2018
Het avondmaal – een prachtig geschenk
August 2018


Het avondmaal – een prachtig geschenk

Naar de toespraak ‘Kom tot Christus’, gehouden op 26 september 2017 tijdens een devotional aan de Brigham Young University–Idaho.

Bid dat u zult worden vernieuwd als u aan het avondmaal deelneemt en de Heiland indachtig bent.

Afbeelding
woman taking the sacrament

In april 2017 hadden wij de gelegenheid om aan de open dagen van de Parijstempel (Frankrijk) mee te werken voordat die op 21 mei 2017 werd ingewijd. Op het tempelterrein staat een prachtig standbeeld van Christus. Het is een kopie van het originele meesterwerk van de Deense beeldhouwer Bertel Thorvaldsen uit 1838. Dit standbeeld is een echte blikvanger. Het maakt alle bezoekers duidelijk dat wij in Jezus Christus geloven. De grootsheid, afmetingen en omgeving van het beeld zijn adembenemend. Bezoekers voelen zich tot deze beeltenis van de herrezen Heer aangetrokken en gaan er vaak bij staan om een foto te nemen.

Het standbeeld wordt vaak Christus Trooster genoemd. Een trooster is iemand die troost.1 Troosten betekent geestelijke steun geven in gevallen van geestelijke nood (zoals verdriet, wanhoop, moedeloosheid, angst) of van lichamelijke pijn; trachten verdriet te lenigen, minder pijnlijk te doen gevoelen; opbeuren (door woorden of daden).2 Voor ons belichaamt de Christus deze goddelijke eigenschappen van de Heiland.

De originele Christus Trooster staat in de Vor Frue Kirke, de Onze-Lieve-Vrouwekerk, in Kopenhagen (Denemarken). De Christus wordt omringd door standbeelden van de twaalf apostelen en staat tussen twee zuilen in een nis. Boven en onder het beeld zijn bekende verzen uit de Bijbel gegraveerd.

Afbeelding
Christus statue

Bovenaan, op de steen die op de twee zuilen rust, staat in het Deens: ‘DENNE ER MIN SØN DEN ELSKELIGE HØRER HAM’. In het Nederlands betekent dat: ‘Dit is mijn geliefde Zoon, luister naar Hem’.

Deze woorden werden door God, onze hemelse Vader uitgesproken toen Jezus in aanwezigheid van Petrus, Jakobus en Johannes werd verheerlijkt. Het hele vers luidt als volgt: ‘En er kwam een wolk, die hen overschaduwde, en uit de wolk kwam een stem, die zei: Dit is mijn geliefde Zoon, luister naar Hem’ (Markus 9:7).

Op de sokkel van de Christus Trooster staan de Deense woorden: ‘KOMMER TIL MIG’. In het Nederlands: ‘Kom naar Mij toe’. Van alle woorden die de Heiland heeft uitgesproken, zijn er geen die zo smekend en belangrijk voor ons zijn als ‘kom naar Mij toe’.

Het hele vers gaat zo: ‘Kom naar Mij toe, allen, die vermoeid en belast zijn, en Ik zal u rust geven’ (Mattheüs 11:28).

Aan dit originele standbeeld van Christus Trooster is de uitnodiging van de Vader verbonden om naar zijn eniggeboren Zoon te luisteren, en de uitnodiging van de Zoon om tot Hem te komen. In volmaakte eenheid nodigen Zij allen uit om te luisteren en te komen.

Dat is de weg die ons terugvoert naar ons hemelse thuis. ‘Wij geloven dat door de verzoening van Christus de gehele mensheid kan worden gered door gehoorzaamheid aan de wetten en verordeningen van het evangelie’ (Geloofsartikelen 1:3). Ieder mens kan pas ten volle tot Jezus Christus komen door het herstelde evangelie te aanvaarden. Wij ‘[nemen] het herstelde evangelie aan […], met geloof in Jezus Christus en zijn verzoening, bekering, de doop, de gave van de Heilige Geest en volharding tot het einde toe’.3

De leer van Christus

Dit is de verenigde boodschap van de Vader en de Zoon. Zij willen dat alle kinderen van onze hemelse Vader de leer van Christus volgen. En voor alle duidelijkheid, de zinsnede ‘de leer van Christus’ betekent hetzelfde als het evangelie van Christus.

