Jakob uitnodigen

Pap, mag ik Jakob vandaag mee naar de kerk nemen?

Dat is een goed idee, Erik. Ik bel zijn ouders even.

Mijn moeder zegt dat ik met je naar de kerk mag!

Gaaf!

Erik en Jakob hadden het in de kerk naar hun zin. Ze leerden bidden en zongen liedjes tijdens de participatieperiode. Erik was blij dat hij Jakob mee had gevraagd.

De volgende week belde Erik Jakob weer.

Wil je vandaag met me mee naar de kerk?

Nee, vandaag niet. Ik ga bij mijn oma spelen.

O, oké.

Halen we Jakob vandaag ook op?

Nee, hij wilde vandaag niet mee.

Hoe voel je je nu?

Een beetje verdrietig.

Het spijt me dat je verdrietig bent. Denk eraan dat onze hemelse Vader iedereen zelf laat kiezen. Misschien kun je Jakob nog een andere keer mee vragen.

Pap, mag ik hem volgende week mee vragen?

Natuurlijk. Je bent een goede vriend van hem.

Erik belde Jakob de volgende week weer.

Wil je vandaag met me mee naar de kerk?

Ja, graag.

Erik was blij dat Jakob weer met hem naar de kerk wilde gaan. Erik wist dat Jakob zelf mocht kiezen of hij naar de kerk wilde of niet, maar hij besloot het Jakob altijd te vragen, zodat hij de kans had om te gaan.