2009
De sterke wortels vastpakken
Oktober 2009


De sterke wortels vastpakken

Melsida Hakobyan (Armenië)

Toen ik nog naar school ging in Rusland, las ik een angstaanjagend verhaal van twee jongens die in het bos een beer tegenkwamen. Toen ik jaren later onderwijzeres was, vroegen enkele vrienden me mee naar het bos om paddenstoelen te plukken. Het bos boezemde me nog angst in, maar ik stemde toch in.

In het bos greep ik een stok om me te kunnen verdedigen als ik een beer tegen zou komen. Mijn vrienden vonden al gauw de bruine paddenstoelen die ze zochten. Maar ik was op zoek naar vliegenzwammen, dus ik ging in een andere richting. Voordat ik er erg in had, was ik alleen.

Tijdens mijn zoektocht gleed ik uit en viel op de grond. Mijn paddenstoelenmandje vloog in de lucht, maar ik hield mijn stok stevig vast. Toen ik probeerde op te staan, merkte ik dat de grond modderig en kleverig was. Tot mijn afschuw besefte ik dat ik een moeras in gelopen was! Mijn rubberlaarzen vulden zich al snel met water en ik begon te zinken. Ik probeerde mijn benen te bewegen, maar in plaats van vrij te komen werd ik verder naar beneden gezogen. Toen ik tot mijn middel in de modder zat, werd ik erg bang.

Ik riep mijn vrienden, maar het enige antwoord dat ik hoorde, was het gezoem van libellen en het gekwaak van kikkers. Ik begon te huilen en moest ineens aan mijn moeder denken. Als zij in moeilijkheden was, bad ze. Ze had me vaak gevraagd om mee te bidden, maar ik weigerde altijd en zei ‘God bestaat niet’.

Maar oog in oog met de verdrinkingsdood kon ik alleen maar bidden en God om hulp vragen. ‘Als u leeft, help me dan alstublieft!’ riep ik uit.

Vrijwel meteen hoorde ik een vriendelijke stem: ‘Geloof, en wees niet bang. Pak de sterke boomwortel vast.’

Ik keek om me heen en zag een grote boomwortel voor me. Met behulp van mijn stok kon ik hem vastpakken. En toen gaf iets mij de kracht om mezelf uit het moeras te trekken.

Bedekt met modder liet ik me op de grond vallen en bedankte ik God voor het verhoren van mijn gebed. Toen geloofde ik dat Hij bestond. Ik had zijn aanwezigheid gevoeld en zijn stem gehoord, en Hij had mij de kracht gegeven om mezelf los te trekken.

Korte tijd later vertelden de voltijdzendelingen mij dat de profeet Joseph Smith antwoord op zijn gebed in het heilige bos had gekregen, en ik geloofde ze. Tenslotte had God mijn gebed in een bos ook beantwoord. Ik greep de sterke wortels van het evangelie vast, liet me al spoedig dopen, en ik heb nu een functie in de gemeente Gyoemri, in Armenië.

Ik weet dat onze hemelse Vader al zijn kinderen liefheeft en ik ben dankbaar dat ik lid ben van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen. Ik ben ook dankbaar voor de vele andere zegeningen die ik van mijn hemelse Vader heb gekregen, vooral zijn antwoord op het gebed dat een atheïst zo veel jaren geleden in het bos uitsprak.

Toen de modder tot mijn middel reikte, werd ik erg bang. Ik riep mijn vrienden, maar het enige antwoord dat ik hoorde, was het gezoem van libellen en het gekwaak van kikkers.