2018
In raadsvergadering bijeenkomen
January 2018


In raadsvergadering bijeenkomen

Meer kracht in de vergaderingen van de Melchizedekse priesterschap en de zustershulpvereniging

Afbeelding
man in priesthood quorum council meeting

Voorwoord door ouderling M. Russell Ballard van het Quorum der Twaalf Apostelen

Als apostel heb ik voortdurend de kracht en het belang van raden beklemtoond, waaronder ring-, wijk-, hulporganisatie- en gezinsraden. Volgens mij boeken we dankzij raden echte resultaten.

We voeren deze maand enkele eenvoudige, maar belangrijke wijzigingen door in het leerplan dat op zondag in Melchizedekse-priesterschapsquorums en in de ZHV gebruikt wordt. We gaan vanaf nu niet alleen de woorden van de hedendaagse profeten bestuderen, maar ook in raadsvergadering bijeenkomen (zie LV 107:89) om onze problemen en behoeften te bespreken.

Naarmate we doeltreffender met elkaar leren overleggen, zal God ons zegenen met meer openbaring, inzicht en macht om zijn werk tot stand te brengen.

Onze hemelse Vader bracht zijn werk vóór de schepping van de aarde tot stand door middel van raden (zie LV 121:32). Gods volk heeft altijd door middel van raden naar zijn advies gezocht. Dat begon al bij Adam en Eva. God noemt zichzelf trouwens ‘Raadsman’ (Mozes 7:35). Aan het begin van deze bedeling begon Joseph Smith ‘de oude orde van raden’ te herstellen.1 De kerk wordt nu op elk niveau door raden bestuurd.

De afgelopen maanden hebben de leiders van de kerk samen besproken hoe we de zondagse vergaderingen van de Melchizedekse priesterschap en de ZHV kunnen verbeteren. Het resultaat daarvan is het nieuwe leerplan Kom dan en volg Mij — voor de Melchizedekse priesterschap en de zustershulpvereniging, waarin meer conferentietoespraken worden gebruikt. Het leerplan introduceert ook de kracht van overleg in onze Melchizedekse-priesterschapsquorums en ZHV.

‘Het oude leerplan is zeer nuttig geweest’, zegt ouderling Christoffel Golden van de Zeventig, die op de doorvoering van deze wijziging toezicht houdt. ‘Maar de Heer wil dat we nu iets anders doen. We zullen vooruitgang maken door de woorden van de hedendaagse profeten te bestuderen en in raadsvergadering bijeen te komen.’

Het algemeen ZHV-presidium en enkele leden van de Zeventig zijn onlangs in raadsvergadering bijeengekomen om te bespreken hoe raden tot meer openbaring, eenheid en kracht leiden. Zij reiken u de volgende beginselen aan, die u kunt toepassen bij het bedenken van een oplossing die u, uw wijk of gemeente, en uw quorum of ZHV, schikt.

De kracht van het doel

‘Daar u zich bijeenverzameld hebt […] en eensgezind bent aangaande deze ene zaak, en de Vader in mijn naam hebt gevraagd, alzo zult u ontvangen’ (LV 42:3).

Raden stellen ons in staat om ‘samen de wil van de Heer te zoeken’.2 Met andere woorden, we moeten niet alleen ideeën uitwisselen. Door samen te overleggen streven we naar openbaring, zodat we de wil van de Heer in onze situatie te weten komen. Als we de volgende zaken indachtig zijn, kunnen we meer openbaring ontvangen:

1. Focus — begin met een specifieke kwestie of behoefte. Als we de focus leggen op één kwestie of behoefte, maken we makkelijker vooruitgang. Door die focus kijken we verder dan de zichtbare symptomen (wat er gebeurt) en proberen we de achterliggende oorzaken te begrijpen (waarom en hoe iets ons beïnvloedt). We kunnen bijvoorbeeld samen bespreken hoe we onze jongeren kunnen begeleiden en hun band met God kunnen bevorderen, in plaats van te praten over de vele uren die jongeren achter beeldschermen doorbrengen.

