Ik herinner me zonden waarvan ik me bekeerd heb nog, en ik voel me schuldig. Waarom kan ik mijn zonden niet vergeten?
Gethsémané, Michael Malm
De verzoening van Jezus Christus maakt vergeving mogelijk als we ons bekeren. Ware bekering houdt nederig zijn, bekennen, zonden verzaken en je vast voornemen om de geboden te onderhouden in.
De Heer heeft gezegd: ‘Wie zich van zijn zonden bekeerd heeft, die ontvangt vergeving, en Ik, de Heer, denk er niet meer aan’ (Leer en Verbonden 58:42). Maar als we nu door onze eigen herinnering aan onze zonden achtervolgd worden? Ouderling Dieter F. Uchtdorf van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd: ‘God heeft niet beloofd dat we ons onze zonden niet meer zullen herinneren. Als we ze ons herinneren, zullen we dezelfde fouten niet snel meer maken. Maar als we trouw blijven, zal de herinnering aan onze zonden in de loop der tijd wel minder worden. Dat maakt deel uit van het noodzakelijke genezings- en heiligingsproces.’ (‘Het punt van veilige terugkeer’, Liahona, mei 2007, 101.)
Als we ons echt bekeren en ons concentreren op het volgen van de Heiland, zal de Heilige Geest bij ons zijn, en zullen we ertoe aangezet worden om anderen lief te hebben en te dienen. Het prangende gevoel van schaamte maakt dan plaats voor dankbaarheid en hoop. En dan roemen we God om zijn goedaardigheid, liefde en barmhartigheid.