2011
Door kleine middelen
Juli 2011


Door kleine middelen

Ik dacht dat alles goed ging. Ik was op zending geweest, had mijn studie afgemaakt, had een voltijdbaan en mijn eigen flat. Ik ging iedere zondag naar de kerk en soms naar activiteiten. Ik had genoeg vrienden en vriendinnen, getrouwd en ongetrouwd, en ik had plotseling meer tijd om te lezen, mijn lievelingsbezigheid in mijn jeugd. Maar ondanks al die activiteiten voelde ik me nog steeds verloren.

In Alma 37 lezen we het advies dat Alma zijn zoon Helaman gaf. In de verzen 41 en 42 praat Alma over Lehi’s familie en de Liahona. Hij legt uit dat de Liahona niet werkte als zij ‘traag [waren] en vergaten hun geloof en ijver te oefenen’ en daarom ‘vorderden zij niet met hun reis; daarom bleven zij in de wildernis, of namen [zij] geen directe koers.’ Toen ik die verzen las, besefte ik dat ik geen vooruitgang maakte. Ik oefende mijn geloof niet en was niet erg ijverig. Ik werkte niet meer aan een bepaald doel. Ik zat eigenlijk alleen maar ergens op te wachten.

Er was geen specifiek moment waarop ik een lijst opstelde en alles opschreef wat ik moest doen. Maar die veranderingen vonden geleidelijk plaats. Allereerst besloot ik vroeg op te staan om aan hardlopen of een andere vorm van lichaamsbeweging te doen. Vervolgens onderzocht ik wat studiemogelijkheden om mijn carrière te verbeteren of met een andere te beginnen. Ik vond een opleiding en begon me voor te bereiden op het toelatingsexamen. Schriftstudie en gebed werden belangrijker en ik probeerde me dagelijks aan de woorden van Christus te vergasten en de Geest te voelen. Ik deed vooral extra mijn best om actief in mijn wijk te zijn — ook als dat inhield dat ik wat tijd moest opofferen.

Sinds ik die kleine veranderingen heb aangebracht, ben ik gelukkiger. Ik voel dat ik vooruitgang maak en dat onze hemelse Vader me nieuwe uitdagingen geeft. Ik kan die uitdagingen vol hoop tegemoet treden, zonder angst of ontmoediging. Ik heb gemerkt dat als we niet ons best doen, ons geloof niet oefenen of niet doelgericht zijn, onze hemelse Vader ons niet kan helpen om vooruitgang te maken en wij ons einddoel niet bereiken. Ik ben zo dankbaar voor de kleine veranderingen waardoor ik een beter zicht op mijn toekomst heb gekregen.