2012
Het Licht van de wereld
December 2012


Het Licht van de wereld

‘Want evenals in Adam allen sterven, zo zullen ook in Christus allen levend gemaakt worden’ (1 Korintiërs 15:22).

Erin stond op het Tempelplein in Salt Lake City naar een levensgrote kerststal te kijken en te wachten totdat de muziek en het verhaal zouden beginnen. Er fonkelden heel veel lichtjes om haar heen. Maar het voelde niet als de kersttijd.

‘Gaat het een beetje?’ vroeg mama aan haar.

Erin knikte, maar ze wist het nog zo net niet.

Een paar dagen daarvoor was er een jongen uit Erins klas bij een auto-ongeluk omgekomen. Ze had veel mensen zien huilen op zijn begrafenis en ze had zelf ook heel hard gehuild. Ze kende de jongen niet zo goed, maar Erin wist dat zijn familie net zoveel van hem hield als haar familie van haar. Ze vond het eng dat zoiets iemand van haar leeftijd kon overkomen.

Nu leek het kerstgevoel heel ver weg. Ze maakte zich almaar zorgen — ze was bang in de auto, bang zonder haar ouders in de buurt, bang om het huis uit te gaan omdat er onderweg iets ergs zou kunnen gebeuren. Alle kerstlichtjes op het Tempelplein konden haar zorgen niet wegnemen. Hoe kon ze gelukkig zijn in een wereld die niet altijd veilig was?

‘Het gaat zo beginnen’, zei papa. Hij wees op de kerststal.

De luidsprekers kraakten in de avondlucht en er kwam een stem uit. De muziek begon en er gingen schijnwerpers aan die op de beelden van de herders, wijzen, Maria en Jozef schenen. Erin luisterde naar het bekende verhaal. Het kindje Jezus was geboren en in een kribbe gelegd. Engelen zongen. Herders aanbaden. Wijzen waren blij.

Erin keek naar de gezichten van haar ouders en de menigte die zich om de kerststal hadden geschaard. Ze leken allemaal blij te zijn. Maar waarom was iedereen zo blij over het kindje Jezus als zijn geboorte geen eind had gemaakt aan slechte dingen? Erin was niet blij met de vraag die door haar hoofd spookte. Ze wilde alleen dat ze niet meer bang was.

Het verhaal was afgelopen en er kwam een opname van de stem van de profeet uit de luidsprekers. Hij gaf zijn getuigenis en las een tekst uit de Bijbel voor: ‘Want evenals in Adam allen sterven, zo zullen ook in Christus allen levend gemaakt worden’ (1 Korintiërs 15:22).

Erins hart ging sneller kloppen. Ze herhaalde de woorden in gedachten, probeerde ze vast te houden. Want evenals in Adam allen sterven, zo zullen ook in Christus allen levend gemaakt worden.

In die tekst stond dat allen zullen sterven — jonge mensen, oude mensen — iedereen. Erin wist dat natuurlijk al, maar ze had er nooit veel over nagedacht. Ze dacht dat ze te jong was om over zulke dingen na te denken. Maar ze was niet te jong om een getuigenis te hebben van deze waarheid: dankzij Jezus Christus zal iedereen weer leven. Daarom waren de herders en de wijzen zo blij. Zij begrepen wat Jezus op aarde kwam doen.

Erin keek naar een raam in het bezoekerscentrum achter de kerststal. In het gebouw scheen een licht op een groot beeld van Jezus met uitgestrekte, verwonde handen. Erin dacht aan het kindje in de kribbe en hoe Hij alle macht had gekregen. En toch had Hij ervoor gekozen om zijn leven voor haar neer te leggen. Hij was geboren zodat zij weer zou leven. Wat er ook gebeurde, Erin was veilig in Jezus’ liefde.

Ze voelde zich ineens heel rustig worden. Ze kon niet goed uitleggen hoe, maar haar zorgen verdwenen. Toen ze naar het beeld van Jezus Christus keek, dat meer straalde dan de fonkelende lichtjes, had ze geen oog voor de donkere avondlucht. Ze had het te druk met het warme gevoel van hoop dat in haar brandde.

Illustratie Steve Kropp