Training leerplan
Training in kerkleerbeheersing


‘Training in kerkleerbeheersing’, Training seminarieleerplan (2022)

‘Training in kerkleerbeheersing’, Training seminarieleerplan

Afbeelding
cursisten studeren

Training in kerkleerbeheersing

Inleiding tot kerkleerbeheersing

In 2016 introduceerde president M. Russell Ballard van het Quorum der Twaalf Apostelen het essentiële doel van kerkleerbeheersing in het leven van de jongeren, en de belangrijke rol die u als seminarieleerkracht speelt bij de toepassing ervan:

Afbeelding
President M. Russell Ballard

Het is nog maar een generatie geleden dat de informatie die onze jongeren over onze geschiedenis, leer en gebruiken ter beschikking stond, min of meer tot de publicaties van de kerk beperkt was. Er waren maar weinig cursisten die in aanraking kwamen met alternatieve zienswijzen. Onze jongeren leidden in het algemeen een afgeschermd leven.

Ons leerplan in die tijd, hoewel goed bedoeld, bereidde cursisten niet voor op de dag van vandaag – een dag waarin cursisten vrijwel direct toegang hebben tot alle mogelijke standpunten over de kerk. Wat zij nu op hun mobiele apparaten zien, kan hun geloof waarschijnlijk net zo veel ondermijnen als versterken. […]

Vanwege deze moeilijkheden heeft de onderwijsraad onlangs het seminarie-initiatief kerkleerbeheersing goedgekeurd. […] Dit nieuwe initiatief spitst zich toe op het opbouwen en versterken van het geloof van de cursisten in Jezus Christus, zodat ze het vermogen ontwikkelen om het evangelie na te leven en toe te passen. Met de Schriften en de woorden van de profeten als basis leren zij met geloof in Christus te handelen om zo geestelijke kennis en begrip van zijn evangelie te krijgen. Ook krijgen zij de kans om de leer van Christus en evangeliebeginselen toe te passen op de vragen en uitdagingen die zij elke dag onder hun leeftijdgenoten en op sociale media horen en zien.

Dit is een geïnspireerd initiatief dat op het juiste moment komt. Het zal grote invloed op onze jongeren hebben. Maar het succes van kerkleerbeheersing, en alle andere cursussen in de kerkelijke onderwijsinstellingen, hangt voor een groot deel van u af. (M. Russell Ballard, ‘De kansen en taken van CES-leerkrachten in de 21e eeuw’ [avond met een algemeen autoriteit, 26 februari 2016], broadcasts.ChurchofJesusChrist.org.)

  • Wat valt u op aan het citaat van president Ballard?

  • Waarom moeten de jongeren nu anders worden voorbereid dan vorige generaties om hun geloof in Jezus Christus te versterken?

Kerkleerbeheersing in het leerplan

In het leerkrachtenboek staan elke week activiteiten rond kerkleerbeheersing waarmee de cursisten de gewenste resultaten van kerkleerbeheersing kunnen bereiken. Die resultaten sluiten in dat u de cursisten helpt:

  • de goddelijke beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis te leren en toe te passen; en

  • de geselecteerde Schriftteksten en de daarin onderwezen leer van het evangelie van Jezus Christus onder de knie te krijgen.

Als de cursisten zich de geselecteerde teksten en de leer van het evangelie van Jezus Christus eigen maken, zullen ze:

  • de leer kennen en begrijpen zoals die in de Schriftteksten kerkleerbeheersing staat;

  • de leer duidelijk uitleggen met behulp van de bijbehorende Schriftteksten kerkleerbeheersing;

  • de leer van het evangelie van Jezus Christus en de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis weten toe te passen bij hun dagelijkse keuzes en hun reacties op leerstellige, sociale en historische kwesties en vragen; en

  • de Schriftteksten kerkleerbeheersing onthouden en weten terug te vinden, en de kerngedachten uit het hoofd kennen.

Lessen ‘geestelijke kennis verkrijgen’

U kunt de cursisten kennis laten maken met de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis door in ‘Geestelijke kennis verkrijgen’, delen 1, 2 en 3 te onderwijzen. Zorg dat u deze lessen in het begin van het schooljaar geeft. In deze lessen worden fundamentele beginselen behandeld die de basis vormen van de andere lessen kerkleerbeheersing. De lessen over geestelijke kennis verkrijgen dient u elk seminariejaar te geven. Elk deel introduceert een van de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis.

