2014
Het beste eeuwige gezin
Februari 2014


Het beste eeuwige gezin

‘Ik kom hier uit een fijn gezin, zij houden veel van mij.’ (‘Ons gezin kan eeuwig zijn’, Kinderliedjes, 98.)

De andere meisjes lieten Olivia niet meedoen. Zou een emmertje verf helpen?

Olivia liet haar hoofd hangen en luisterde naar het opgewonden gefluister van de meisjes die achter haar zaten in de bus.

‘Ik ben zo blij dat je moeder zei dat je bij mijn bushalte eruit mocht! Heb je de games meegenomen?’

‘Ik heb ze bij me. Mijn moeder heeft me ook een zak popcorn meegegeven!’

Olivia fronste boven het boek dat ze aan het lezen was. Wisten ze niet dat zij ze kon horen? Ze vond het niet leuk om te horen dat haar twee vriendinnen plannetjes maakten voor iets waarvoor zij niet was uitgenodigd.

Stephanie, Rebecca en Olivia waren al heel lang vriendinnen. Ze deden alles samen. Maar toen het nieuwe schooljaar begon, kwamen Stephanie en Rebecca erachter dat zij dezelfde leerkracht hadden terwijl Olivia in een andere klas zat! Olivia herinnerde zich het nare gevoel in haar maag toen de twee meisjes enthousiast zaten te praten over naast elkaar zitten in de klas en samen lunchen. Ze had datzelfde nare gevoel nu ook.

De bus stopte voor Rebecca’s huis. Olivia keek mistroostig door de ruit toen de meisjes uitstapten en naar het tuinpad renden.

Tegen de tijd dat de bus eindelijk Olivia’s halte bereikt had, kon ze haar tranen nauwelijks bedwingen. Ze ging snel naar binnen.

‘Hoe was het op school?’ vroeg mama.

Olivia begon te huilen. ‘Het was verschrikkelijk! Rebecca en Stephanie praten bijna niet meer met me, terwijl we voor eeuwig beste vriendinnen zouden zijn!’, snikte ze.

ʻWat naar, Olivia. Het kan moeilijk zijn als een vriendschap begint te veranderenʼ, zei mama. Ze was even stil. ʻWeet je nog dat we naar de tempel gingen om ons te laten verzegelen?ʼ vroeg ze, wijzend naar een foto aan de muur. Olivia keek ernaar en zag haar familie glimlachend voor de tempel staan. Ze was toen veel jonger, maar ze kon zich nog herinneren dat ze met haar ouders en Jane, haar oudere zus, in de prachtige verzegelkamer was.

ʻWeet je nog waarom we zo hard ons best hadden gedaan zodat we er klaar voor zouden zijn om naar de tempel te gaan?ʼ

ʻOmdat we een eeuwig gezin wilden worden?ʼ antwoordde Olivia.

ʻPrecies. Zelfs als je niet voor eeuwig de beste vriendinnen bent met Rebecca en Stephanie, heb je altijd nog je familie als je eeuwige vrienden.ʼ

‘Ja,’ zei Olivia, ʻmaar dat is niet hetzelfde.ʼ

ʻIk weet dat je je gekwetst voelt,ʼ zei mama, ʻmaar ik ben blij dat je thuis bent. Ik heb iets te doen voor jou en Jane.

Olivia kon haar oren niet geloven. In plaats van iets te doen waardoor ze zich prettiger ging voelen, gaf mama haar karweitjes!

ʻDoe wat oude kleren aan en ga naar de veranda achter het huis. Zeg Jane dat ze ook moet komen.

Olivia ging naar boven en stampte daarbij wat harder met haar voeten dan gebruikelijk. Ze deed haar werkkleren aan.

Toen de meisjes zich hadden omgekleed en naar buiten waren gegaan, zagen ze mama terugkomen uit de schuur. Ze had een groen blik, wat verfkwasten en een opgerold stuk plastic bij zich. Eenmaal bij de veranda legde ze het plastic neer en gaf de meisjes elk een kwast.

ʻMoeten we iets schilderen?ʼ, vroeg Olivia sceptisch. Meestal deed papa zulke klusjes.

‘Ja’, zei mama. ʻIk wil de achterdeur vóór het avondeten geschilderd hebben’, zei mama. En toen draaide ze zich om en ging naar binnen.

De meisjes keken elkaar een tijdje aan en grijnsden toen. Dit kon leuk worden. Ze doopten hun kwast in de gladde, groene verf en gingen aan de slag. Olivia vond het wel leuk — het leek eigenlijk helemaal geen karweitje. Jane liet haar zien hoe ze lange, gelijkmatige strijkbewegingen met de kwast moest maken. Al gauw waren de meisjes aan het lachen en het praten. Olivia begon te denken aan de leuke dingen die ze met Jane had gedaan. Ze was blij dat haar zus altijd haar vriendin zou zijn.

Enkele uren later zaten de meisjes onder de groene verfspatten en hadden ze een grote glimlach op het gezicht. Olivia deed de glimmende groene deur open en stak haar hoofd naar binnen. ʻMam, we zijn klaar met de deurʼ, riep ze. ʻKom eens kijken hoe geweldig zij eruitziet!ʼ