Laten we naar deze tabel kijken die de eenheid van de Vader en de Zoon met betrekking tot hun boodschap over de leer van Christus illustreert.

2 Nephi 31

3 Nephi 9

3 Nephi 11

3 Nephi 27

Totaal

Geloof

1

2

4

1

8

Bekering

5

4

4

3

16

Doop

10

0

13

3

26

Heilige Geest

8

2

6

1

17

Volharden

3

0

0

3

6

Vader

14

5

20

25

64

We weten dat deze hoofdstukken (2 Nephi 31; 3 Nephi 9; 3 Nephi 11 en 3 Nephi 27) de leer van Christus bevatten. In deze hoofdstukken wordt vaak gesproken over geloof, bekering, doop, de Heilige Geest, en volharden tot het einde. In de tabel staat hoe vaak deze beginselen worden vermeld. Zoals u kunt zien, wordt geloof 8 keer vermeld, bekering 16 keer, de doop 26 keer, de Heilige Geest 17 keer, en volharden tot het einde 6 keer.

Het is wellicht opmerkelijk dat er in deze hoofdstukken ook vaak naar de Vader wordt verwezen. Er wordt zelfs 64 keer naar Hem verwezen, veel vaker dan er over de doop wordt gesproken.4 Hieruit kunnen we concluderen dat de leer van Christus eigenlijk de leer van de Vader en de Zoon is.

Laten we enkele verwijzingen naar de Vader nader bekijken.

‘En de Vader zei: Bekeer u, bekeer u, en laat u dopen in de naam van mijn geliefde Zoon.

‘En ook kwam de stem van de Zoon tot mij, die zei: Aan hem die zich in mijn naam laat dopen zal de Vader de Heilige Geest schenken, zoals aan Mij; volg Mij dus en doe de dingen die u Mij hebt zien doen. […]

‘En ik [Nephi] hoorde een stem die van de Vader kwam, die zei: Ja, de woorden van mijn Geliefde zijn waar en betrouwbaar. Hij die tot het einde volhardt, die zal behouden worden’ (2 Nephi 31:11–12, 15).

De Vader, de Zoon en de Heilige Geest getuigen dat dit de enige weg is.

Volgens Mattheüs zeggen de Vader en de Zoon ons dat we tot Christus moeten komen en zijn juk op ons nemen, omdat onze lasten dan licht kunnen worden en wij rust kunnen vinden. We hebben allemaal lasten te dragen. Wellicht zijn we belast met zonde, verdriet, verslaving, ziekte, schuldgevoelens of schaamte. Bij die moeilijkheden naar Christus opzien brengt genezing, hoop en troost.

De leer van Christus – geloof, bekering, doop, en de gave van de Heilige Geest – is niet bedoeld als een eenmalige ervaring. Wij leren in de kerk dat we volmaakt worden door ons herhaaldelijk ‘geheel te verlaten’ op de leer en de verdiensten van Christus (zie 2 Nephi 31:19). Dat betekent dat we de stappen in de leer van Christus ons leven lang blijven herhalen. Elke stap bouwt verder op de vorige stap, en het is de bedoeling dat we die cyclus keer op keer doorlopen.

