2011
Veilig naar huis zeilen
Juni 2011


Veilig HUISWAARTS zeilen

Hoewel de zeeën van het leven soms ruw zijn, weten heiligen der laatste dagen in Visakhapatnam (India) dat de thuishaven een vredige haven is.

De vissers uit Visakhapatnam zeilen het zeegat uit. Op de meeste dagen is de zee kalm, de oceaan vriendelijk en komen de boten vol vis terug. Maar soms worden de wateren ruw. De lucht wordt donker, er komen dreigende golven aan en de vissers komen maar net op tijd veilig in hun haven terug.

De jongeren uit de kerk in Visakhapatnam trekken dagelijks de wereld in. Op de meeste dagen is het leven goed voor ze. Ze doen kennis op, krijgen nieuwe vrienden en keren vol levensvreugde terug naar huis. Maar soms wordt het leven in de wereld ruw. Golven van ontmoediging beuken op hen in, verleiding torent boven hen uit en twijfel verduistert de geestelijke lucht. Op die dagen verheugen ze zich als ze veilig terugkeren in hun haven van vrede, de haven die ze thuis noemen.

Afbeeldingen aan de wand

Twee van die tieners uit de kerk, Naga Bushan Ratnam en Pavani Kotala Ratnam, wonen met hun ouders in een klein flatje ver buiten de stad, vlakbij de staalfabriek waar hun vader werkt. Je kunt aan de afbeeldingen in het flatje zien wat hier de prioriteiten zijn. Een boekenplank bij de voordeur staat vol gezinsfoto’s. En in de slaapruimte hangen afbeeldingen van de Heiland, de tempel en het Eerste Presidium aan de muur.

‘Als ik wakker word, zijn die afbeeldingen het eerste wat ik zie’, zegt Pavani. ‘Als ik ’s avonds ga slapen, is dat het laatste wat ik zie.’

Pavani meent dat we allemaal thuis een vredige haven kunnen scheppen. ‘Daarom houd ik het schoon’, zegt ze. ‘Dat is een manier om het de Geest aantrekkelijk te maken hier te zijn.’ En op school: ‘Ik heb altijd Voor de kracht van de jeugd in mijn boekentas, dus telkens als ik een boek pak, zie ik het.’

Naga vindt dat gesprekken met zijn zus hem vrede geven. ‘Natuurlijk praten we met onze ouders en vragen we hen in veel dingen om raad’, zegt hij. ‘Onze vader is districtspresident, dus we praten vaak met hem, zowel officieel als onofficieel. En we praten graag met onze moeder. Maar het is heel bijzonder om met mijn zus te praten.’ Als Naga van streek is, kalmeert Pavani hem. Naga is wat gereserveerd, dus helpt Pavani hem om wat hartelijker te zijn.

‘Maar boven alles sterken wij elkaar in het naleven van de normen’, zegt Naga. Pavani vraagt Naga bijvoorbeeld om advies over fatsoenlijke kleding. ‘Als hij vindt dat het niet aan de kerknormen voldoet, draag ik het niet’, zegt zij. En ze hebben het vaak over mensen helpen, zowel in de kerk als in de gemeenschap. Dergelijke discussies zijn er deels oorzaak van dat Naga ervan droomt om op een dag cardioloog (hartspecialist) te worden. ‘Ik wil ook in mijn loopbaan iets voor een ander kunnen doen’, zegt hij.

De tieners uit de familie Ratnam leggen uit dat het priesterschap thuis hebben ook iets toevoegt aan het welzijn van hun familie. Ze halen herinneringen op aan de tijd, acht jaar geleden, toen hun vader hen meenam naar de kerk, ook al moesten ze daarvoor met zijn vieren op één motorfiets veertig kilometer heen en weer reizen. Ze praten over de gelovige gebeden voor Pavani toen ze ziek was op de dag dat vader gedoopt werd, over de priesterschapszegen die vader de ernstig zieke Naga gaf tijdens zijn schoolexamens, en over de manier waarop vader praat met moeder, met hen, en in gebed met hemelse Vader als hij belangrijke beslissingen moet nemen.

