Kijkend naar de tempel

De tempel is een huis des Heren. Mocht de Heer de aarde bezoeken, dan zou Hij naar zijn tempel komen. Wij behoren tot de familie van God. Wij zijn zijn kinderen, verwekt in ons voorbestaan [voorsterfelijk leven]. En evenals een aardse vader en moeder en hun kinderen samenzijn in hun woning, zo kunnen de loyale kinderen van de Heer bijeenkomen, zoals wij dat doen, in het huis van de Heer.

De tempel is een huis van onderricht. Hier worden de beginselen van het evangelie behandeld en diepzinnige waarheden van het koninkrijk Gods ontvouwd. Als we met de juiste geest naar de tempel gaan en goed opletten, zullen we de tempel met wijsheid en kennis van het evangelie verlaten.

De tempel is een huis van vrede. Hier laten we de zorgen en problemen van de roerige wereld voor wat ze zijn. Hier richten we ons op geestelijke werkelijkheden, aangezien we hier alleen vandoen hebben met hetgeen van de Geest is.

De tempel is een huis van verbonden, die aanzetten tot een rechtschapen leven. Hier verklaren wij dat we de geboden Gods zullen gehoorzamen en beloven de kostbare kennis van het evangelie ten gunste van onszelf en onze medemens aan te wenden. De eenvoudige ceremonies maken dat we de tempel verlaten met het vaste voornemen om een leven te leiden dat de gaven van het evangelie waardig is.

De tempel is een huis van zegen. De beloften die wij op voorwaarde van getrouwheid krijgen, strekken zich uit tot de eeuwigheid. Daardoor gaan we beseffen dat onze hemelse ouders dichtbij zijn. De macht van het priesterschap wordt ons aldus in nieuwe en grote hoeveelheden gegeven.

De tempel is een huis waarin ceremonies aangaande goddelijkheid worden voorgesteld. De grote verborgenheden van het leven, de grote onbeantwoorde vragen, worden hier duidelijk: (1) Waar kom ik vandaan? (2) Waarom ben ik hier? (3) Waar ga ik na dit leven naar toe? Hier zijn de behoeften van de geest, waaruit alle andere levenszaken voortkomen, van het grootste belang.

De tempel is een huis van openbaring. De Heer kan hier openbaring geven, en eenieder kan de openbaring ontvangen die hij nodig heeft. Alle kennis, alle hulp komt van de Heer, direct of indirect. Hoewel Hij daar niet persoonlijk is, is Hij daar door zijn Heilige Geest en door mannen die het priesterschap dragen. Door die Geest geven zij leiding aan het werk Gods op aarde. Eenieder die dit heilige huis in geloof en gebed betreedt, zal oplossingen vinden voor de problemen die hij of zij heeft.

Het is goed om in de tempel te zijn, het huis des Heren, een huis van priesterlijke instructie, van vrede, van verbonden, van zegeningen, en van openbaring. In het huis des Heren zijn is een groot voorrecht, waarvoor ons hart dient over te lopen van dankbaarheid en het vurige verlangen dat alles waardig te zijn.

De tempel, met zijn gaven en zegeningen, is toegankelijk voor eenieder die voldoet aan de voorwaarden van het evangelie van Jezus Christus. Wie zich aan de kerkelijke normen houdt, kan bij zijn of haar bisschop een tempelaanbeveling aanvragen.

De verordeningen die daar worden voltrokken zijn heilig; ze zijn niet geheimzinnig. Allen die het evangelie aanvaarden en naleven en zichzelf rein houden, komen ervoor in aanmerking. Ja, alle getrouwe leden van de kerk worden uitgenodigd en aangespoord om gebruik van de tempel te maken en te genieten van zijn privileges. Het is een heilig huis waarin heilige verordeningen worden voltrokken voor eenieder die bewezen heeft dat hij of zij de tempelzegeningen waardig is.