Als we geloof oefenen, wordt het sterker. Als we voortdurend naar bekering streven, worden we een beter mens. Als we moeite doen, kunnen we van sporadische ervaringen met de Heilige Geest groeien naar een leven waarin we Hem als constante metgezel hebben. Bovendien kunnen we meer over de eigenschappen van Jezus Christus te weten komen en dezelfde kwaliteiten ontwikkelen.5 Naarmate we meer op Hem gaan lijken, ondergaan we een verandering van hart en zijn we beter in staat om tot het einde toe te volharden. (Zie bijvoorbeeld 2 Nephi 31:2–21; 3 Nephi 11:23–31; 27:13–21; Moroni 4:3; 5:2; 6:6; LV 20:77, 79; 59:8–9.)

Het is niet moeilijk om te begrijpen dat we de verschillende stappen in de leer van Christus keer op keer kunnen doorlopen en erop voortbouwen. Maar dat geldt toch niet voor de doop? We laten ons tenslotte maar één keer voor onszelf dopen.

Afbeelding
passing the sacrament

Het avondmaal van de Heer

Een antwoord op die vraag staat in een theologisch meesterwerk van ouderling James E. Talmage (1862–1933) van het Quorum der Twaalf Apostelen. Het werk heet The Articles of Faith [De artikelen des geloofs]. De eerste editie dateert van 1899. Het werk biedt antwoord op vragen over de kerk en haar fundamentele leerstellingen. Generaties mensen hebben het gelezen en bestudeerd.

In de inhoudsopgave zien we dat elk hoofdstuk, met uitzondering van de inleiding, met een van de dertien geloofsartikelen overeenkomt.6 Sommige geloofsartikelen komen in meer dan een hoofdstuk aan bod, maar elk hoofdstuk komt met één geloofsartikel overeen.

Het is opmerkelijk dat hoofdstuk 9, ‘Het avondmaal van de Heer’, vlak na het hoofdstuk over de Heilige Geest komt.7 Ouderling Talmage verbindt het met het vierde geloofsartikel.

Aan het begin van hoofdstuk 9 zegt ouderling Talmage: ‘Bij de studie van de beginselen en verordeningen van het evangelie, zoals die in het vierde geloofsartikel staan vermeld, verdient het avondmaal van de Heer onze aandacht. Inachtneming van deze verordening wordt namelijk vereist van allen die lid van de kerk zijn geworden door te voldoen aan de vereisten van geloof, bekering en doop door water en de Heilige Geest.’8

Met deze woorden in gedachte is het duidelijk waarom ouderling Talmage het avondmaal met het vierde geloofsartikel verbindt. Het avondmaal is de eerstvolgende verordening die ieder lid na zijn of haar bevestiging als lid van de kerk nodig heeft.

Het avondmaal is de eerstvolgende verordening die een man na het ontvangen van het Melchizedeks priesterschap nodig heeft.

Het avondmaal is de eerstvolgende verordening die mensen na hun tempelbegiftiging nodig hebben.

Het avondmaal is de eerstvolgende verordening die getrouwde koppels na hun verzegeling nodig hebben.

Het avondmaal is de eerstvolgende verordening die wij nodig hebben. Het avondmaal is de sleutel tot geloof in Jezus Christus, bekering van zonde en voeling met de invloed van de Heilige Geest in ons leven. Het is de manier waarop wij de verbonden en zegeningen van de doop hernieuwen.

In Handboek 2 staat: ‘De leden van de kerk wordt geboden om dikwijls samen te komen en deel te nemen aan het avondmaal, om de Heiland altijd indachtig te zijn en de verbonden en zegeningen van de doop te hernieuwen.’9 U vraagt zich misschien af: ‘Welke zegeningen?’ Uiteraard is het een zegening van de doop om de Heilige Geest voortdurend bij ons te hebben. Maar het reinigende effect, een van de prachtigste zegeningen van de doop, wordt dat ook hernieuwd?