  • Deel 1: In geloof handelen

  • Deel 2: Ideeën en vragen vanuit een eeuwig perspectief onderzoeken

  • Deel 3: Naar meer inzicht streven met behulp van bronnen die God heeft aangewezen

Lessen over Schriftteksten kerkleerbeheersing

Er zijn in verband met elke Schrifttekst kerkleerbeheersing twee lessen, een contextuele les en een les kerkleerbeheersing. In deze twee lessen wordt naar de doelen van kerkleerbeheersing toegewerkt.

In de contextuele les wordt de Schrifttekst kerkleerbeheersing in de context van het tekstblok geïntroduceerd. De cursisten dienen voldoende studietijd te besteden aan de leerstelling die in de tekst staat, zodat ze die kennen en begrijpen. Dan kunnen ze de leer in de bijbehorende les Schrifttekst kerkleerbeheersing uitleggen en gebruiken.

Afbeelding
chart of contextual lesson and doctrinal mastery passage lesson

In de les Schrifttekst kerkleerbeheersing krijgen de cursisten de kans om de leer aan de hand van de Schrifttekst kerkleerbeheersing uit te leggen, en de tekstverwijzing en kerngedachte uit het hoofd te leren. U kunt de cursisten ook aanmoedigen om de hele tekst uit het hoofd te leren. De cursisten ertoe brengen de leer uit te leggen, en de tekstverwijzing en kerngedachte uit het hoofd te leren, zijn belangrijke doelen van kerkleerbeheersing. Die leeractiviteiten hoeven niet veel tijd te kosten, maar het is belangrijk dat ze prioriteit krijgen.

Aan de sectie ‘Praktische toepassing’ dient het grootste deel van de tijd in de les Schrifttekst kerkleerbeheersing te worden besteed. Geef de cursisten elke keer de gelegenheid om de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis door te nemen. De cursisten dienen deze beginselen regelmatig door te nemen, zodat ze er vol vertrouwen gebruik van kunnen maken. Ga er niet van uit dat al uw cursisten de beginselen kennen, omdat een of twee cursisten die goed blijken te kennen.

Als de cursisten de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis hebben doorgenomen, krijgen ze een scenario met een vraag of situatie aangereikt waardoor blijkt dat een correct begrip van de ware leer helpt. De cursisten oefenen vervolgens het gebruik van de leer in de Schrifttekst kerkleerbeheersing en de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis om op de vraag of situatie te reageren.

U kunt de scenario’s en de voorgestelde vragen of andere leeractiviteiten zo nodig aanpassen om meer in de behoeften van de cursisten te voorzien. Zorg dat de cursisten, mocht u de les aanpassen, nog steeds de kans krijgen om de leerstellingen en beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis in een realistische situatie toe te passen.

U zult ook zien dat aan het eind van elke les kerkleerbeheersing een herhalingsactiviteit staat die u enkele dagen later in de les doet. Deze herhalingslessen zijn bedoeld om de cursisten de tekstverwijzing en kerngedachte van elke Schrifttekst kerkleerbeheersing uit het hoofd te laten leren.

Herhalingslessen kerkleerbeheersing

Sommige wekelijkse tekstblokken in het rooster van Kom dan en volg Mij bevatten geen Schrifttekst kerkleerbeheersing. Om te zorgen dat de cursisten toch wekelijks met kerkleerbeheersing bezig zijn, is in die weken een van de vijf lessen in het leerkrachtenboek, het cursistenboek en het online seminarieleerplan een herhalingsles kerkleerbeheersing. Deze lessen zijn bedoeld om de cursisten de tekstverwijzingen en kerngedachten uit het hoofd te laten leren, de leer te laten begrijpen en de leer toe te laten passen.

Als een les Schrifttekst kerkleerbeheersing vanwege schoolvakanties niet wordt gegeven, moet u die les Schrifttekst kerkleerbeheersing in plaats van een herhalingsles kerkleerbeheersing geven. De contextuele les die bij de les kerkleerbeheersing hoort, zal dan ook naar die week moeten worden verplaatst, wat inhoudt dat er een andere les komt te vervallen. Raadpleeg het lesrooster van uw coördinator of programmabestuurder om te zien wanneer u lessen kerkleerbeheersing moet geven die de cursisten vanwege hun schoolvakanties niet hebben gekregen.