2. Perspectief — maak een vraag van de kwestie of behoefte. Door een onderwerp als vraag te formuleren, bevorderen we leerstellige inzichten. We kunnen bijvoorbeeld vragen: ‘Hoe kunnen we deze situatie op een goede, positieve manier aanpakken?’ of ‘Welke leerstelling moeten we beter begrijpen om deze kwestie op te lossen?’

3. Kracht — streef naar openbaring. Raden kunnen over oplossingen brainstormen, maar het doel van de raad is om Gods wil te achterhalen, niet om een lijstje van goede ideeën op te stellen of om te zeggen: ‘Zo deden we het in mijn vorige wijk.’ Ouderling David A. Bednar van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd dat we geen vergaderingen, maar openbarende ervaringen nodig hebben.3 Door samen te overleggen, ontvangen we krachtige openbaringen, waarmee we onze problemen kunnen oplossen.

De kracht van deelname

‘Wijs onder u een leraar aan, en laten niet allen tegelijkertijd spreken; maar laat één tegelijk spreken en laten allen luisteren naar wat hij zegt, opdat wanneer allen gesproken hebben, allen door allen opgebouwd zullen zijn, en opdat eenieder een gelijke gelegenheid zal hebben’ (LV 88:122).

In raadsvergaderingen komen de belangen van het individu en de organisatie (de wijk of gemeente) op een unieke manier samen. Dat gebeurt vooral als de deelnemers het volgende begrijpen:

1. Ieder raadslid is van essentieel belang. De raadsleden dienen actief aan het gesprek deel te nemen, maar het niet te domineren. Paulus heeft gezegd: ‘Het oog kan niet zeggen tegen de hand: Ik heb je niet nodig, of vervolgens het hoofd tegen de voeten: Ik heb jullie niet nodig. Ja, meer nog, de leden van het lichaam die de zwakste schijnen te zijn, zijn echter juist zeer noodzakelijk’ (1 Korinthe 12:21–22).

2. Raadsleden dienen licht op de zaak te werpen. De profeet Joseph Smith heeft gezegd: ‘Vooraleer iemand bezwaar maakt tegen een kwestie die in een raad wordt besproken, dient hij zich ervan te vergewissen dat hij licht op het onderwerp kan werpen in plaats van duisternis te verspreiden, en dat zijn bezwaar rechtschapen is.’4

3. Raadsleden streven naar eenheid. Ondanks hun verschillende visie streven de raadsleden samen naar de ‘leiding van de Heilige Geest’.5 Joseph Smith heeft eens in een raadsvergadering gezegd ‘dat het om openbaring en de zegeningen des hemels te ontvangen noodzakelijk was zich op God te richten, geloof te oefenen en één van hart en geest te worden.’6

Afbeelding
Relief Society council meeting

De kracht van actieplannen

‘Eenieder [zal] in leer en beginsel met betrekking tot de toekomst kunnen handelen volgens de morele keuzevrijheid die Ik hem heb gegeven’ (LV 101:78).

Een raad is pas klaar als er een plan is opgesteld om met de ontvangen openbaring aan de slag te gaan. Men dient de deelnemers uit te nodigen om specifieke toezeggingen te doen. ‘Aan het eind van het beraad moet iedereen een opdracht hebben’, zegt zuster Jean B. Bingham, algemeen ZHV-presidente. ‘Het belangrijkste werk vindt tussen de bijeenkomsten in plaats.’

De gespreksleider leidt de raad tot begrip en overeenstemming. Vervolgens geeft hij of zij opdrachten, en noteert die, en komt daar later op terug. Zuster Sharon Eubank, eerste raadgeefster in het algemeen ZHV-presidium voegt daaraan toe: ‘We hebben de kracht. Als we beloven te handelen, zal de Heer onze inzet zegenen (zie LV 43:9). Zich vrijwillig aanbieden voor opdrachten en er verslag van uitbrengen, vormen de kern van het naleven van verbonden.’