President Dallin H. Oaks, eerste raadgever in het Eerste Presidium, heeft gezegd: ‘Ons is geboden ons van onze zonden te bekeren, met een gebroken hart en verslagen geest tot de Heer te komen en aan het avondmaal deel te nemen. […] [We] betuigen dat we gewillig zijn de naam van Jezus Christus op ons te nemen, Hem altijd indachtig te zijn en zijn geboden te onderhouden. Als we dit verbond naleven, hernieuwt de Heer het reinigende effect van onze doop. We worden rein en kunnen zijn Geest altijd bij ons hebben.’10

We worden echter gewaarschuwd dat ‘het avondmaal niet specifiek is bedoeld als middel om vergeving van zonden te krijgen’.11 Met andere woorden, u kunt niet opzettelijk zondigen op zaterdagavond en verwachten op zondag wonderbaarlijke vergeving te ontvangen door een stukje brood te eten en wat water te drinken. Bekering is een ingewikkelder proces dat berouw en het verzaken van zonde inhoudt. Bekering met voorbedachten rade is weerzinwekkend in de ogen van de Heiland.

Wij komen voor de reinigende kracht van Jezus Christus in aanmerking als we waardig aan het avondmaal deelnemen.12 Zo houden we ons ‘onbesmet van de wereld’ (LV 59:9). Het avondmaal van de Heer volgt terecht op de doop in de herhaalde toepassing van de leer van Christus bij de vooruitgang naar volmaaktheid die heiligen der laatste dagen maken.

We dienen dit pad te volgen, en daarbij moet de verordening van het avondmaal op de doop en het ontvangen van de Heilige Geest volgen. Voorbereiding op het avondmaal vereist voorzorg en aandacht. U kunt niet verwachten dat het avondmaal een geestelijke ervaring is als u haastig rondloopt, sms’jes zit te sturen of op een andere manier afgeleid bent.

Kom dus op tijd naar de kerk. Als de avondmaalslofzang begint, concentreer u dan op de Heiland, zijn verzoening, zijn liefde en zijn mededogen. Bid dat u zult worden vernieuwd als u aan het avondmaal deelneemt en Hem indachtig bent.

Een les uit Rwanda

In 1994 vond er in Rwanda een verschrikkelijke genocide plaats. In 60 à 90 dagen werden zo’n 600.000 tot 900.000 mensen vermoord.

Na verloop van tijd werd er in de hoofdstad Kigali een gemeente van de kerk georganiseerd. De gemeente gedijde goed, hoewel er geen voltijdzendelingen waren. In 2011 waren wij geroepen om in het gebied Afrika-Zuidoost te dienen. Daar kregen we te horen dat de erkenning van de kerk in Rwanda ongeldig was, wat inhield dat we als kerk de wet overtraden. We kwamen ook te weten dat ons kerkgebouw, een verbouwd huis met twee verdiepingen, volgens het bestemmingsplan niet voor het houden van kerkbijeenkomsten mocht worden gebruikt. Het gebiedspresidium nam in overleg met het Quorum der Twaalf de hartverscheurende beslissing om de gemeente op te heffen. Er waren voor onze leden geen kerkbijeenkomsten meer.

Advocaten in Kigali, Salt Lake City en Johannesburg (Zuid-Afrika) gingen ijverig aan het werk om de problemen op de lossen. Intussen bleven de heiligen maar vragen wanneer ze weer mochten bijeenkomen. Er gingen maanden voorbij zonder een oplossing of zelfs maar enige vooruitgang.

Na ongeveer tien maanden vlogen we naar Kigali om de heiligen daar te bezoeken en hen op te beuren. Vooraf vroegen we of de kwestie op de gebedsrol in de tempel kon worden geplaatst voor de wekelijkse vergadering van het Eerste Presidium en het Quorum der Twaalf.

De dinsdag voor onze reis van Johannesburg naar Kigali kregen we het bericht dat de overheid plots en onverwacht had besloten de kerk in Kigali een tijdelijke erkenning te verlenen. Op donderdag, twee dagen later, stond de commissie voor ruimtelijke ordening ons een vrijstelling van het bestemmingsplan toe. De heiligen in Kigali konden weer in ons gebouw bijeenkomen zonder de wet te overtreden.

