Verhalen uit de Schriften
Hoofdstuk 11:{1><1} Jezus wordt verleid


Hoofdstuk 11

Jezus wordt verleid

Afbeelding
Jesus goes into the wilderness to be with God - ch.11-1

Jezus ging de woestijn in om bij God te zijn. De Heiland sprak met onze hemelse Vader. Veertig dagen lang at Hij niets omdat Hij vastte.

Matteüs 4:1–2 (zie BJS,Matteüs 4:1) Lucas 4:1–2

Afbeelding
Jesus is tempted by the devil to change rocks into bread - ch.11-2

De duivel probeerde Jezus ertoe te verleiden te bewijzen dat Hij de Zoon van God was. Eerst vroeg hij Jezus om stenen in brood te veranderen. Jezus had honger, maar Hij wist dat Hij zijn macht alleen mocht gebruiken om andere mensen te helpen. Hij deed niet wat de duivel wilde.

Matteüs 4:2–4; Jezus de Christus, pp. 97–98

Afbeelding
Jesus is taken to a high place on the temple - ch.11-3

Daarna nam de Heilige Geest Jezus mee naar een hoge plek op de tempel. De duivel probeerde Jezus weer te verleiden, en vroeg Hem om van de tempelmuur af te springen. De duivel zei dat als Jezus de Zoon van God was, de engelen Hem zouden helpen. Jezus sprong niet. Hij wist dat het niet goed was om zijn heilige macht op die manier te gebruiken.

Matteüs 4:5–7 (zie BJS,Matteüs 5–6)

Afbeelding
Jesus is taken to a high mountain - ch.11-4

Toen nam de Heilige Geest Jezus mee naar de top van een berg. Hij liet Jezus alle koninkrijken en rijkdommen van de wereld zien. De duivel zei dat hij Jezus al die dingen zou geven als Hij hem zou gehoorzamen. Jezus zei dat Hij alleen naar zijn hemelse Vader wilde luisteren. Hij stuurde de duivel weg. De duivel ging weg. Er kwamen engelen die Jezus dienden. Jezus was klaar om met zijn werk te beginnen.

Matteüs 4:8–11 (zie BJS,Matteüs 4:8–9)