Alles wat het evangelie biedt, wordt in de tempel verricht. Dopen [voor de doden], ordeningen tot het priesterschap [voor de doden], huwelijken, en verzegelingen voor tijd en eeuwigheid voor de levenden en de doden, de begiftiging voor de levenden en de doden, (…) evangelieonderricht, raden voor het werk der bediening, en al het andere dat tot het evangelie behoort, wordt hier verricht. Met recht kunnen we zeggen dat de tempel het hele evangelie in zich verenigt. (…)

Men moet niet verwachten dat men de tempelceremonies de eerste keer dat men ‘door de tempel gaat’ volledig zal begrijpen. Daarom heeft de Heer het element van herhaling ingebouwd. Het tempelwerk moet door iemand eerst voor zichzelf worden gedaan; daarna kan het verricht worden voor overleden voorouders of vrienden, telkens als men in de tempel is. Daarmee worden niet alleen de heilsdeuren voor de doden geopend, maar kunnen de levenden doordrongen raken van het karakter, de betekenis en de verplichtingen van de begiftiging. Door de begiftiging vers in het geheugen te houden, kunnen we onze dagelijkse plichten onder invloed van eeuwige zegeningen vervullen.

De ceremonies van de tempel worden helder uitgelegd in de openbaring die bekend staat als afdeling 124, de verzen 39–41, van de Leer en Verbonden:

‘Welnu, voorwaar, Ik zeg u dat uw zalvingen en uw wassingen en uw doopbedieningen voor de doden en uw plechtige samenkomsten en uw plechtigheden ter gedachtenis aan uw offers door de zonen van Levi en aan uw orakelen in uw allerheiligste plaatsen, waarin u mededelingen ontvangt en uw inzettingen en gerichten, voor het begin van de openbaringen en grondlegging van Zion en voor de heerlijkheid, eer en begiftiging van al haar burgers, worden verordonneerd door de verordening van mijn heilig huis, dat mijn volk altijd wordt geboden te bouwen voor mijn heilige naam.

‘Want voorwaar, Ik zeg u: Laat dit huis worden gebouwd voor mijn naam, opdat Ik mijn verordeningen daarin zal kunnen openbaren aan mijn volk;

‘want Ik verwaardig Mij mijn kerk dingen te openbaren die van vóór de grondlegging der wereld verborgen zijn gehouden, dingen die te maken hebben met de bedeling van de volheid der tijden.’

In de tempel gaan allen gelijk gekleed, namelijk in het wit. Wit symboliseert reinheid. Geen onrein mens heeft het recht om Gods huis te betreden. Dezelfde kleding symboliseert dat voor God, onze hemelse Vader, alle mensen gelijk zijn. De bedelaar en de bankier, de geletterde en de ongeletterde, de prins en de pauper zitten zij aan zij in de tempel, en als zij rechtschapen leven, zijn ze in de ogen van de Here God, Vader der geesten, even belangrijk. In de tempel wordt iemand bekwaamd en onderricht in het geestelijke. Allen zijn gelijk voor God. (…)

Door de tempel gaan is van begin tot einde een heerlijke ervaring. Het is verheffend en informatief. Het geeft moed. De kandidaat vertrekt met meer begrip en meer kracht om zijn taken te doen.

De wetten van de tempel en de verbonden van de begiftiging zijn mooi, nuttig, eenvoudig en gemakkelijk te begrijpen. Ze naleven is net zo eenvoudig. Het is echter geweldig dat de profeet Joseph Smith, ongeschoold in wereldlijke zaken, ze in de juiste volgorde heeft gezet en zo het fundament heeft gelegd voor de geestelijke verheffing van de mens. Alleen dit al rechtvaardigt ons geloof dat Joseph Smith werd geleid door machten die het aardse overstijgen.

Voor wie de tempel in geloof en in volle overgave aan de wil des Heren betreden, zal die dag glorierijk blijken te zijn. Zij zullen licht en macht ontvangen. (…)

Hoe iemand het herstelde evangelie van de Heer Jezus Christus, in het bijzonder in de tempel, ook wendt of keert, zijn of haar overtuiging zal groeien dat het werk Gods is hersteld voor zijn specifieke doeleinden in de laatste dagen. De tempeldienst is ons gegeven om ons te kunnen kwalificeren voor dit grote werk: ‘de onsterfelijkheid en het eeuwige leven van de mens tot stand te brengen’ (Mozes 1:39).