vrouw zou breken, dat ze gekwetst en boos zou zijn — en dat was ze. En hij was ervan overtuigd dat ze bij hem weg zou gaan en de kinderen mee zou nemen — maar dat deed ze niet.

Soms leiden ernstige overtredingen tot echtscheiding en afhankelijk van de omstandigheden kan dat nodig zijn. Maar tot de verbazing van deze man liet zijn vrouw hem niet vallen; ze besloot hem zoveel mogelijk bij te staan. Na verloop van tijd kon ze hem helemaal vergeven. Zij had de genezende macht van Jezus’ verzoening in zich gevoeld. Nu jaren later zijn dit echtpaar en hun drie kinderen sterk en getrouw. De man en vrouw dienen in de tempel en hebben een geweldig, liefdevol huwelijk. De diepgang van het getuigenis van deze man en zijn liefde en dankbaarheid voor de Heiland zijn duidelijk merkbaar.

Amulek getuigde: ‘Ik wil dat gij naar voren treedt en uw hart niet langer verstokt; want […] indien gij u bekeert […], zal het grote verlossingsplan onmiddellijk op u worden toegepast.’1

Toen ik mijn man bijstond toen hij zendingspresident was, gingen we op een ochtend naar het vliegveld om een grote groep zendelingen op te halen. Een jongeman trok in het bijzonder onze aandacht. Hij zag er treurig, bezwaard en bijna gekweld uit. Wij hielden hem die middag goed in de gaten. Tegen de avond bekende hij een verzwegen overtreding en zijn leiders besloten dat hij naar huis moest. Hoewel we heel verdrietig waren dat hij niet eerlijk was geweest en zich niet vóór zijn zending had bekeerd, complimenteerden we hem op weg naar het vliegveld oprecht en liefdevol omdat hij de moed had om het nu te vertellen. We beloofden nauw contact met hem te houden.

Die goede jongeman was met fijne ouders, geweldige priesterschapsleiders en een ondersteunende, liefdevolle wijk gezegend. Na een jaar hard aan zijn bekering te hebben gewerkt om weer deel te hebben aan de verzoening van de Heiland kon hij weer naar ons zendingsgebied terugkeren. De vreugde die we voelden toen we hem van het vliegveld haalden, is onbeschrijfelijk. Hij had de Geest bij zich, was gelukkig, vol vertrouwen voor het aangezicht van de Heer en enthousiast om zijn zending getrouw te vervullen. Hij werd een uitstekend zendeling en later hadden mijn man en ik de eer om bij zijn tempelhuwelijk aanwezig te zijn.

Heel anders ging het met een zendelinge die, zich ervan bewust was dat ze wegens een niet beleden zonde van vóór haar zending zeker eerder naar huis zou worden gestuurd, besloot tijdens haar zending extra hard te werken en enkele dagen voor het einde van haar zending haar zonde aan haar zendingspresident te belijden. Het ontbrak haar aan goddelijk berouw en ze probeerde het plan dat onze liefderijke Heiland ons allen heeft aangeboden te omzeilen.

Op zending ging ik een keer met mijn man mee naar een doopgesprek met kandidaat-dopeling. Terwijl mijn man het gesprek hield, wachtte ik op de gang met de zendelingzusters die de man les hadden gegeven. Toen het gesprek voorbij was, vertelde mijn man de zendelingen dat de man klaar was voor de doop. Die lieve man huilde dikke tranen en legde uit dat hij er zeker van was geweest dat de ernstige zonden die hij eerder in zijn leven had begaan hem zouden beletten zich te laten dopen. Zelden heb ik zoveel vreugde gezien bij iemand die vanuit het duister in het licht kwam als op die dag.

Afbeelding
De Heiland schenkt hoop

Ouderling D. Todd Christofferson heeft getuigd:

‘Iemands geloof in [onze] genadige Verlosser en zijn kracht doet potentiële wanhoop omslaan in hoop. Het hart en de verlangens van de persoon veranderen, en de eens zo aantrekkelijke zonde wordt steeds weerzinwekkender. 

