2020
Ik had een visioen gezien
Februari 2020


Nog een gedachte

Ik had een visioen gezien

In het voorjaar van 1820 vroeg de 14-jarige Joseph Smith zich af bij welke kerk hij zich moest aansluiten. Hij wendde zich tot de Schriften om een antwoord te vinden. In Jakobus 1:5 las hij dat we, als we in wijsheid tekortschieten, God erom kunnen vragen.

Uiteindelijk kwam ik tot de slotsom dat ik óf in het duister en in verwarring moest blijven, óf de aanwijzing van Jakobus moest opvolgen, dat wil zeggen, God erom vragen. […]

Aldus, in overeenstemming hiermee, […] trok ik mij terug in het bos om de poging te wagen. Het was op de morgen van een mooie, heldere dag, vroeg in het voorjaar van achttienhonderdtwintig. […]

Toen ik mij had begeven naar de plek die ik eerder had gekozen en om mij heen had gekeken en had vastgesteld dat ik alleen was, knielde ik neer en begon de verlangens van mijn hart tot God op te zenden. Nauwelijks had ik dat gedaan, of ik werd aangegrepen door een of andere kracht die mij geheel overmande […]. Dikke duisternis omhulde mij en enige tijd had ik het gevoel dat ik tot plotselinge verdelging was gedoemd.

Maar, al mijn krachten aanwendend om God aan te roepen om mij te bevrijden uit de macht van deze vijand die mij had aangegrepen, en op het moment dat ik op het punt stond in wanhoop te verzinken en mij aan verdelging over te geven […] zag ik recht boven mijn hoofd een lichtkolom, de helderheid van de zon overtreffend, die geleidelijk neerdaalde tot zij op mij viel.

[…] Toen het licht op mij rustte, zag ik twee Personen, wier glans en heerlijkheid elke beschrijving tarten, boven mij in de lucht staan. Een van Hen sprak tot mij, mij bij de naam noemend, en zei, wijzend op de ander: Dit is mijn geliefde Zoon. Hoor Hem! […]

Ik had werkelijk een licht gezien, en te midden van dat licht had ik twee Personen gezien, en Zij hadden werkelijk tot mij gesproken; en al werd ik gehaat en vervolgd omdat ik zei dat ik een visioen had gezien, het was toch waar […]. Ik had een visioen gezien; ik wist het, en ik wist dat God het wist, en ik kon het niet loochenen.

Illustraties, Andrew Roberts