Vaardigheden waarmee u kerkleerbeheersing effectief kunt onderwijzen

In de volgende trainingen worden er vaardigheden behandeld waarmee u de cursisten kunt helpen om de kerkleer te beheersen. Elke training (1) identificeert en beschrijft de vaardigheid, (2) voorziet in een voorbeeld en oefening om de vaardigheid te gebruiken, (3) biedt u de gelegenheid om door middel van een analyse over de vaardigheid na te denken, en (4) voorziet in een uitnodiging om de vaardigheid in uw onderwijs toe te passen.

Leg de redenen voor een activiteit kerkleerbeheersing uit.

Beschrijving:

Als u de cursisten de reden voor een activiteit kerkleerbeheersing uitlegt, kan dat hen motiveren om aan de activiteit deel te nemen. Ook stelt dat de Heilige Geest in staat om ze het belang van de activiteit te leren. Als u hebt uitgelegd wat de cursisten gaan doen, noemt u een of twee redenen waarom u de activiteit doet, zodat de cursisten begrijpen hoe waardevol het is om mee te doen.

Voorbeeld:

‘In de komende minuten gaan we de leerstelling in Lukas 2:10–12 onder de loep nemen, namelijk dat Jezus Christus de Heiland van de wereld is. En dat doen we zodat we vol vertrouwen kunnen reageren als iemand ons vraagt waarom Jezus Christus belangrijk voor ons is.’

Oefening:

Vul de volgende zinnen aan.

  1. ‘Oké, jongens. Laten we een activiteit doen waarmee we de tekstverwijzing kerkleerbeheersing en de kerngedachte uit het hoofd kunnen leren. Een van de redenen waarom we dit uit het hoofd leren, is …’

  2. ‘We zullen nu de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis doornemen. Kennis van deze beginselen kan ons helpen …’

  3. ‘We gaan de drie beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis oefenen. Met deze beginselen kunnen we …’

Analyse:

Wat leert u nu u zich oefent in het uitleggen van de redenen voor een activiteit kerkleerbeheersing?

Toepassing:

Schrijf bij de voorbereiding van elke activiteit kerkleerbeheersing ten minste één reden op waarom die voor de cursisten waardevol is.

Laat de cursisten de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis herhalen.

Beschrijving:

Als u geregeld de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis met de klas doorneemt, kan de Heilige Geest de cursisten helpen ze te onthouden en zo nodig te gebruiken. U kunt de cursisten uitnodigen om deze beginselen door te nemen voordat u het scenario bespreekt of terwijl ze de scenario’s doornemen. Daarbij moet u de cursisten laten weten: dat ze ten minste één beginsel moeten doornemen, hoeveel tijd ze hebben om het beginsel door te nemen, en dat ze de kans krijgen te vertellen wat ze hebben geleerd. Zo zullen de cursisten de beginselen beter bij de praktische toepassing kunnen gebruiken.

Voorbeeld:

Vandaag gaan we de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis in het Basisdocument kerkleerbeheersing (2018) doornemen, en daarvoor splitsen we ons in drie groepjes op. Elke groep neemt een ander beginsel door.

Neem drie tot vier minuten de tijd om de toegewezen tekst te lezen en je erop voor te bereiden om aan je groep te vertellen hoe jullie beginsel iemand kan helpen die met een moeilijke vraag of situatie kampt.

Oefening:

  1. Schrijf voor iedere cursist een uitnodiging om een beginsel voor het verkrijgen van geestelijke kennis door te nemen.

  2. Oefen het geven van de uitnodiging met een collega, familielid of vriend(in).

Analyse:

Wat leert u door deze oefening over het belang van een duidelijke en bewuste uitnodiging om de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis door te nemen?

Toepassing:

Stel een plan op om de cursisten consequent de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis te laten doornemen.

Stel vragen waardoor de cursisten kunnen verwoorden hoe de drie beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis iemand met een moeilijke vraag of situatie kunnen helpen.

Beschrijving:

Als de cursisten de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis hebben doorgenomen en het oefenscenario hebben gelezen, stelt u ze vragen waarop ze kunnen vertellen welke beginselen in het scenario nuttig kunnen zijn. De vragen die u stelt moeten:

  1. open vragen zijn;

  2. de cursisten helpen alle drie de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis te gebruiken;

  3. de cursisten de kans geven te vertellen wat ze denken en voelen.

