Seminarie
3 Nephi 12:1–16: ‘Gezegend bent u’


‘3 Nephi 12:1–16: “Gezegend bent u”’, Boek van Mormon – leerkrachtenboek (2024)

‘3 Nephi 12:1–16’, Boek van Mormon – leerkrachtenboek

3 Nephi 12:1–16

‘Gezegend bent u’

Afbeelding
Christus onderwijst in Amerika

Onze hemelse Vader en Jezus Christus willen ons zegenen. We kunnen er zeker van zijn dat we hun zegeningen op hun tijd en hun wijze zullen ontvangen als we hun raad opvolgen. Toen Jezus de Nephieten onderwees, verkondigde Hij een groot aantal van de zegeningen die we kunnen ontvangen. In deze les bereid je je voor om in je streven om de raad van de Heiland op te volgen de zegeningen te ontvangen waarover de Heiland sprak.

Ons richten op onze hemelse Vader en Jezus Christus als de bron van onze zegeningen. Benadruk bij het bestuderen van de Schriften en het bespreken van de beloofde zegeningen dat onze hemelse Vader en Jezus Christus de bron van die zegeningen zijn.

Voorbereiding van de cursist: Help de cursisten hun hart open te stellen voor hun studie van de rede van de Heiland in 3 Nephi, die vergelijkbaar is met zijn Bergrede. Doe dat door ze over de volgende uitspraak van president Joseph Fielding Smith (1876–1972) te laten nadenken. Hij heeft gezegd dat de Bergrede ‘de belangrijkste [rede is] die, voor zover wij weten, ooit is gehouden’. (Leringen van kerkpresidenten: Joseph Fielding Smith [2013], 249.)

Mogelijke leeractiviteiten

Gezegend

Laat de cursisten nadenken over wat het eigenlijk inhoudt om gezegend te worden. Teken op het bord een eenvoudige omslag van een tijdschrift. Noem het tijdschrift bijvoorbeeld het Tijdschrift voor werelds succes en geef het hoofdartikel de titel ‘De vijf meest gezegende mensen van het jaar’.

Laat de cursisten naar het bord komen en enkele zegeningen op de omslag zetten waar het artikel volgens hen over zal gaan.

Teken een identieke omslag met hetzelfde artikel op de andere helft van het bord, maar noem dit tijdschrift de Liahona. Laat de cursisten enkele zegeningen opschrijven waar volgens hen het artikel in het tijdschrift van de kerk over zal gaan.

  • Welke zegeningen heeft iemand volgens jou ontvangen waardoor hij of zij in dit artikel staat?

Denk nu aan een artikel in de Liahona met dezelfde titel.

  • Welke zegeningen zouden in dit artikel de grootste zegeningen worden genoemd?

  • Waarom leren de Heiland en zijn kerk ons om de meeste waarde te hechten aan andere zegeningen dan die waar veel mensen in de wereld naar streven?

In 3 Nephi 12–14 houdt Jezus Christus een rede tot de Nephieten, die vergelijkbaar is met de Bergrede in het Nieuwe Testament. President Joseph Fielding Smith (1876–1972) heeft gezegd dat de Bergrede ‘de belangrijkste [rede is] die, voor zover wij weten, ooit is gehouden’. (Leringen van kerkpresidenten: Joseph Fielding Smith [2013], 249.)

Je krijgt vandaag de kans om bij je studie van het deel van de Bergrede dat de zaligsprekingen wordt genoemd, te ontdekken hoe onze hemelse Vader en Jezus Christus jou willen zegenen. President Harold B. Lee (1899–1973) noemde de zaligsprekingen van de Heiland ‘de grondwet voor een volmaakt leven’ en legde het volgende uit: ‘In de Bergrede geeft de Meester ons een soort [onthulling] van zijn karakter, dat volmaakt was, […] en daarmee heeft Hij ons een blauwdruk voor ons leven gegeven.’ (Decisions for Successful Living [1973], 56–57.) Denk er bij je studie over na waarom de zegeningen van Christus uit deze rede van veel grotere waarde zijn dan de zegeningen die de wereld te bieden heeft.

De zaligsprekingen in Amerika

Lees 3 Nephi 12:1–12. Markeer het woord ‘gezegend’ en alle zegeningen die de Heiland in deze verzen noemt. In deze verzen betekent het woord ‘gezegend’ ‘zeer gelukkig’ of ‘door God begunstigd’.

