Seminarie en instituut
Les 25: Een rechtschapen leven leiden in een tijd van goddeloosheid


Les 25

Een rechtschapen leven leiden in een tijd van goddeloosheid

Inleiding

Het Boek van Mormon getuigt van de vernietiging van personen en gemeenschappen die goddeloosheid omarmden en geheime verenigingen toelieten. Toch leert het Boek van Mormon ons ook dat wij zelfs in een goddeloze omgeving rechtschapen kunnen leven. In deze les leren de cursisten wat zij kunnen doen om in de hedendaagse wereld rechtvaardig te blijven.

Achtergrondinformatie

Onderwijsideeën

Alma 37:21–22, 25–27; Helaman 6:20–26, 37–40; Ether 8:18–26

Geheime verenigingen kunnen vrijheden en gemeenschappen vernietigen

Schrijf de zinsnede vijandig gebied op het bord en vraag de cursisten wat het betekent.

Toon het volgende citaat van president Boyd K. Packer (1924–2015) van het Quorum der Twaalf Apostelen en laat een cursist het voorlezen:

Afbeelding
President Boyd K. Packer

‘Jullie, jonge mensen, groeien op in vijandig gebied. We weten uit de Schriften dat er oorlog in de hemel was, dat Lucifer opstandig was, en dat hij met zijn volgelingen ‘op de aarde werd neergeworpen’ [zie Openbaring 12:9]. Hij is vastbesloten om het plan van onze hemelse Vader te verstoren, en hij streeft ernaar om de gedachten en daden van iedereen te beheersen.’ (‘Raad aan jongeren’, Liahona, november 2011, 16.)

  • Hoe is in deze tijd leven net als in vijandig gebied vertoeven?

Leg uit dat deze les dieper ingaat op de beschrijving in het Boek van Mormon over de goddeloze omgeving waarin sommige rechtschapen personen leefden. Vraag de cursisten te letten op beginselen en leerstellingen die zij kunnen toepassen tijdens het bestuderen van de voorbeelden van mensen die trouw bleven ook al waren ze door goddeloosheid omringd.

Herinner de cursisten eraan dat Moroni de vernietiging van de hele Nephitische beschaving meemaakte. Hij beschreef de goddeloosheid die tot de vernietiging van zowel de Nephieten als de Jaredieten leidde. Laat een cursist Ether 8:18 en 21 voorlezen terwijl de klas de oorzaak van deze ondergang benoemt. Laat de cursisten vertellen wat ze vinden.

Zet de volgende tekstverwijzingen en vragen op het bord:

Alma 37:21–22, 25–27

Helaman 6:20–26

Ether 8:18–26

Wat zijn geheime verenigingen?

Wat zijn hun doelen?

Hoe verzekeren ze hun voortdurend bestaan?

Vraag de cursisten één van de passages op het bord te lezen en te letten op antwoorden op de opgeschreven vragen. Deel de cursisten mee dat de door hun gekozen passage misschien niet de antwoorden voor alle drie de vragen bevat, maar dat ze zoveel moeten opzoeken als ze kunnen. Bespreek de vragen op het bord na verloop van tijd als klas. Bespreek dan het volgende:

  • Wat zijn volgens de gelezen passages de gevolgen als men geheime verenigingen laat bestaan en gedijen? (De cursisten horen het volgende beginsel te benoemen: geheime verenigingen kunnen vrijheden, regeringen en gemeenschappen vernietigen.)

  • Wat zijn volgens u enkele voorbeelden van geheime verenigingen in onze tijd?

Toon de volgende uitspraken van ouderling Russell M. Ballard van het Quorum der Twaalf Apostelen en van president Ezra Taft Benson (1899–1994) om de cursisten deze vraag te helpen beantwoorden. Vraag een cursist ze voor te lezen.

Afbeelding
Ouderling M. Russell Ballard

‘Ook tegenwoordig zijn er geheime verenigingen: bendes, drugskartels en georganiseerde-misdaadfamilies. Geheime verenigingen werken tegenwoordig net als destijds de roversbende van Gadianton in het Boek van Mormon. […] Hun activiteiten bestaan uit “moorden en plunderen en stelen en hoererijen bedrijven en allerlei goddeloosheid begaan, tegen de wetten van hun land en ook de wetten van hun God” [Helaman 6:23].’ (M. Russell Ballard, ‘Standing for Truth and Right’, Ensign, november 1997, 38.)