Als de cursisten nadenken over deze vragen, zullen ze beter voorbereid zijn om de vragen en omstandigheden in hun leven met geloof onder ogen te zien.

Voorbeeld:

Bedenk dat de cursisten de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis al hebben doorgenomen en het scenario hebben bestudeerd.

  • Welk beginsel voor het verkrijgen van geestelijke kennis zou in dit scenario van pas komen, en waarom?

  • Wat heb je aan dit beginsel als je met een vraag te maken krijgt zoals die in dit scenario?

  • Hoe zou dit beginsel nog meer van pas kunnen komen?

  • Hoe kan een ander beginsel voor het verkrijgen van geestelijke kennis in dit scenario nuttig zijn?

Oefening:

Bedenk dat de cursisten de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis al hebben doorgenomen en het scenario hebben bestudeerd.

  1. Doe de volgende activiteit met één andere persoon. U bent de leerkracht en de andere persoon is uw cursist. Uw cursist heeft net het volgende scenario gelezen en overpeinsd. Stel de cursist de vragen in het voorbeeld en laat hem of haar antwoorden.

    Een vriend(in) van je die niet gelovig is, zag onlangs twee zendelingen met mensen in het park praten. Die vriend(in) vraagt je: ‘Waarom gaan zendelingen van jouw kerk eropuit om over Jezus te prediken? Jullie proberen je geloof aan andere mensen op te dringen, lijkt het wel. Waarom laat je ze niet gewoon op hun eigen manier gelukkig zijn?’

  2. Neem vijf minuten de tijd om meer vragen op te schrijven die u kunt stellen om de cursisten te laten verwoorden hoe de drie beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis hen en anderen met moeilijke vragen of omstandigheden kunnen helpen.

Analyse:

Wat kan er in het leven van de cursisten gebeuren als ze onder woorden brengen hoe de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis hen en anderen kunnen helpen wanneer ze met een moeilijke vraag of situatie te maken krijgen?

Toepassing:

Wat kunt u doen om de cursisten te laten verwoorden hoe de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis hen en anderen kunnen helpen als ze met een moeilijke vraag of situatie te maken krijgen?

Tot slot

Stel u voor hoe uw cursisten na vier jaar kerkleerbeheersing te hebben geoefend, op vragen of zorgen kunnen reageren. In het begin zullen de cursisten meer hulp en steun van u als leerkracht nodig hebben om de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis en de leer in echte situaties toe te passen. Maar als u kerkleerbeheersing in uw klas blijft toepassen en de cursisten geregeld de kans geeft om te oefenen, zal toepassing van de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis en de leer iets vanzelfsprekends voor de cursisten worden. Zo kunt u uw cursisten helpen om hun fundament stevig op de rots van Jezus Christus en zijn leer te bouwen. Doe er alstublieft alles aan om uw cursisten te helpen de doelen van kerkleerbeheersing te bereiken.

Praktijksituatie

Hanna’s ervaring met kerkleerbeheersing en hoe ze haar voordeel ermee deed

Hanna is een eerstejaars seminariecursist. In een van de eerste lessen van het jaar maakte ze kennis met kerkleerbeheersing en de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis. Die avond vroeg Hanna’s moeder haar: ‘Wat heb je vandaag in het seminarie geleerd?’ Hanna antwoordde: ‘We hadden het over kerkleerbeheersing.’ Haar moeder vroeg toen: ‘Wat is kerkleerbeheersing?’

‘Ik weet het niet precies. We bespreken bepaalde Schriftteksten. We hadden het over geestelijke waarheid leren, maar ik kan het niet goed uitleggen.’

Voor de eerste les Schrifttekst kerkleerbeheersing nam Hanna’s klas de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis door. Toen haar leerkracht de klas vroeg om deze beginselen samen te vatten, wist Hanna niet zeker of ze dat wel kon. Ze was blij dat een van haar klasgenoten haar vinger opstak en een goede samenvatting gaf van de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis. De samenvatting van haar klasgenoot maakte het een stuk duidelijker voor Hanna.