Het was een wonder! De leden werden snel ingelicht dat er op zondag een bijeenkomst in de gemeente zou zijn. We kwamen op vrijdag aan en nodigden de leden uit om naar de kerk te komen. Toen het eenmaal zondag was, kwamen alle leden – allemaal – en veel van hun vrienden naar de kerk. Ze waren ruim op tijd en konden haast niet wachten om weer samen te zijn. Toen het avondmaal was ingezegend en werd rondgediend, voelden we allemaal een bijzondere vernieuwende, verfrissende en reinigende geest.

Wij weten nog dat we ons tijdens die dienst afvroegen waarom we die geest niet elke week voelden als we aan het avondmaal deelnamen. We keken naar de heiligen om ons heen en beseften dat ze honger en dorst naar het avondmaal hadden. Hun geloof, ijver en geduld waren ieder van ons tot zegen. We namen ons voor om aan deze ervaring bij de heiligen in Kigali terug te denken, telkens als we in de toekomst aan het avondmaal deelnamen. We beloofden dat we ook een honger naar de zegeningen van deelname aan het avondmaal zouden hebben.

U weet dat de Heiland, nadat Hij het avondmaal onder de Nephieten had ingesteld, hun vertelde dat het avondmaal de sleutel was waarmee ze op zijn rots kunnen bouwen. Hij zei:

‘En Ik geef u een gebod die dingen te doen [deelnemen aan het avondmaal]. En indien u die dingen steeds doet, bent u gezegend, omdat u bent gebouwd op mijn rots.

‘Maar wie onder u meer of minder dan dat doen, zijn niet op mijn rots gebouwd, maar op een fundament van zand; en wanneer de regen valt en de watervloeden komen, en de winden waaien en tegen hen slaan, zullen zij vallen’ (3 Nephi 18:12–13).

Het avondmaal is een prachtig geschenk dat we elke zondag ontvangen en dat ons helpt bij onze aardse vooruitgang. Dankzij het avondmaal beleven we een belangrijk deel van de leer van Christus, waardoor we dichter tot onze Heiland worden gebracht en zijn liefde en vergeving kunnen voelen. We zijn dankbaar dat we dat elke week mogen meemaken en ons zo beter op de Heiland kunnen concentreren.

‘Speciaal voor mij’

Een vriendin van ons in Zuid-Afrika vertelde hoe ze tot dat besef is gekomen. Toen Diane pas gedoopt was, ging ze in een gemeente buiten Johannesburg naar de kerk. Op zekere zondag toen ze in de zaal zat, zag de ronddienende diaken haar door de indeling van de kapel over het hoofd. Diane was teleurgesteld, maar zei niets. Een ander lid merkte de vergissing op en stelde de gemeentepresident daar na de bijeenkomst van op de hoogte. Toen de zondagsschool begon, werd Diane verzocht naar een leeg klaslokaal te gaan.

Een priesterschapsdrager kwam binnen. Hij knielde, zegende wat brood en gaf haar een stukje. Ze at het op. Hij knielde weer, zegende wat water en gaf haar een bekertje. Ze dronk het leeg. Twee gedachten schoten Diane vlak na elkaar door het hoofd: ‘O, hij [de priesterschapsdrager] deed dit speciaal voor mij’, en daarna: ‘O, Hij [de Heiland] deed dit speciaal voor mij.’ Tijdens de bediening van het avondmaal voelde Diane de liefde van haar hemelse Vader, speciaal voor haar.

