3 Nephi 27–4 Nephi

• Een bespreking van de naam van de kerk kan ertoe bijdragen dat uw klasleden hun lidmaatschap in De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen extra gaan waarderen. Vraag uw klas om de namen van verschillende organisaties op te sommen, en te beschrijven wat de namen ons over die organisaties duidelijk maken. Uw klasleden kunnen dan 3 Nephi 27:1–12 lezen en daarbij letten op wat de Heiland over de naam van zijn kerk heeft onderwezen. Ze kunnen ook bespreken wat hun lidmaatschap in de kerk van Christus voor ze betekent. Wat houdt het in om zijn naam op ons te nemen?

• U kunt ook als volgt bespreken waarom de naam van de kerk van de Heiland belangrijk is: Na een bespreking van de beginselen in 3 Nephi 27:1–22, kunt u de volledige naam van de kerk op het bord zetten. Klasleden kunnen dan woorden in de naam kiezen en vertellen hoe elk woord ons laat weten wie we zijn of waar we in geloven. De uitspraak van president M. Russell Ballard in de ‘Bijkomende leermiddelen’ kan daarbij van nut zijn. Waarom is het belangrijk de naam van de kerk te gebruiken als we ons geloof aan anderen verkondigen?

• Nadat Hij had uitgelegd dat zijn kerk ‘op [zijn] evangelie’ gebouwd moest zijn (3 Nephi 27:10), beschreef de Heiland wat zijn evangelie is. Misschien kunt u mensen in de les vragen hoe ze aan een vriend zouden uitleggen wat het evangelie is. Dan kunt u ze in 3 Nephi 27:13–22 laten zoeken hoe de Heiland zijn evangelie karakteriseerde. Hoe kunnen we de woorden van de Heiland samenvatten? Welke inzichten over manieren om het evangelie dagelijks na te leven krijgen we wanneer we bestuderen hoe de Heiland zijn evangelie omschreef?

• Bespreek 3 Nephi 29–30 door over tekenen te beginnen. Uw klasleden kunnen tekenen opsommen die ons laten weten dat er een storm op komst is of dat een seizoen ten einde loopt. Ze kunnen dan in 3 Nephi 29:1–3 lezen wat het tevoorschijn komen van het Boek van Mormon wil zeggen. Het Boek van Mormon werd door Mormon ‘deze woorden’ (zie ook 3 Nephi 21:1–7) genoemd. Welke boodschap gaf de Heer in 3 Nephi 29:4–9 aan wie het werk van God in de laatste dagen zouden ‘versmaden’ of ‘verloochenen’? Hoe wordt ons geloof in zaken die anderen ‘versmaden’ of ‘verloochenen’ gesterkt door dagelijks het Boek van Mormon te lezen? Laat uw klasleden de uitnodiging van de Heer in 3 Nephi 30 lezen, en bespreken hoe ze dankzij het Boek van Mormon op deze uitnodiging kunnen ingaan.

• Het verhaal in 4 Nephi laat de vreugde zien die we kunnen krijgen – als individu, als gezin en als wijk of ring – wanneer we ernaar streven om ons inniger tot Jezus Christus te bekeren. Vraag uw klasleden in 4 Nephi 1:1–18 om naar de zegeningen te zoeken die het volk ontving toen het zich volledig tot de Heer had bekeerd, en die op het bord te zetten. Wat was de invloed van hun bekering op hun omgang met elkaar? Uw klasleden kunnen vertellen hoe ze, dankzij het evangelie, in hun gezin of hun wijk soortgelijke zegeningen hebben ontvangen. Maak uw klasleden duidelijk hoe ieder van ons meer zoals de mensen in 4 Nephi kan leven en hoe we hechtere eenheid en groter geluk in de mensen rondom ons kunnen aanmoedigen door de uitspraak van ouderling D. Todd Christofferson in de ‘Bijkomende leermiddelen’ te lezen. Uw klasleden kunnen beoordelen wat zij doen voor de drie punten die ouderling Christofferson heeft beschreven.

• De mensen in het Boek van Mormon hadden zich eeuwenlang onderscheiden als Nephieten en Lamanieten – en veel andere ‘-ieten’ –, maar na de bediening van de Heiland onder hen verdween dit onderscheid. Lees 4 Nephi 1:17 klassikaal. Laat uw klas dan bespreken wat ze vinden van de soorten ‘-ieten’ of groepen die tegenwoordig bestaan. Hoe kunnen we deze verschillen overbruggen en echt ‘één, kinderen van Christus’ worden (vers 17)?

• Wat kunnen klasleden leren van de ondergang van de maatschappij in Zion zoals die in 4 Nephi beschreven wordt? Laat ze in 4 Nephi 1:19–34 opzoeken wat het geluk en de eenheid aan het eind van bijna tweehonderd jaar na het bezoek van de Heiland verstoorde. Welke beginselen in deze verzen kunnen ons helpen om houdingen en handelswijzen bij onszelf en in onze samenleving te benoemen die moeten veranderen?

President M. Russell Ballard heeft gezegd:

‘Ik heb veel nagedacht over de vraag waarom de Heiland zijn herstelde kerk een naam van elf woorden heeft gegeven. Die naam lijkt misschien lang, maar als we haar zien als een beschrijvend overzicht van wat de kerk is, wordt ze opeens verbazend kort, helder en direct. Welke beschrijving zou directer en duidelijker kunnen zijn in zo weinig woorden?

‘Ieder woord is verhelderend en onmisbaar. Het woord De geeft de unieke positie van de herstelde kerk onder andere godsdiensten van de wereld aan.

‘De woorden Kerk van Jezus Christus verklaren dat ze zijn kerk is [zie 3 Nephi 27:8]. […]

‘De woorden der Laatste Dagen betekenen dat ze dezelfde kerk is als de kerk die Jezus Christus tijdens zijn sterfelijke bediening vestigde, maar dan hersteld in deze laatste dagen. We weten dat er een wegvallen was, of een afval, die een herstelling van zijn ware en complete kerk in onze tijd noodzakelijk maakte.

‘Heiligen betekent dat de leden Hem volgen en ernaar streven om zijn wil te doen, zijn geboden te onderhouden en zich voorbereiden om in de toekomst weer in zijn nabijheid en die van onze hemelse Vader te wonen. Het woord Heiligen verwijst naar hen die proberen hun leven te heiligen door een verbond te sluiten dat zij Christus zullen volgen.’ (‘De waarde van een naam’, Liahona, november 2011, 80.)

Ouderling D. Todd Christofferson heeft gezegd: ‘Zion is Zion vanwege het karakter, de eigenschappen en getrouwheid van haar inwoners [zie Mozes 7:18]. […] Als we Zion willen vestigen bij ons thuis en in onze gemeenten, wijken en ringen, moeten we aan deze standaard voldoen. Daarvoor is nodig dat we (1) één van hart en één van zin worden, (2) persoonlijk en als groep een heilig volk worden, en (3) zo goed voor de armen en behoeftigen zorgen dat er geen armoede meer onder ons is. We kunnen niet op Zion wachten om deze dingen te laten gebeuren – Zion komt juist als ze aan het gebeuren zijn.’ (‘Kom tot Zion’, Liahona, november 2008, 38.)