Tieners in het Oude Testament
Voor dit artikel is uitgegaan van de Bible Dictionary in de kerkuitgave van de King Jamesbijbel en van The New Westminster Dictionary of the Bible, onder redactie van Henry Snyder Gehman (1970).
Wat laat het Oude Testament los over de tienerjaren van de leiders in die tijd?
Hoewel ons de hoofdrolspelers in het Oude Testament het meeste bijblijven vanwege hun daden als volwassene, staan er soms aanwijzingen over de tienertijd van deze geestelijke reuzen in de tekst. Als je je bewust wordt van de keuzes die zij al jong in hun leven maakten, kan dat je misschien helpen bij de keuzes waar jij voor staat. Hier zijn zeven voorbeelden:
Mozes
Toen Mozes als kindje in het biezenmandje werd gevonden en in het paleis werd opgevoed, ontving hij een uitstekende opleiding (zie Handelingen 7:22). In zijn tienertijd heeft hij hoogstwaarschijnlijk Egyptisch leren lezen en schrijven.
Samuël
Samuëls geboorte was een geschenk van God aan zijn moeder Hanna. Zij beloofde hem aan de Heer af te staan om door de priester Eli te worden opgevoed. Samuël groeide op en diende onder Elia. Toen hij twaalf jaar was, wekte de stem van de Heer hem midden in de nacht (zie 1 Samuël 3:4–10). Al jong leerde Samuël naar de stem van de Heer te luisteren. Daarmee begon hij zijn voorbereiding van profeet.
Daniël
Toen zijn familie en zijn volk gevankelijk naar Babylon waren weggevoerd, werden Daniël en zijn drie vrienden, tieners nog, toegevoegd aan de hofhouding van de koning. Zij weigerden het vlees en de wijn die hun in het paleis werden voorgezet. Zij hielden zich aan de geboden en ze werden geleerde en bekwame mannen. In Daniël 1:20 staat dat de koning deze vier jonge mannen ‘tienmaal voortreffelijker dan al de geleerden, al de bezweerders in zijn ganse rijk’ vond.
Jozef
Jozef zal zeventien zijn geweest toen zijn oudere broers hem aan slavenhandelaars op weg naar Egypte verkochten. Zelfs onder dergelijke omstandigheden, werd Jozef gezegend. Jozef liet zich in de dienst van Potifar, de man die hem kocht, van zijn beste kant zien. Alles wat Jozef aanpakte, lukte hem (zie Genesis 39:3–4). Ondanks valse beschuldigingen wist Jozef het uiteindelijk tot onderkoning van Egypte te schoppen. Daardoor was hij bij machte om zijn eigen familie te hulp te komen in tijden van hongersnood.
Ruth
Ruth was waarschijnlijk nog jong toen haar eerste man, de zoon van Noömi, stierf. In plaats van naar haar familie terug te gaan, koos Ruth ervoor om bij haar schoonmoeder te blijven en de God van Israël aan te hangen. Ze zei tegen Noömi: ‘Waar gij zult vernachten, zal ik vernachten; uw volk is mijn volk, en uw God is mijn God’ (Ruth 1:16). Ruth trad nogmaals in het huwelijk en werd de overgrootmoeder van koning David, de stamlijn waarin Jezus Christus uiteindelijk zou worden geboren.
David
David was de jongste van acht zoons, die in Betlehem woonden. Toen hij nog een jongen was, toonde hij zijn moed door de schapen van zijn vader te redden van een leeuw en een beer. Terwijl hij nog in zijn tienerjaren was, werd David door de profeet Samuël tot koning gezalfd (zie 1 Samuël 16:12–13). Aanvankelijk dacht Samuël dat God Davids oudere broer op het oog had, omdat hij lang en goedgebouwd was, maar de Heer zei tegen de profeet dat David koning moest worden. Tegen Samuël werd gezegd: ‘Het komt immers niet aan op wat de mens ziet; de mens toch ziet aan wat voor ogen is, maar de Here ziet het hart aan.’ (1 Samuël 16:7).
Wanneer begonnen de mannen en vrouwen van het Oude Testament zich voor te bereiden op hun werk voor de Heer? Uit de Schrift leren wij dat ze al jong begonnen zijn. Als je in je tienerjaren bent, ben je oud genoeg om de Heer te leren kennen en zijn wil te doen. Alma heeft terecht tegen zijn zoon Helaman gezegd: ‘O, denk eraan, mijn zoon, en leer wijsheid in uw jeugd; ja, leer in uw jeugd de geboden Gods te onderhouden’ (Alma 37:35).
In plaats van te wachten tot je volwassen bent, is nu de allerbeste tijd om een rechtschapen leven te leiden.