Afbeelding
President Ezra Taft Benson

‘Ik getuig dat het kwaad zich snel uitbreidt tot in elk aspect van onze maatschappij. (Zie LV 1:14–16; 84:49–53.) Het is beter georganiseerd, slimmer onherkenbaar gemaakt en sterker aangeprezen dan ooit tevoren. Geheime verenigingen die naar macht, profijt en eer streven, bloeien op. […] (Zie Ether 8:18–25.)’ (Ezra Taft Benson, ‘I Testify’, Ensign, november 1988, 87.)

  • Waarom voegden de profeten uit het Boek van Mormon volgens u informatie over geheime verenigingen toe aan hun verslag?

Laat een cursist Helaman 6:20, 37–40 voorlezen. Laat de klas meelezen en op de tegenstellingen tussen de Lamanieten en de Nephieten letten.(Noot: vergelijken en contrasteren is een vaardigheid voor Schriftstudie die u mogelijk in deze les wilt benadrukken [zie Gospel Teaching and Learning: A Handbook for Teachers and Leaders in Seminaries and Institutes of Religion (2012), 22].)

  • Wat kunnen wij uit deze verzen over het uitbannen van goddeloosheid en geheime verenigingen leren?

Alma 62:41; 4 Nephi 1:42; Mormon 1:13–17, 19; 2:8, 14–15, 18–19; 3:2–3, 12, 22; Moroni 9:6, 22, 25–26

Rechtschapen blijven terwijl men door goddeloosheid omringd is

Deel de cursisten mee dat de profeet Mormon werd geboren in een milieu van toenemende goddeloosheid die door deze geheime verenigingen werd veroorzaakt. Laat de cursisten de volgende passages bestuderen en letten op beschrijvingen van het milieu van Mormon, en deze markeren: Mormon 1:13–14, 16–17, 19; 2:8, 14–15, 18. Laat de cursisten verslag uitbrengen van wat ze hebben gevonden en vraag dan:

  • Welke zorgen zouden jullie hebben als jullie in zo’n milieu leefden?

Laat een cursist Mormon 1:15 en 2:19 voorlezen.

  • Wat leren we van het voorbeeld dat Mormon gedurende deze goddeloze tijd gaf? (Laat de cursisten antwoorden en schrijf deze waarheid op het bord: we kunnen rechtschapen leven zelfs als we door goddeloosheid omgeven zijn.)

Gun de cursisten de tijd om Mormon 3:2–3, 12, 22 te lezen om te zien wat ze nog kunnen ontdekken over de manier waarop Mormon in staat was in een tijd van goddeloosheid rechtschapen te leven. Laat de cursisten vertellen wat ze hebben geleerd over Mormon en stel daarna de volgende vragen:

  • Welke andere mensen uit het Boek van Mormon waren ook een voorbeeld van een rechtschapen leven leiden ook al waren ze door goddeloosheid omgeven? (Antwoorden kunnen bijvoorbeeld zijn: Ether, Moroni, Abish, en de mensen die geloofden dat Christus zou worden geboren, zoals in 3 Nephi 1 staat opgetekend.)

  • Wat staat ons te wachten als we er in een goddeloze wereld naar streven om rechtschapen te leven?

Herinner de cursisten eraan dat de zoon van Mormon, Moroni leefde gedurende diezelfde tijd van wijdverbreide goddeloosheid. Voor zijn dood schreef Mormon een brief aan Moroni die is opgetekend in Moroni 9. Vraag een cursist om Moroni 9:6, 22, 25–26 voor te lezen. Laat de klas nadenken de raad van Mormon in deze verzen en hoe die ons in een goddeloze wereld kan helpen om rechtschapen te leven.

  • Wat kunnen we uit deze verzen leren dat ons helpt om in de huidige wereld rechtschapen te leven? (Verduidelijk het volgende beginsel: als we in Christus en in zijn verzoening geloven, hebben we de kracht om rechtvaardig te leven ook al worden we door goddeloosheid omringd.)

