2012
In de armen van zijn liefde gesloten
Februari 2012


jongeren

In de armen van zijn liefde gesloten

De band met mijn aardse vader liet dan te wensen over, mijn hemelse Vader zou mij niet in de steek laten.

Toen ik zes was, scheidden mijn ouders. Hoewel ik bij mijn moeder bleef wonen, verdween mijn vader na de scheiding niet volledig uit mijn leven. In het weekend en op woensdag was ik bij hem thuis.

Hoewel hij probeerde een goede vader te zijn, deed hij toen ik zeven was iets wat mijn vertrouwen in hem verbrijzelde. Door deze vertrouwensbreuk ontstond er een kloof die steeds groter werd. Als hij naar huis belde, wilde ik liever niet aan de telefoon komen. Toen ik ouder werd, wilde ik niet langer op de door de voogdijraad aangegeven dagen naar mijn vader toe, maar wilde ik daarover zelf kunnen beslissen.

Toen ik op de middelbare school zat, ging ik veel minder vaak naar mijn vader. Ik zag hem maar twee of drie keer per maand. Toen ik naar de universiteit ging, werden de telefoontjes steeds sporadischer, zozeer zelfs dat ik hem maar één keer per semester sprak. De band met mijn vader had meer weg van een formaliteit dan van een hechte ouder-kindband.

In mijn tweede jaar aan de universiteit besloot ik met hem te gaan praten over het incident dat in mijn kinderjaren had plaatsgevonden en dat onze band zoveel jaar geleden had beschadigd. Ik hoopte het achter mij te kunnen laten, vergeving te laten gelden en overnieuw te kunnen beginnen. In een e-mail zette ik mijn gevoelens uiteen en wachtte op een antwoord.

Een tijdje later kreeg ik een e-mail van hem terug. Voordat ik zijn reactie las, bad ik en vroeg mijn hemelse Vader of zijn Geest bij mij zou zijn terwijl ik de e-mail las. Dit was zo’n belangrijk moment in mijn leven — ik stond op het punt te lezen wat mijn vader te zeggen had en in welke richting onze relatie zou gaan. Ik was bang en voelde mij heel erg alleen.

En ik was alleen, alleen op mijn kamer met mijn computer. Ik had steun nodig. Ik bleef tot mijn hemelse Vader bidden en voelde zijn Geest. Eindelijk had ik de moed om de e-mail te lezen.

Het antwoord van mijn vader was heel kort. Hij zei dat hij geen idee had waar ik het over had en dat hij eigenlijk geen tijd had om over het verleden te praten.

De manier waarop hij iets wat zo belangrijk voor mij was wegwuifde en elke vorm van toenadering van tafel veegde, deed erg pijn. Ik voelde mij in de steek gelaten, en was in en in verdrietig over de verstoorde relatie die zich al ruim tien jaar voortsleepte.

Terwijl ik in mijn stoel zat te snikken, voelde ik de Geest. Ik had de aanwezigheid van mijn hemelse Vader nog nooit zo sterk gevoeld. Ik voelde mij letterlijk ‘voor eeuwig in de armen van zijn liefde gesloten’ (2 Nephi 1:15). Terwijl ik zat te huilen voelde ik mij gerustgesteld en geliefd.

De band met mijn aardse vader liet dan te wensen over, mijn hemelse Vader zou mij niet in de steek laten. Zijn aanwezigheid is heel reëel in mijn leven. Ik weet dat Hij van mij houdt, om mij geeft en altijd een goede band met mij wil hebben. Ik weet dat Hij mijn Vader is. En Hij zal niet bij mij weggaan.

Illustratie Paul Mann