Afbeelding
sacrament tray

Door het besef dat het offer van de Heiland speciaal voor haar was, voelde ze zich dicht bij Hem. Ook kreeg ze een overweldigend verlangen om dat gevoel in haar hart vast te houden, niet alleen op zondag, maar elke dag. Ze besefte dat ze weliswaar samen met anderen van het avondmaal nam, maar dat de verbonden die ze elke zondag hernieuwde voor haar persoonlijk waren. Het avondmaal hielp Diane – en blijft haar helpen – om de kracht van goddelijke liefde te voelen, de hand van de Heer in haar leven te herkennen en dichter tot de Heiland te komen.13

Wij geven u dezelfde uitnodiging als Moroni:

‘Ja, kom tot Christus en word vervolmaakt in Hem en onthoud u van alle goddeloosheid; en indien u zich van alle goddeloosheid onthoudt en God liefhebt met al uw macht, verstand en kracht, dan is zijn genade u genoeg, opdat u door zijn genade volmaakt kunt zijn in Christus; en indien u door de genade van God volmaakt bent in Christus, kunt u de macht van God geenszins verloochenen.

‘En voorts, indien u door de genade van God volmaakt bent in Christus en zijn macht niet verloochent, dan bent u geheiligd in Christus door de genade van God, wegens het vergieten van het bloed van Christus, dat in het verbond van de Vader tot vergeving van uw zonden dient, opdat u heilig wordt, zonder smet’ (Moroni 10:32–33).

Dat gebeurt als we de leer van Christus toepassen en het avondmaal beschouwen als de verordening die volgt op de doop en het ontvangen van de Heilige Geest. Zo kunnen we ons verlaten ‘op de verdiensten van [Christus] die machtig is om te redden’ (2 Nephi 31:19). Wij zijn erg dankbaar voor het avondmaal, voor de manier waarop het ons leert en ons eraan herinnert wat onze Heiland voor ons heeft gedaan. Wij zijn Hem erg dankbaar, omdat we weten dat Hij speciaal voor ieder van ons verzoening heeft gebracht.

Toen de Heiland de Nephieten toesprak, zei Hij wanneer de regen, wind en watervloeden komen. Hij twijfelde er niet aan dat dat zou gebeuren. Iedereen krijgt weleens met regen, wind en watervloeden te maken. Hij heeft echter gezegd dat wij op zijn rots zijn gebouwd als wij naar Hem opzien terwijl we aan het avondmaal deelnemen (zie 3 Nephi 15:9; 18:1).

Ieder van u maakt weleens mee dat u aarzelt om naar de kerk te gaan en aan het avondmaal deel te nemen. Als dat nog niet is gebeurd, dan komt het nog. Maar bedenk: als u de aanwijzingen van de Heiland volgt en met een gebroken hart en een verslagen geest aan het avondmaal deelneemt, zullen zegeningen over u worden uitgestort waardoor u stevig op het vaste fundament van Jezus Christus zult zijn gebouwd. De beslissing om dat te doen, zal de eeuwigheid beïnvloeden. U zult op Jezus Christus zijn gebouwd, de Leidsman en Voleinder van ons geloof.

Noten

  1. Zie www.vandale.nl, ‘trooster’.

  2. Zie www.vandale.nl, ‘troosten’.

  3. Predik mijn evangelie: handleiding voor zendingswerk (2004), 1.

  4. Dit omvat ook de keren waar Hij/Hem/zijn duidelijk naar de Vader verwijst.

  5. Zie Predik mijn evangelie, hoofdstuk 6, 125–138.

  6. James E. Talmage, The Articles of Faith, 12e druk (1924), v–ix.

  7. Zie Talmage, Articles of Faith, vi.

  8. Talmage, Articles of Faith, 171.

  9. Handboek 2: de kerk besturen (2010), 2.1.2.

  10. Dallin Oaks, ‘Bijzondere getuigen van Christus’, Liahona, april 2001, 14.

  11. Talmage, Articles of Faith, 175.

  12. Zie Dallin H. Oaks, ‘De avondmaalsdienst en het avondmaal’, Liahona, november 2008, 17–20.

  13. Zie Dale G. Renlund, ‘Opdat ik alle mensen tot Mij zou kunnen trekken’, Liahona, mei 2016, 41.