2014
Repareer zijn autoradio
Januari 2014


Repareer zijn autoradio

Kent A. Russell, Florida, (VS)

Onze buur was de jeugdpredikant bij een plaatselijke kerk en hij werd regelmatig door jongeren bezocht. Er stonden zowel overdag als ’s avonds regelmatig veel auto’s geparkeerd voor zijn huis.

Sommige tieners zetten steeds hun autoradio erg hard. We hoorden hen in de verte aankomen en wanneer ze naderden, begonnen de ramen van ons huis te trillen. De harde muziek maakte me ’s nachts vaak wakker. Mijn irritatie stapelde zich op en ik zag deze tieners als mijn vijanden.

Toen ik op een dag bladeren aan het bijeenharken was, hoorde ik in de verte een autoradio. Het geluid kwam dichterbij en werd luider. Toen de bestuurder om de hoek kwam en naar het huis van mijn buur toe reed, was ik kwaad en bad ik dat hemelse Vader zijn autoradio onklaar zou maken.

Mijn wanhopige gebed veranderde in lof en dankzegging toen de radio opeens ophield met spelen toen hij de auto parkeerde. Ik had autoradio’s gerepareerd en herkende het geluid. Hij was niet afgezet, hij was stukgegaan.

De jonge man was kwaad, omdat de radio stuk was en zijn vrienden gingen hem troosten. Ikzelf was tevreden, omdat ik dacht dat ik de hand van de Heer had gezien die de radio had stukgeslagen.

Ik bleef naar hen kijken en realiseerde me dat ik mijn eigen gedrag van vele jaren geleden herkende. Mijn hart werd verzacht en ik begon te denken dat deze jongen misschien toch niet mijn vijand was. Toen fluisterde de Geest me toe: ‘Repareer zijn autoradio.’

Ik was stomverbaasd door deze ingeving en probeerde die te negeren. Waarom moest ik iets wat mij zoveel last bezorgde, repareren? Maar de ingeving kwam opnieuw en deze keer gaf ik er gehoor aan.

Toen ik mijn hulp aanbood, zag ik meteen de oorzaak van het probleem. Het was snel verholpen. Spoedig speelde de radio weer even hard als tevoren.

De jonge man bedankte me en vroeg of hij iets voor me kon doen. Ik zei hem dat ik er vroeg uit moest voor mijn werk en dat ik het leuk zou vinden als hij de muziek ’s avonds zachter kon zetten. Hij glimlachte en verzekerde me dat hij dat zou doen.

Hij zette zijn muziek ’s avonds niet alleen zachter, maar werd ook mijn persoonlijke ‘radiopolitie’ die ervoor zorgde dat zijn vrienden hetzelfde deden. Vanaf die dag hebben we nooit nog een probleem gehad met harde nachtelijke muziek.

Vader in de hemel heeft mijn gebed echt verhoord. Zijn oplossing bracht me vrede en rust en leerde me een belangrijke les in het volgen van de Geest en het liefhebben van je vijanden (zie Lucas 6:27).