‘[…] De prijs van bekering, wat die ook zijn moge, gaat verloren in de vreugde van vergiffenis.’2

Die ervaring doet me denken aan Enos in het Boek van Mormon die de Heer ‘[aan]riep in machtig gebed’ en toen een stem hoorde die zei: ‘Enos, uw zonden zijn u vergeven. […]

‘En ik, Enos, wist dat God niet kon liegen; daarom was mijn schuld weggevaagd.

‘En ik zeide: Heer, hoe is het geschied?

‘En Hij zeide tot mij: ‘Door uw geloof in Christus. […] welnu, ga heen, uw geloof heeft u gezond gemaakt.’3

Bij de voorbereiding van mijn toespraak wilde ik een indruk krijgen van het begrip dat onze kleinkinderen van bekering hebben en van hun ideeën over de Heiland, dus vroeg ik onze kinderen om ze de volgende vragen te stellen. Ik was ontroerd door de antwoorden van mijn kleinkinderen.

Wat is bekering? ‘Als je iemand slaat, kun je “het spijt me” zeggen en hem overeind helpen.’

Hoe voel je je als je je bekeert? ‘Je kunt Hem voelen. Je voelt zijn warmte en het slechte gevoel verdwijnt.’

Wat denk je van Jezus en je hemelse Vader als je je bekeert? ‘Ik denk dat Jezus vindt dat de verzoening het waard was en dat Hij blij is dat we weer bij Hem kunnen wonen.’

Waarom willen Jezus en mijn hemelse Vader dat ik mij bekeer? Mijn tienerkleindochter antwoordde: ‘Omdat Ze van me houden! Om vooruitgang te maken en aan Hen gelijk te worden, moet ik me bekeren. Ook wil ik het gezelschap van de Geest hebben. Daarom moet ik me dagelijks bekeren om zijn nabijheid te voelen. Ik denk niet dat ik Hen genoeg zal kunnen danken.’

Toen onze zoon de vierjarige Brynlee die vragen stelde, zei ze: ‘Ik weet het niet, papa. Leer jij het me maar.’

Afbeelding
Brynlee en haar vader

In een eerdere algemene conferentie verklaarde ouderling Jeffrey R. Holland: ‘Hoezeer u ook achterop bent geraakt, hoeveel kansen u ook denkt gemist te hebben, hoeveel fouten u ook denkt gemaakt te hebben, […] of hoever u ook denkt weg te zijn van huis, familie en God, ik getuig tot u dat u niet buiten het bereik van de goddelijke liefde bent. Het is voor u niet mogelijk om verder in de duisternis weg te kruipen dan het oneindige licht van Christus’ verzoening kan schijnen.’4

Ik zou graag willen dat al mijn kinderen, kleinkinderen en u allen, mijn broeders en zusters, de vreugde en de nabijheid van onze hemelse Vader en onze Heiland voelen als we ons dagelijks van onze zonden en zwakheden bekeren. Ieder toerekeningsvatbaar kind van onze hemelse Vader heeft bekering nodig. Vraag u af van welke zonden we ons moeten bekeren. Wat houdt ons tegen? Op welk vlak moeten we ons verbeteren?

Ik weet, zoals president Packer had ervaren en getuigd, dat onze zonden als we ons oprecht bekeren, verdwijnen — zonder een spoor na te laten! Ik heb persoonlijk de liefde, de vreugde, de opluchting en het vertrouwen voor het aangezicht van de Heer ervaren toen ik me oprecht bekeerde.

In mijn ogen zijn de grootste wonderen niet het scheiden van de Rode Zee, het verzetten van bergen of zelfs het genezen van het lichaam. Het grootste wonder vindt plaats als we onze Vader in de hemel nederig in gebed benaderen, vurig om vergeving van onze zonden smeken, en dan van die zonden gereinigd worden door het zoenoffer van onze Heiland. In de heilige naam van Jezus Christus. Amen.