‘Ik heb positieve veranderingen gezien in onze familie toen we vooruitgang maakten in het evangelie’, zegt Pavani. ‘Ik heb als jongste in het gezin veel gehad aan het voorbeeld van mijn ouders en mijn broer. Ik weet dat Jezus Christus me in elk stadium van mijn leven heeft geholpen. Ik heb mensen om me heen die me helpen en liefhebben, en de Heiland heeft me lief. Die liefde is voor mij het belangrijkste van allemaal.’

Die liefde was zichtbaar toen het gezin voor hun verzegeling naar de tempel in Hongkong (China) reisde. Naga zegt dat de tempel de veiligste haven op aarde is: ‘Het is een heilige plek. Als ik er alleen al maar aan denk, wordt ons thuis een heilige plek.’ En dat maakt het flatje van de familie Ratnam een fijne plek.

Veiligheid door de Schriften

Hepsiba, Sandeep en Sujith Batha, die met hun ouders in de binnenstad van Visak wonen (zoals de plaatselijke inwoners de stad noemen), zeggen dat de Schriften een anker voor hen zijn in hun vredige haven. ‘Door de Schriften te lezen, nodigen we de Geest uit om ons te leiden op het juiste pad, zodat we goede beslissingen kunnen nemen’, zegt Hepsiba. ‘We nodigen bij ons thuis ook de Geest uit als we gezinsavond en gezinsgebed hebben.’

In feite, zegt Sandeep, herinnert zijn moeder hen eraan ‘om elke dag te bidden als je gaat of als je komt. Als ze “Wees alsjeblieft dankbaar” zegt, wil ik dankbaar zijn voor alles.’

Sujith zegt dat een andere vredige plek de kerk is, waar de leden in de bijeenkomsten samen het evangelie leren, waar iedereen kan komen aanbidden, en waar activiteiten worden gehouden waarbij jongeren met dezelfde normen elkaar kunnen steunen en geruststellen. ‘De Heer zegt ons dat we het licht van de wereld zijn’, zegt Sujith (zie Matteüs 5:14). ‘Komen we bijeen, dan houden we dat licht fel brandend, en zijn we eerder geneigd om het met andere mensen te delen.’

Gelukkig thuis

Het was dát delen waardoor de familie Butty in aanraking kwam met het evangelie. De zusjes Sandhya en Sudha Butty en hun ouders kunnen nauwelijks ophouden met glimlachen, zo enthousiast zijn ze als ze vertellen hoe ze kennismaakten met de kerk.

‘We zijn als gezin lid geworden van de kerk’, legt Sandhya uit. ‘We waren al heel lang naar de juiste kerk op zoek. We wisten dat we gedoopt moesten worden. En toen zag onze vader op een dag twee zendelingen. Op hun naamplaatje stond ‘De Kerk van Jezus Christus’ en toen wist hij dat hij met ze moest praten.’

Ze volgden de lessen aandachtig. ‘We leerden dat Jezus Christus voor ons leed om de wil van de Vader te doen en de verzoening tot stand te brengen, en dat Hij het ons mogelijk maakte om terug te keren naar onze hemelse Vader door Hem te volgen’, zegt Sudha. Met dat getuigenis als stevig fundament leek lid worden van de kerk net zo prettig als zeilen over rustige zeeën, en de familie Butty heeft zich sindsdien in die beslissing verheugd.

Elke dag varen de vissersboten van Visakhapatnam het zeegat uit. Elke dag trekken de jongeren uit de gemeentes Visakhapatnam 1, 2 en Gajuwaka de wereld in. Ze kunnen allemaal veilig terugkeren naar een bekende haven. Maar in het geval van de heiligen der laatste dagen is het een haven die niet alleen nu veilig is, maar voor de eeuwigheid.

Foto’s Richard M. Romney

De kerk en het gezin bieden niet alleen de familie Ratnam een veilige haven (vorige pagina), maar ook (van links naar de rechts, met de wijzers van de klok mee) Sujith, Sandeep en Hepsiba Batha; Pavani en Naga Ratnam; de familie Butty; en andere jongeren uit Visakhapatnam, dat drie gemeenten telt.