Mattheüs 1:1–17

Er zijn tegenwoordig ‘veel mensen die heel weinig van Jezus Christus afweten’. (Neil L. Andersen, ‘Wij spreken over Christus’, Liahona, november 2020, 88.)

• Waarom zijn er veel mensen die heel weinig van Jezus Christus afweten, denk je?

Stel je voor dat je iemand die Jezus Christus niet kent in één minuut moet vertellen wie de Heiland is en waarom Hij belangrijk voor je is. Schrijf ‘Jezus Christus’ in het midden van een vel papier of in je studiedagboek. Noteer belangrijke details rondom zijn naam die je in die 60 seconden zou willen delen. Voeg gedurende de les eventueel meer details toe.

Bekijk desgewenst de video ‘Wie is Jezus Christus? Overzicht in 60 seconden’ (1:22), op ChurchofJesusChrist.org. Bedenk onder het kijken waarom Jezus Christus tegenwoordig nog steeds belangrijk is voor de mensen, ook voor wie Hem niet kennen.

Er zijn tegenwoordig veel mensen die nog niet begrijpen hoe belangrijk Jezus Christus is, en in de tijd van de Heiland zagen velen dat ook niet in.

Mattheüs was een van de twaalf apostelen van Jezus Christus (zie Mattheüs 10:2–4) en was ooggetuige van veel gebeurtenissen in het leven van de Heiland die hij beschreef. Hij schreef het evangelie van Mattheüs om mensen (met name de Joden die niet in de Heiland geloofden) te helpen Jezus Christus in zijn ware hoedanigheid te herkennen. Mattheüs beklemtoonde specifiek dat Jezus Christus de beloofde Messias is door herhaaldelijk te verwijzen naar oude profetieën over de Messias die Jezus vervulde.

Mattheüs begon zijn verslag met een overzicht van Jezus’ familiegeschiedenis. Hij noemde daarbij belangrijke mensen en details (zie Mattheüs 1:1–17). Lees Mattheüs 1:16 en let op de zinsnede ‘Jezus, Die Christus genoemd wordt’. Onderstreep die zinsnede eventueel in je Schriften.

• Weet je wat de titel ‘Christus’ betekent?

Het Hebreeuwse woord voor ‘Christus’ is ‘Messias’. Lees wat er in de Gids bij de Schriften bij ‘ Messias ’ over de betekenis van deze titel staat, en waarom veel Joden Jezus niet als de Christus aannamen.

• Wat kom je door je inzicht in de titels ‘Christus’ en ‘Messias’ over de zending van de Heiland te weten?

Mensen werden in de oudheid gezalfd ter voorbereiding op een speciale taak. Het evangelie van Mattheüs bevat veel voorbeelden waarin Jezus Christus oude profetieën vervult waartoe Hij gezalfd was. Zoek twee of drie van die voorbeelden in je Schriften op (zie de volgende tabel). Bedenk waarom onze hemelse Vader vele jaren voordat Christus kwam al details openbaarde over wat Christus zou doen.

Nog een vervulling van een profetie uit het Oude Testament is opgetekend in Lukas 4:16–21 . Toen Jezus in zijn woonplaats Nazareth de synagoge (kerk) bezocht, las Hij uit het boek Jesaja een profetie over de goddelijke zending van de Messias voor. Vervolgens verklaarde Jezus dat Hij de Messias was en dat Jesaja’s profetie nu in vervulling ging.

Lees Jesaja 61:1–2 en zoek op waartoe de Messias volgens deze profetie van Jesaja gezalfd was. Markeer woorden of zinsneden die naar jouw idee aantonen dat Jezus Christus aan de opgetekende beschrijvingen van Jesaja voldoet.

Bekijk desgewenst ook de video ‘Jesus Declares He Is the Messiah’ vanaf tijdcode 0:00 tot 2:05. Deze video staat op ChurchofJesusChrist.org.

• Welke woorden of zinsneden uit Jesaja 61:1–2 zijn voor jou het bewijs dat Jezus Christus de geprofeteerde Messias is?

• Hoe heeft de Heiland een of meer van deze profetieën vervuld in jouw leven of dat van iemand die je kent?

Voeg details over Jezus Christus toe aan het vel papier waarop je aan het begin van de les begon te werken. Beantwoord de volgende vragen om je verder op weg te helpen.

• Wat kom je over Jezus Christus te weten door deze profetieën over de Heiland en de vervulling ervan?

• Waartoe is Jezus Christus op aarde gekomen? Waarom is het belangrijk om zijn zending te begrijpen?

• Waarom is Jezus Christus belangrijk voor je?

Ouderling Neil L. Andersen van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft als volgt van Jezus Christus getuigd:

Afbeelding

Official portrait of Elder Neil L. Andersen of the Quorum of the Twelve Apostles, 2010, August.

Als een stralende ster aan een heldere donkere hemel verlicht Jezus Christus ons pad. Hij kwam op aarde in een nederige stal. Hij leidde een volmaakt leven. Hij genas de zieken en wekte de doden op. Hij was een vriend voor wie vergeten waren. Hij leerde ons om goed te doen, te gehoorzamen en elkaar lief te hebben. Hij werd gekruisigd en herrees drie dagen later in majesteit. Zo maakte Hij het ons en onze dierbaren mogelijk om na de dood weer te leven. Met zijn weergaloze barmhartigheid en genade nam Hij onze zonden en ons lijden op Zich, zodat wij, door ons voortdurend te bekeren, vergeving ontvangen en gemoedsrust in de stormen van het leven. Wij hebben Hem lief. Wij vereren Hem. Wij volgen Hem. Hij is het anker van onze ziel.

(Neil L. Andersen, ‘Wij spreken over Christus’, Liahona, november 2020, 88.)

Ouderling Bruce R. McConkie (1915–1985) van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft uitgelegd:

Afbeelding

Head and shoulders portrait of Elder Bruce R. McConkie.

Geen enkel gedachtegoed was in Jezus’ tijd steviger in het hoofd van de Joden verankerd dan de universele overtuiging dat hun Messias de Zoon van David zou zijn. […] Ze keken uit naar een aardse verlosser die het juk van de Romeinse overheerser zou afwerpen en Israël weer zou bevrijden. Ze verwachtten een heerser die de heerlijkheid, de wereldwijde invloed en het prestige zou herstellen die men genoot toen de zoon van Isaï op de troon van Israël zat.

(Bruce R. McConkie, The Promised Messiah [1978], 188.)

‘Tamar was afkomstig uit Adullam in Kanaänitisch gebied (zie Genesis 38); Rachab was een Kanaänitische uit Jericho (zie Jozua 2:1–7); Ruth was een Moabitische voordat ze zich tot het Judaïsme bekeerde (zie Ruth 1:4); en Bathseba was de vrouw van Uria, een Hethiet (zie 2 Samuel 11:3). Die vier [vrouwen] waren dus allemaal niet-Israëlitisch of gingen met niet-Israëlieten om.’ (New Testament Student Manual [2018], 13.) Het feit dat deze vrouwen in het geslachtsregister van Jezus Christus worden vermeld, zegt ons dat God met alle mensen en op onverwachte manieren werkt.

Het toont ook aan dat ‘persoonlijke rechtschapenheid niet afhangt van de “volmaakte” afstammingslijn, aangezien Jezus Christus’ afstammingslijn niet volmaakt was. [En] de vermelding van vrouwen in de [familiegeschiedenis] van de Heiland duidt op de belangrijke waarheid dat mannen en vrouwen in Gods ogen gelijkwaardig zijn.’ (New Testament Student Manual, 13.)