De rol van de gespreksleider

‘De prediker was niet beter dan de toehoorder, evenmin was de leraar beter dan de leerling; en aldus waren zij allen gelijk’ (Alma 1:26).

Om onze raden te verbeteren, vermijden we wereldse opvattingen van leiderschap. In het koninkrijk van de Heer is de leider een dienstknecht (zie Markus 10:44). De gespreksleider, of dat nu de presiderende autoriteit of een leerkracht is, richt de deelnemers op de kern, maar is zelf de kern niet. Hij of zij domineert het gesprek niet en neemt geen standpunt in voor de raad aan het woord geweest is.

De gespreksleider speelt een belangrijke rol bij het kaderen van het doel, het leiden van het gesprek en het uitnodigen van de deelnemers om toezeggingen te doen. De raad werkt beter als de gespreksleider luistert, leidt, uitnodigt, beschermt en bekrachtigt.

1. Luisteren. Goede leiders luisteren naar de spreker en de Heilige Geest. ‘De gave van onderscheid werkt veel doeltreffender als we luisteren dan als we praten’, aldus ouderling Bednar.7

2. Leiden. De gespreksleider leidt het gesprek in goede banen en bevordert de ontwikkeling van ideeën. Zo nodig herkadert de leider het gesprek of stuurt het liefdevol bij.

3. Uitnodigen. Alle raadsleden kunnen openbaring ontvangen. Als de leider iedereen uitnodigt (ook hen die terughoudend zijn) om ideeën aan te brengen, is de kans groter dat men de wil van de Heer achterhaalt.

4. Beschermen. De gespreksleider schept een veilige omgeving waarin iedereen vrijuit kan spreken. Hij bereikt dat door liefdevol met de deelnemers om te gaan en hen tegen kritiek en oordelen te beschermen. Vooral bij gevoelige onderwerpen is extra zorg vereist. Vertrouwelijke kwesties dienen vertrouwelijk te blijven.

5. Bekrachtigen. De gespreksleider bekrachtigt de inbreng van de deelnemers door ze te bedanken en ideeën met elkaar te verbinden. Door die bekrachtiging krijgen de raadsleden het gevoel dat ze bijdragen tot het ontvangen van openbaring. Ze zullen dan meer moeite doen om ervoor te zorgen dat ze nuttige bijdragen leveren.

Nieuw leerplan, nieuwe toewijding

Het nieuwe jaar en dit nieuwe leerplan vragen om hernieuwde toewijding. We zijn gezegend met het herstelde evangelie van Jezus Christus. Het is onze taak en ons voorrecht om naar zijn leiding te streven en zijn werk te doen. Deze stap voorwaarts in onze zondagse vergaderingen van de Melchizedekse priesterschap en de ZHV draait niet om het geven van een les over het werk. We komen in een raad bijeen en stimuleren elkaar om in rechtschapenheid te handelen, waardoor we ‘vele mensen naar Zion stoten met gezangen van eeuwigdurende vreugde’ (LV 66:11).

Noten

  1. Joseph Smith, in ‘Minutes, 17 February 1834’, josephsmithpapers.org.

  2. Handboek 2: de kerk besturen (2010), 2.4.4.

  3. Zie David A. Bednar, ‘Panel Discussion’ (Wereldwijde instructiebijeenkomst voor leidinggevenden, november 2010), broadcasts.lds.org.

  4. Teachings of the Prophet Joseph Smith, samengesteld door Joseph Fielding Smith (1976), 94.

  5. Handboek 2, 3.3.2.

  6. Joseph Smith, in ‘Minutes, 27–28 December 1832’, 3, josephsmithpapers.org.

  7. David A. Bednar, ‘Panel Discussion’.