Met een onderworpen hart dienen

Gedurende zijn hele leven was Jezus Christus bereid rust en comfort op te offeren om anderen te dienen. Nergens was dat duidelijker dan in de hof van Gethsémané en in de gebeurtenissen die aan het kruis voorafgingen. De Heiland onderwierp Zich aan de wil van zijn Vader. Hij was bereid om zichzelf op te offeren voor anderen, zoals de dief naast Hem, de wrede soldaten en de mensen die Hem hadden verworpen (zie Lukas 23:34, 39–43).

Afbeelding

de kruisiging van Christus

De kruisiging van Christus, met dank aan het Museum voor kerkgeschiedenis

Bediening: opoffering en onderworpenheid

Ons hart aan God onderwerpen is een belangrijk onderdeel van onze bediening, want het is een essentieel bestanddeel van meer op Hem gaan lijken. Dat is niet alleen nuttig om ons volledige potentieel te bereiken, maar stelt ons ook in staat om anderen tot zegen te zijn.

‘Onderworpenheid aan God is de laatste fase in onze geestelijke ontwikkeling’, heeft ouderling Neal A. Maxwell (1926–2004) van het Quorum der Twaalf Apostelen gezegd. ‘Dan worden we pas volledig bruikbaar voor God! Hoe kunnen we oprecht bidden om een werktuig in zijn handen te zijn als het werktuig de instructies probeert te geven?’¹

Zijn we bereid om opdrachten te aanvaarden of ingevingen op te volgen om te dienen, ook als dat niet goed uitkomt? Zijn we bereid om ons aan Gods wil te onderwerpen en onze tijd en talenten op te offeren om anderen tot zegen te zijn, zelfs als ze ons in het verleden onrecht hebben aangedaan? Als we net als de Heiland reageren, offervaardig en onderworpen, is niets onmogelijk (zie Markus 14:36; Johannes 19:30).

Als we de Heiland leren kennen, weten we beter hoe we in zijn plaats kunnen dienen. Hoe kunnen we de christelijke eigenschap onderworpenheid ontwikkelen?

1. We kunnen denken aan alles wat God voor ons heeft gedaan. En we kunnen eraan denken dat God ons alles heeft gegeven wat we hebben. Dat betekent dat onderwerping van onze wil aan de zijne, het enige is dat we Hem werkelijk kunnen geven.²

2. We kunnen om een onderworpen hart vasten en bidden (zie Alma 13:28; Helaman 3:35).

3. Als we de ingevingen van de Heilige Geest voelen, kunnen we ons voornemen om ons eraan over te geven en ze consequenter te volgen (zie Mosiah 3:19).

4. We kunnen ons leven oprecht onder de loep nemen en de terechtwijzing van de Geest aanvaarden. Denk na over de volgende vragen van president Russell M. Nelson:

   1. ‘Bent u bereid om God de grootste invloed op uw leven te laten hebben?’

   2. ‘Geeft u zijn stem voorrang boven alle andere?’

   3. ‘Bent u bereid om alles wat u voor Hem moet doen voorrang te geven boven elke andere ambitie?’

   4. ‘Bent u bereid om uw wil in de zijne op te laten gaan?’³

5. Maak en houd u aan plannen om alles te verwijderen wat in uw leven voorrang op Gods wil heeft gekregen. Als we offers voor Hem brengen, worden we gezegend.⁴