  • Welke voorbeelden hebt u gezien van iemand die te midden van de hedendaagse goddeloosheid rechtschapen leeft?

  • Hoe kunt u door u te concentreren op Jezus Christus en zijn verzoening beter boven goddeloze of moeilijke omstandigheden staan?

Lees de volgende uitspraak van zuster Virginia U. Jensen, voormalig raadgeefster in het algemeen ZHV-presidium, voor om de cursisten te laten bedenken wat zij nog meer kunnen doen om in geloof en rechtschapenheid pal te staan:

Afbeelding
Virginia U. Jensen

‘Om zelf vastberaden pal te staan en anderen daarbij te helpen, moet de boodschap van het herstelde evangelie stevig in ons hart geplant zijn, en moeten we het onze kinderen thuis leren. […] Leer uw dierbaren hoe ze door vasten en bidden de machten van de hemel moeten gebruiken. Leer ze dat het heiligen van de sabbat ze voor de wereld zal beschermen. Leer ze gehoorzamen. Leer ze dat ze moeten streven naar Gods goedkeuring, niet naar die van mensen. Leer ze dat ze alleen door de Heiland lief te hebben en te volgen, en door verbonden te sluiten en zich eraan te houden, terug kunnen keren naar ons hemelse thuis. De waarheden van het evangelie en kennis van het heilsplan zijn wapens die uw gezinsleden kunnen gebruiken om Satans leger van het kwaad te overwinnen.’ (‘Stand Firm’, Ensign, november 2001, 94.)

  • Wat geeft u de vastberadenheid en kracht om in een steeds goddelozere wereld de Heer te gehoorzamen?

Leg uit dat er tijdens de langdurige oorlog tussen de Nephieten en de Lamanieten, die in het boek van Alma is opgetekend, mensen waren die zich tegen de krachten van het kwaad teweer moesten stellen om hun leven te behouden. Laat de cursisten Alma 62:41 bestuderen en letten op de tegengestelde manieren waarop individuen op tegenslag en goddeloosheid reageerden. Laat de cursisten vertellen wat zij hebben gevonden dat hen zou kunnen helpen om in een goddeloze wereld rechtschapen te leven.

Laat een cursist de volgende uitspraak betreffende deze passage van president James E. Faust (1920–2007) van het Eerste Presidium voorlezen:

Afbeelding
President James E. Faust

‘Als wij, wat er ook gebeurt, geluk en vreugde willen vinden en willen overleven in een steeds onrechtvaardiger wordende wereld, moeten we ondubbelzinnig achter de Heer gaan staan. Wij moeten proberen elk uur, elke dag, getrouw te zijn, zodat ons fundament van vertrouwen in de Heer nooit zal wankelen. […]

Het gaat er niet zozeer om wat er met ons gebeurt, maar hoe we daarop reageren. Dat doet mij denken aan een tekst uit Alma. Na een lange oorlog ‘waren velen verhard’, terwijl ‘velen […] verzacht [werden] wegens hun ellende’ [Alma 62:41]. Dezelfde omstandigheden leverden tegengestelde reacties op. […] Ieder van ons moet een eigen voorraad aan geloof hebben om zichzelf te helpen boven moeilijkheden uit te stijgen die deel uitmaken van deze proeftijd in het sterfelijk leven.’ (‘Where Do I Make My Stand?’, Ensign, november 2004, 18, 20.)

Vraag de cursisten enkele minuten de tijd te nemen om hun antwoord op de volgende vraag op te schrijven:

  • Welke toezeggingen hebben u ‘ondubbelzinnig achter de Heer’ laten staan?

Laat de cursisten vervolgens de volgende vragen overpeinzen:

  • Welke influisteringen van de Geest hebt u ontvangen over manieren om de Heer toegewijder te zijn?

  • Wat kunt u doen om familieleden te helpen de Heer toegewijder te zijn?

Getuig dat als wij in geloof volhouden, de Heer ons zal zegenen en ons zal helpen om te midden van goddeloosheid rechtschapen te leven.

Leesstof voor de cursisten