Aan het eind van het semester deed Hanna de toets kerkleerbeheersing. Haar werd gevraagd de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis samen te vatten en te vertellen hoe ze die had toegepast. De samenvatting ging haar gemakkelijk af; ze kon echter geen voorbeeld geven van hoe ze die beginselen had gebruikt. Ze wist wat ze waren, maar ze vond dat ze meer oefening nodig had om ze in haar eigen leven te gebruiken.

Hanna gaf niet op en bleef de kerkleerbeheersing elke week in het seminarie bestuderen. Ze genoot van de lessen en vond het fijn om de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis met de verschillende scenario’s te oefenen. Het hielp ook dat ze de Schriftteksten kerkleerbeheersing en kerngedachten uit het hoofd leerde, want daardoor kreeg ze meer vertrouwen in het uitleggen van de Schriften. Bovendien voelde ze dat haar Vader in de hemel blij was met haar inspanningen om de kerkleer te beheersen. Ze beet zich erin vast en leerde met de app Kerkleerbeheersing zelfs in haar vrije tijd Schriftteksten uit het hoofd.

In haar tweede seminariejaar kreeg Hanna meer grip op de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis. Het ging haar gemakkelijk af om de oefenscenario’s uit te werken, maar ze wist nog steeds niet helemaal zeker of haar dat in het dagelijks leven ook zou lukken. Ze was dankbaar voor de hulp van haar leerkracht en klasgenoten. Ze bleef de tekstverwijzingen en de kerngedachten uit het hoofd leren. Ze kon de leer die in de teksten stond met steeds meer vertrouwen uitleggen. Wanneer die teksten tijdens de evangeliestudie thuis of in de kerk besproken werden, droeg Hanna met vertrouwen bij aan de bespreking en voelde dan de liefde van de Heer voor haar.

Toen Hanna in haar derde seminariejaar aan kerkleerbeheersing werkte, merkte ze dat het oefenen van de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis haar al veel beter af ging. Toen een kennis een vraag over de kerk stelde, handelde Hanna in geloof doordat ze vertrouwde op wat ze wist en op zoek ging naar meer informatie in bronnen die God heeft aangewezen. Ze voelde zich nog steeds niet helemaal vertrouwd met het herkaderen van verschillende vragen en bezwaren om zo het eeuwig perspectief op de voorgrond te brengen. Het was haar duidelijk dat ze meer oefening op dat gebied nodig had.

Hanna genoot in haar laatste seminariejaar echt van de lessen kerkleerbeheersing. Ze had het gevoel dat ze haar klasgenoten tot steun kon zijn bij het oefenen van de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis. Ze herinnerde zich hoe moeilijk het aanvankelijk voor haar was geweest, en ze wilde haar klasgenoten graag helpen oefenen en groeien. Ze kreeg ook steeds meer zelfvertrouwen in het uitleggen van de leer en was blij dat ze veel uit het hoofd geleerde Schriftteksten kon gebruiken. Ze was in staat om kwesties te herkaderen om zo het eeuwig perspectief op de voorgrond te brengen.

Nadat ze haar diploma had behaald, kreeg Hanna met een onvervalste beproeving van haar geloof te maken. Iemand die ze liefhad en vertrouwde, betwistte haar geloof in Jezus Christus en zijn herstelde kerk. Hanna was aanvankelijk geschokt door de informatie die ze kreeg. Maar toen ze er met een gebed in haar hart over nadacht, voelde ze dat de Geest haar troost bracht omdat ze zich herinnerde wat ze in het seminarie van kerkleerbeheersing had geleerd. Ze handelde in geloof, bekeek de kwestie vanuit een eeuwig perspectief en zocht naar meer inzicht in bronnen die God heeft aangewezen. Er kwamen veel uit het hoofd geleerde Schriftteksten bij haar op. Na veel studie en gebed voelde ze zich gerustgesteld doordat ze veel had geleerd, antwoorden had gevonden en een groter getuigenis had ontvangen.

Hanna was dankbaar dat ze in het seminarie met kerkleerbeheersing had kennisgemaakt. Ze kon nu met meer vertrouwen op toekomstige aanvallen op haar geloof reageren.

  • In welke opzichten denkt u dat de ervaringen van uw cursisten op die van Hanna lijken?

  • Wat leert dit voorbeeld u waardoor u uw cursisten in de lessen kerkleerbeheersing kunt helpen?