Studiewijzers
BJS, Exodus 34


BJS, Exodus 34:1–2, 14. Vergelijk Exodus 34:1–2, 14; LV 84:21–26

God schrijft nogmaals de wet op stenen tafelen die Mozes heeft vervaardigd, maar neemt het Melchizedeks priesterschap en de verordeningen die ertoe behoren weg van de kinderen van Israël. In plaats daarvan geeft Hij hun de wet van de vleselijke geboden.

1 En de Heer zei tot Mozes: Houw u twee stenen tafelen zoals de eerste en Ik zal ook daarop de woorden van de wet schrijven zoals die eerst geschreven werden op de tafelen die u verbrijzeld hebt; maar het zal niet zijn zoals de eerste, want Ik zal het priesterschap uit hun midden wegnemen; daarom zullen mijn heilige orde en de verordeningen daarvan hun niet voorgaan; want mijn tegenwoordigheid zal niet in hun midden optrekken, opdat Ik hen niet vernietig.

2 Maar Ik zal hun de wet geven zoals eerst, maar die zal zijn naar de wet van een vleselijk gebod; want Ik heb in mijn toorn gezworen dat zij in de dagen van hun zwerftocht niet tot mijn tegenwoordigheid, tot mijn rust, zullen ingaan. Daarom, doe zoals Ik u geboden heb en wees gereed in de morgen en beklim in de morgen de berg Sinaï en stel u daar op voor Mij, op de top van de berg.

Jehova is één naam waaronder het volk van het Oude Testament de Heer Jezus Christus kent.

14 Want u zult geen andere god aanbidden; want de Heer, wiens naam Jehova is, is een naijverig God.