Kom dan en volg Mij
Hoe kan ik troost vinden wanneer iemand om wie ik geef sterft?


Hoe kan ik troost vinden wanneer iemand om wie ik geef sterft?

De dood is een essentieel onderdeel van het heilsplan. Als we willen worden zoals onze hemelse Vader is, moeten we de dood ondergaan en een volmaakt, herrezen lichaam krijgen. Als we begrijpen dat de dood deel uitmaakt van Vaders plan en dat Jezus Christus met zijn verzoening de dood heeft overwonnen, kunnen we hoop en gemoedsrust voelen als iemand van wie we houden, sterft.

Uw geestelijke voorbereiding

Hoe heeft uw kennis van het leven na de dood u geholpen? Welke Schriftteksten hebben u een beter begrip van het leven na de dood gegeven?

Sommige jongevrouwen hebben al met de dood van een dierbare te maken gehad. Ieder van hen zal daar ooit mee te maken krijgen. Welke bruikbare kennis wilt u dat ze opdoen?

Bestudeer deze teksten en andere bronnen met een gebed in uw hart. Waar zullen de jongevrouwen die u lesgeeft het meeste bij gebaat zijn?

1 Korintiërs 15:22 (de opstanding is een geschenk van Christus aan alle mensen)

Mosiah 16:7–8 (de opstanding van Jezus Christus neemt de prikkel van de dood weg)

Mosiah 18:8–10 (we troosten wie troost nodig hebben)

Alma 11:42–45 (we zullen ons lichaam terugkrijgen dankzij de opstanding van de Heiland)

Alma 28:12; LV 42:45–46 (we treuren om wie sterven, maar de dood is zoet voor wie in de Heer sterven)

Alma 40:11–14 (onze geest leeft voort nadat we sterven)

LV 137:5–10 (Joseph Smith ziet zijn broer Alvin, kleine kinderen en anderen in het celestiale koninkrijk)

LV 138 (het visioen van president Joseph F. Smith van de geestenwereld)

Thomas S. Monson, ‘Mevrouw Patton — het vervolg’, Liahona, november 2007, pp. 21–24; zie ook de video ‘Tot we elkaar weerzien’

Russell M. Nelson, ‘De deur van de dood’, De Ster, juli 1992, pp. 67–69

Shayne M. Bowen, ‘“Want Ik leef en gij zult leven”’, Liahona, november 2012, pp. 15–17

Video’s: ‘We zijn nog steeds een gezin’, ‘Hij zal je helpen’

Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland

De Heiland stelde vragen die zijn volgelingen ertoe brachten diep na te denken en acht te slaan op hun gevoelens. Hoe kunt u de jongevrouwen uitnodigen om na te denken en inspiratie te zoeken? Hoe kunt u hun een veilig gevoel geven zodat zij hun gevoelens durven te uiten?

Vertellen over eigen ervaringen

Vraag de jongevrouwen aan het begin van elke les om te vertellen over en te getuigen van hun ervaringen met het geleerde uit de les van vorige week. Dat zal hun bekering bevorderen en ertoe bijdragen dat ze zien hoe het evangelie van toepassing is op hun dagelijkse leven.

De leer inleiden

Kies uit deze ideeën of bedenk er zelf een om de les van deze week in te leiden:

  • Vertel een eigen ervaring of die van iemand anders over gemoedsrust vinden na de dood van een dierbare. Nodig de jongevrouwen uit om hun ervaringen te delen.

  • Vraag de jongevrouwen wat voor ervaringen zij hebben gehad met de dood van een dierbare. Hoe heeft hun kennis van de verzoening en het heilsplan hun troost geschonken?

Samen leren

Elk van de onderstaande leeractiviteiten zal de jongevrouwen meer inzicht geven in het leven na de dood. Kies er onder inspiratie van de Geest een of meer uit die voor uw klas het beste zijn:

  • Laat de jongevrouwen hun vragen, gedachten of angsten omtrent de dood opschrijven. Laat ze vervolgens naar antwoorden zoeken in de aanbevolen Schriftteksten in dit schema of in de toespraak ‘De deur van de dood’ van ouderling Russell M. Nelson. Moedig ze aan in het bijzonder oog te hebben voor teksten die de rol van de Heiland belichten bij het overwinnen van de dood. Vraag ze wat ze hebben geleerd. Geef ze de gelegenheid om hun gevoelens te verwoorden over wat de Heiland voor ons heeft gedaan.

  • Vertoon de video ‘Hij zal je helpen’ en vraag de jongevrouwen wat ze ervan vinden. Vraag de jongevrouwen zich voor te stellen hoe de wereld er zou uitzien als iedereen wist waar de jongeman in de video achterkwam. Welke invloed heeft deze kennis op ons dagelijks leven? Laat een jongevrouw haar getuigenis van het leven na de dood geven en wat haar hoop geeft.

  • Vertel het verhaal over mevrouw Patton uit de toespraak ‘Mevrouw Patton — het vervolg’ van president Thomas S. Monson of vertoon de video ‘Tot we elkaar weerzien’. Vraag de jongevrouwen hoe zij zouden reageren op de vraag die mevrouw Patton aan de jonge Thomas Monson stelde. Lees Mosiah 18:8–10 klassikaal. Bespreek de plicht die we allemaal hebben om troost en hulp te bieden aan gezinnen die een dierbare hebben verloren. Overweeg een lid van het ZHV-presidium uit te nodigen om aan deze discussie deel te nemen.

  • Laat de helft van de klas het verhaal over zuster Ramirez lezen in de toespraak ‘“Want Ik leef en gij zult leven”’ van ouderling Shayne M. Bowen en de andere helft het verhaal over ouderling Bowens zoontje Tyson. Vraag ze iets te zeggen over hoe ze troost kunnen vinden wanneer iemand die ze liefhebben sterft en hoe ze anderen kunnen troosten. Vraag de jongevrouwen wat voor ervaringen zij hebben gehad met de dood van een dierbare. Hoe heeft hun kennis van de verzoening en het heilsplan ze troost kunnen bieden? Vertel desgewenst iets wat u zelf hebt meegemaakt.

  • Deel de klas op in twee groepen. Laat één groep Leer en Verbonden 137:5–10 lezen en de andere groep Leer en Verbonden 138:57–58. Laat de jongevrouwen in hun groep bespreken wat deze Schriftteksten ons leren over het hiernamaals. Bespreek daarna klassikaal hoe deze kennis iemand kan helpen die een dierbare heeft verloren. Wat heeft die kennis met onze taak te maken wat familiegeschiedenis en tempelwerk betreft?

Vraag de jongevrouwen wat ze vandaag hebben geleerd. Begrijpen zij hoe ze troost kunnen vinden als een dierbare sterft? Wat voor gevoelens of ingevingen hebben ze gekregen? Hebben ze nog vragen? Zou het de moeite waard zijn om meer tijd aan deze leer te besteden?

Naleven wat we leren

Vraag de jongevrouwen hoe ze mededogen kunnen tonen aan iemand die een dierbare heeft verloren. Zijn er weduwen of anderen in de wijk of gemeenschap die wel wat steun kunnen gebruiken?

Vertel de jongevrouwen wat ze volgende week zullen bestuderen. Wat kunnen ze doen om zich zo voor te bereiden dat ze er iets van leren? Ze kunnen bijvoorbeeld een toespraak lezen, een video bekijken of een Schrifttekst bestuderen die verband houdt met de les van volgende week.