Moroni 4–5

Zuster Cheryl A. Esplin, voormalig raadgeefster in het algemeen jeugdwerkpresidium, vertelde over een vraag die een zoon aan zijn 96-jarige vader stelde: ‘Pap, waarom ga je naar de kerk? Je kunt niet zien, je kunt niet horen en je bent slecht ter been. Waarom ga je naar de kerk?’ (‘Het avondmaal – een vernieuwing van de ziel’, Liahona, november 2014, 14.)

• Hoe zou de vader die vraag hebben beantwoord?

‘De vader antwoordde: “Vanwege het avondmaal. Ik ga om van het avondmaal te nemen.”’ (Cheryl A. Esplin, ‘Het avondmaal’, 14.)

• Vanwege welke kennis van het avondmaal zou de vader op deze manier hebben geantwoord?

• Hoe belangrijk vind je het avondmaal? Waarom?

• Wat doe je om tijdens het avondmaal een zinvolle ervaring te hebben?

Moroni nam in zijn verslag de gebeden voor de bediening van het avondmaal op die Jezus Christus aan de Nephieten had gegeven (zie Moroni 4:1–2). Wees bij je studie van deze gebeden in Moroni 4–5 alert op ingevingen om te weten wat jij kunt doen om de verbonden na te komen die je bij het avondmaal sluit.

Wanneer we aan het avondmaal deelnemen, sluiten we een verbond met onze hemelse Vader en hernieuwen we de doopverbonden (zie Mosiah 18:8–10; Leer en Verbonden 20:37). ‘Een verbond is een heilige overeenkomst tussen God en een persoon of een groep personen. God stelt bepaalde voorwaarden en Hij belooft ons te zegenen als wij aan die voorwaarden voldoen.’ (Trouw aan het geloof, ‘Verbond’, 171, ChurchofJesusChrist.org.)

• Hoe zou je de belofte samenvatten die we doen wanneer we van het brood nemen?

Je zou ons deel van het verbond van het avondmaal als volgt kunnen samenvatten: Wanneer we aan het avondmaal deelnemen, beloven we gewillig te zijn de naam van de Heiland op ons te nemen, Hem altijd indachtig te zijn en zijn geboden te onderhouden.

• Wat betekent het volgens jou dat we gewillig zijn de naam van de Heiland op ons te nemen?

President Henry B. Eyring van het Eerste Presidium heeft uitgelegd:

Afbeelding

President Henry B. Eyring

We beloven zijn naam op ons te nemen. Dat betekent dat wij erkennen dat wij Hem toebehoren. Wij stellen Hem in ons leven op de eerste plaats. We willen wat Hij wil, en niet wat we zelf willen of wat de wereld van ons verwacht. (Henry B. Eyring, ‘That We May Be One’, Ensign, mei 1998, 67.)

• Hoe kun je de naam van de Heiland meer op je nemen?

• Hoe worden we meer zoals de Heiland door de naam van de Heiland op ons te nemen?

Vul de tweede kolom in het schema in met ideeën om elk van onze beloftes na te komen.

Afbeelding

jongevrouw gebruikt het avondmaal

Lees Moroni 4:3 en 5:2. Let op overeenkomsten en verschillen tussen het gebed voor het brood en het gebed voor de wijn (het water).

• Welke overeenkomsten heb je gevonden?

• Wat zal onze hemelse Vader doen als we het verbond nakomen, dat we bij het avondmaal sluiten?

We leren onder meer dit beginsel: Als we het verbond nakomen dat we bij het avondmaal sluiten, kunnen we de Geest van de Heer altijd bij ons hebben.

• Bedenk hoe je door je gewilligheid om de volgende beloften na te komen de Geest van de Heer altijd bij je mag hebben:

  • De naam van de Heiland op je nemen.

  • Hem altijd indachtig zijn.

  • Zijn geboden onderhouden.

• Wat zou je eraan hebben om de Heilige Geest altijd bij je te hebben?

President Dallin H. Oaks van het Eerste Presidium heeft uitgelegd hoe we het avondmaal kunnen benaderen en gezegend kunnen worden als we de bijbehorende verbonden nakomen. Lees het volgende citaat of bekijk de video ‘The Aaronic Priesthood and the Sacrament’ vanaf tijdcode 6:48 tot 7:22 op ChurchofJesusChrist.org.

Afbeelding

President Dallin H. Oaks

Ons is geboden ons van onze zonden te bekeren, met een gebroken hart en verslagen geest tot de Heer te komen en aan het avondmaal deel te nemen, overeenkomstig de verbonden ervan. Wanneer we zo onze doopverbonden hernieuwen, hernieuwt de Heer het reinigende effect van onze doop. Zo worden we gereinigd en kunnen we altijd zijn Geest bij ons hebben. Het belang daarvan is duidelijk in het gebod van de Heer dat we elke week van het avondmaal moeten nemen (zie Leer en Verbonden 59:8–9). (Dallin H. Oaks, ‘The Aaronic Priesthood and the Sacrament’, Ensign, november 1998, 38.)

Denk na over je inzet om de beloften na te komen die je doet bij het deelnemen aan het avondmaal. Wat gaat er goed? Wat kan er beter?

Kies een of meer beloften waarop je je wilt richten. Schrijf op wat je specifiek kunt doen. De volgende keer dat je aan het avondmaal deelneemt, kun je hierbij stilstaan.

Ga na hoe je door je verbonden na te komen de Heilige Geest bij je hebt en welke uitwerking dit heeft.