2023
Ouderling Alan T. Phillips
Mei 2023


‘Ouderling Alan T. Phillips’, Liahona, mei 2023.

Ouderling Alan T. Phillips

Algemeen zeventiger

Ouderling Alan T. Phillips had al van jongs af aan het gevoel dat de kerk waar was, maar hij hoopte op een persoonlijk getuigenis van de Heiland voordat hij op zending ging.

‘Ik vastte, bad, ging naar het bos’, zegt hij. ‘Ik zocht naar het grote antwoord.’

Toen de rest van het gezin eens ergens anders heen moest, woonde hij in zijn eentje de avondmaalsdienst bij.

‘Ik was niet op zoek. Ik zat daar gewoon – in afwachting van het avondmaal en zong met de aanwezigen mee’, zegt hij. ‘Voor het eerst drong de gedachte aan ‘zijn wonden voor onze strafwaardigheid’1 echt tot me door. Ik voelde dat Hij echt bestond en voor mij iets concreets betekende, niet langer iets abstracts. Hij was op dat moment mijn Heiland.’

Ouderling Phillips bedankte zijn hemelse Vader later in gebed. Hij beloofde Hem dat hij de rest van zijn leven trouw zou blijven aan deze van God verkregen kennis.

Vanaf dat moment weet Hij dat de Heiland echt bestaat. Hij zegt dat al het andere in zijn getuigenis voortkomt uit dat ‘vaste fundament’ (zie Helaman 5:12).

Alan Thomas Phillips is in juni 1970 in Kent (Engeland) geboren en in Buckinghamshire (Engeland) opgegroeid. Hij trouwde in juli 2005 met Lindsay Iorg in de Mesatempel (Arizona). Zij hebben vier kinderen en zijn lid van de historische ring Hyde Park in Londen.

Ouderling Phillips heeft een bachelorsdiploma en een mastersgraad aan de London School of Economics and Political Science behaald. Hij heeft voor verschillende organisaties in het zakenleven, de financiële wereld en het onderwijs gewerkt, de afgelopen vier jaar als academisch directeur van het Brigham Young University London Centre.

Ouderling Phillips heeft in het zendingsgebied Manchester (Engeland) een zending vervuld. Hij is ook raadgever in het gebiedspresidium van Europa-Noord, gebiedszeventiger, ringpresident, raadgever in een ringpresidium, hogeraadslid en raadgever in een bisschap geweest.

Noot

  1. ‘’k Sta spraak’loos’, Lofzangen, nr. 129.