Laat de cursisten tellen hoe vaak ze het woord ‘gezegend’ zijn tegengekomen en vertellen welke zegeningen ze hebben gevonden.

  • Wat zeggen de zegeningen waarover de Heiland in deze verzen sprak over Hem en zijn Vader?

We leren uit deze teksten onder meer het volgende: Onze hemelse Vader en Jezus willen ons graag zegenen als we ernaar streven hun raad op te volgen.

Lees 3 Nephi 12:1–2 en markeer wat de Heiland ons vraagt te doen als we streven naar de zegeningen die Hij en zijn Vader ons bieden.

Vraag de cursisten om hun antwoorden op de volgende vragen in hun studiedagboek te noteren en laat vrijwilligers vervolgens hun antwoorden aan de klas vertellen. De cursisten kunnen hun antwoorden ook met een klasgenoot of in groepjes bespreken.

  • Waarom denk je dat God hen zal zegenen die ‘acht slaan op de woorden van [de] twaalf die [Hij heeft] gekozen’? (3 Nephi 12:1.)

  • Op welke manieren heeft God jou of anderen gezegend, omdat jullie naar de woorden van profeten en apostelen hebben geluisterd?

Als de tijd het toelaat, laat u de cursisten recente conferentietoespraken door leden van het Eerste Presidium of het Quorum der Twaalf Apostelen opzoeken. Laat ze vervolgens vertellen hoe we volgens hen gezegend worden door gehoor te geven aan de leringen die ze hebben gevonden.

Naar zegeningen streven

Voordat de cursisten de volgende verzen lezen, zet u twee kolommen op het bord. De genoemde zegeningen staan in de ene kolom, en de daden of omstandigheden die tot die zegeningen leiden staan in willekeurige volgorde in de andere kolom. Laat de cursisten de juiste zegeningen bij de juiste daden of omstandigheden zoeken. Laat ze hun antwoorden aan de hand van 3 Nephi 12:3–12 controleren.

Lees 3 Nephi 12:3–12 nogmaals en ga na welke voorwaarden de Heiland voor elke zegen heeft gesteld. Markeer deze voorwaarden op een andere manier dan de zegeningen door bijvoorbeeld verschillende kleuren te gebruiken of door woorden te omcirkelen in plaats van te markeren.

U kunt ook de activiteit ‘Overzicht van de zaligsprekingen’ in ‘Aanvullende leeractiviteiten’ gebruiken als alternatief om de zaligsprekingen te onderwijzen.

Kies een zegen uit deze verzen die je zou willen ontvangen. Let op de daden of omstandigheden die tot die zegen leiden. Bestudeer die daden of omstandigheden met behulp van beschikbare informatiebronnen, zoals de Gids bij de Schriften, de app Evangeliebibliotheek, of de voetnoten.

Vraag de cursisten door het lokaal te lopen, klasgenoten op te zoeken die andere tekstblokken hebben bestudeerd en hun antwoorden op de volgende vragen te bespreken.

  • Wat ben je te weten gekomen over wat er wordt verwacht van de mensen die verlangen naar de zegen die je hebt bestudeerd?

  • Hoe was de Heiland een voorbeeld van die daden of omstandigheden? Hoe kun je door zijn voorbeeld beter begrijpen hoe je naar die zegen kunt streven?

Houd in gedachten dat onze hemelse Vader ons liefheeft en dat Hij ons daarom op zijn tijd en wijze zal zegenen. (Zie Leer en Verbonden 88:64.)

Als u denkt dat uw cursisten meer aanmoediging nodig hebben om op de Heer en zijn timing te vertrouwen, kunt u ook het citaat van president Dallin H. Oaks in ‘Toelichting en achtergrondinformatie’ voorlezen.

Je hebt een zegen gekozen die je graag zou ontvangen en hebt bestudeerd hoe je daarnaar kunt streven. Stel daar nu een plan voor op. De volgende vragen kunnen nuttig zijn:

  • Wat kun je doen om naar die zegen te streven?

  • Wanneer ga je daarmee beginnen?

  • Waar zou je tegenaan kunnen lopen en hoe kun je dat overwinnen?

Het kan nuttig zijn om te vertellen hoe u een van deze zegeningen hebt ontvangen en te getuigen dat de Heiland ons wil zegenen.