2012
Het getuigenis van Thomas
juli 2012


Het getuigenis van Thomas

‘En nu geef Ik, de Heer, u een getuigenis van de waarheid’ (LV 67:4).

Het was gezinsavond en iedereen had iets te doen. Mama had de leiding. Papa gaf de les. De kinderen deden de gebeden, de muziek en de activiteit — alleen Thomas niet. Deze week was Thomas aan de beurt om zijn getuigenis te geven, en hij was daardoor in verlegenheid gebracht.

Thomas had wel eerder zijn getuigenis gegeven, maar dat was al lang geleden, en hij kon zich niet meer zo goed herinneren wat hij moest zeggen. Dus toen het openingslied voorbij was en het gebed was uitgesproken, fronste Thomas zijn wenkbrauwen.

‘Het is jouw beurt’, herinnerde mama hem.

Thomas keek door het raam naar de boom buiten en wenste dat die hem op de een of andere manier kon vertellen wat hij moest doen.

Papa ging naast Thomas zitten en vroeg wat er aan de hand was.

‘Ik weet niet wat een getuigenis is’, zei Thomas zachtjes.

‘Daar kan ik je wel mee helpen’, zei papa. ‘Het betekent dat je ons een paar dingen vertelt waarvan je weet dat die waar zijn, of dingen die je gelooft. Je zou kunnen vertellen dat je graag in de Schriften leest. Dat helpt je altijd om de Geest te voelen.’

Maar Thomas had niet het gevoel dat hij er klaar voor was. Iedereen keek naar hem en wachtte tot hij iets deed. Hij schudde zijn hoofd. ‘Ik kan het niet. Ik weet niet wat het is.’

Papa gaf Thomas een klopje op zijn arm. ‘Geeft niet. Je kunt het een andere keer doen.’

Later die avond zat Thomas in bed met zijn boek-van-mormon. Papa had gelijk. Hij voelde zich inderdaad altijd prettiger als hij in de Schriften las. Hij probeerde elke dag een hoofdstuk te lezen, maar de hoofdstukken begonnen wel erg lang te worden. Hij deed zijn Schriften open bij 1 Nephi 17.

‘Dat is een lang hoofdstuk!’ fluisterde Thomas. Hij zei een kort gebedje op voor zijn hemelse Vader en vroeg om hulp. En toen verbaasde het hem hoe snel de tijd voorbijging.

Vlak voordat Thomas het licht uitdeed, kwam papa hem welterusten zeggen.

‘Weet je wat, pap?’

‘Wat is er, jongen?’

‘Ik heb de hele week niet in mijn Schriften gelezen omdat de hoofdstukken te lang werden. Maar vanavond wilde ik graag lezen, dus zei ik een gebed, en hemelse Vader hielp me. Ik heb het hele hoofdstuk gelezen, en het voelt alsof het maar vijf minuten was. Bidden is goed.’

‘Thomas, weet je wat je net hebt gezegd?’ vroeg papa met een glimlach. ‘Je hebt je getuigenis gegeven!’

‘Echt waar?’ vroeg Thomas. ‘Hoezo?’

‘Toen je vertelde dat bidden je had geholpen — dat is een getuigenis van gebed.’

Thomas’ mond viel open van verbazing. Hij dacht aan alle keren dat mensen hem iets over een getuigenis hadden verteld. Nu wist hij dat hij echt een getuigenis had gegeven!

Thomas was er zo blij mee dat hij wel kon lachen. Hij gaf zijn vader een knuffel.

‘Tjonge, ik heb het gedaan!’ zei Thomas. ‘Papa, mag ik volgende week op de gezinsavond mijn getuigenis geven? Ik weet dat het niet mijn beurt is, maar ik wil het over gebed hebben.’

‘Dat vind ik een prima idee’, zei papa.

Toen papa de kamer uitging, dacht Thomas aan alles wat er die dag was gebeurd. Hij was dankbaar voor zijn familie, de Schriften, het gebed en heel veel andere dingen. En op dat moment was hij het dankbaarst voor een getuigenis. Hij wist hoe hij het moest geven en wat het was.

Illustraties Matt Smith