2003
Dan houdt nog het anker der hope
Mei 2003


Dan houdt nog het anker der hope

Je kunt elke morgen met onverzwakte hoop uitkijken naar nieuwe avonturen, omdat je een Heiland hebt.

Een paar dagen voordat onze oudste kleindochter werd geboren, vroegen haar ouders zich af of de baby een jongen of een meisje zou zijn. De zondag daarop zongen ze in de kerk: ‘Dan houdt nog het anker der hope’ (‘Wij danken U, Heer, voor profeten’, lofzang 17). Plotseling wisten ze het en zeiden tegen elkaar: ‘Het is een meisje!’ Toen de baby geboren was, noemden ze haar Hope.

Hope, die zo’n passende naam heeft, is nu vijf. Elke dag kijkt ze bij het ontwaken uit naar nieuwe avonturen. Ze zit dit jaar voor het eerst op school en wil zo veel leren. De onverzwakte hoop straalt uit haar ogen. (Zie 2 Nephi 31:20.)

De afgelopen paar weken heb ik met veel van jullie, jongevrouwen, gesproken. Ik heb met jullie gesproken over je talenten, je worstelingen, en je toekomstdromen. Ik zie jullie gezicht nog voor me. Ik zie het gelukkige gezicht van de jongevrouw die nog maar een half jaar lid van de kerk is. Ik zie het eenzame gezicht van een meisje dat in haar familie het enige lid is en in haar eentje bij de bushalte staat. Ik zie het bezorgde gezicht van een meisje dat vroeg: ‘Kan ik ooit goed genoeg zijn voor de tempel?’ En ik zie het vermoeide gezicht van jongevrouwen die vroeg waren opgestaan voor het seminarie. Sommigen van jullie vinden het leven heerlijk, en sommigen maken zich zorgen over jullie problemen en de toekomst. Toen ik met jullie sprak, keek ik of ik in jullie ogen de onverzwakte hoop weerspiegeld zag.

Ik vraag me soms af of jullie eraan denken dat jullie dochters zijn van onze hemelse Vader die van jullie houdt. Toen je je liet dopen, volgde je het voorbeeld van je Heiland en begaf je je op de weg die terugleidt naar je hemels thuis. Nephi zegt: ‘Dan zijt gij op dit enge en smalle pad dat naar het eeuwige leven leidt; dan zijt gij binnengegaan door de poort’ (2 Nephi 31:18). Omdat je nu al op dat pad bent, hoef je daar alleen maar op te blijven, en om er te blijven, moet je hoop hebben, het anker der hope dat je pad verlicht.

Mormon vraagt: ‘Waarop zult gij hopen?’ Hij noemt drie soorten hoop: ‘Door de verzoening van Christus en door de kracht van zijn opstanding (zult gij) hoop (…) hebben om tot het eeuwige leven te worden opgewekt’ (Moroni 7:41).

Toen je je liet dopen, werd je deelgenoot van die eerste belangrijke hoop, de verzoening van Christus. Elke keer als je deelneemt aan het avondmaal en het waardig bent, heb je de kans om opnieuw te beginnen en een beetje beter te leven. Alsof je het oude, slechte deel van jezelf begraaft en een nieuw leven begint.

Ik heb met twee jongevrouwen gesproken die letterlijk hun oude manier van doen hadden begraven. Ze hadden kleding die niet aan de norm van verbondsdochters van God voldeed, dus groeven ze een diep gat in de grond, stopten al hun onfatsoenlijke kleding erin, en begroeven die!

Je hoop en geloof in de Heiland zullen toenemen als je je bekeert en bij jezelf veranderingen aanbrengt. Dat is hetzelfde als je zonden begraven. Misschien wil je ook de hulp van je ouders en je bisschop inroepen terwijl je aan je vooruitgang werkt. Als je je bekeert, aan het avondmaal deelneemt en het waardig bent, kun je ‘in nieuwheid des levens wandelen’ (Romeinen 6:4). Er bestaat een anker van hoop voor je door de verzoening van Christus. Omdat je je hebt laten dopen, ben je al op weg naar het eeuwige leven. Blijf op dat pad!

De tweede belangrijke hoop is de opstanding. Aan jullie allemaal is beloofd dat je door onze Heiland, Jezus Christus, zult herrijzen, en je weet dat er, als dit leven voorbij is, nog veel meer leven is.

Mijn nichtje Katie was een hoopvolle, twintigjarige studente met veel talenten en toekomstplannen. Vier jaar geleden kwam Katie om bij een auto-ongeluk. Hoewel onze familie haar nog steeds erg mist, weten we dat we met haar herenigd worden, en we maken ons geen zorgen om haar. In Katie’s portefeuille zat haar tempelaanbeveling die haar bisschop haar had gegeven zodat ze zich voor haar voorouders kon laten dopen. Katie leefde het evangelie na. Niet lang voordat Katie stierf, schreef ze: ‘Als dit mijn laatste dag op aarde was, zou ik deze woorden nalaten. Maak elke dag zinvol. (…) Blijf dicht bij de Heer. Vergaar alle mogelijke kennis over de Schriften, over het evangelie, over de scheppingen van de Heer (…). Wees dienstbaar, (…) denk altijd aan Christus’ voorbeeld en zijn verzoening, en streef er elke dag naar om op Hem te lijken.’ Ze had het pad naar het eeuwige leven betreden en was erop gebleven.

Door Christus heb je ‘het anker der hope’, en je hoeft je niet druk te maken over ziekte, dood, armoede of andere beproevingen. De Heer zal voor je zorgen. Het is jouw taak om de geboden te onderhouden, je in de woorden van Christus te verheugen en op het pad naar je hemelse thuis te blijven.

Met de hoop van de verzoening en de opstanding heb je nog een derde belangrijke hoop: de hoop op het eeuwige leven. Omdat je een Heiland hebt, kun je een toekomst plannen die verder gaat dan dit leven. Als je de geboden onderhoudt, heb je een belofte van eeuwig leven. Je kunt je ook voorbereiden door studie en leren, en door bekend te worden :met alle goede boeken, en met talen, (…) en volken’ (LV 90:15). Je begrijpt: ‘Welk grondbeginsel van ontwikkeling wij in dit leven ook zullen verwerven, in de opstanding zal dit met ons verrijzen’ (LV 130:18).

Ik ben gezegend met een moeder die altijd heeft beziggehouden met haar voorbereiding om God te ontmoeten. Ze begrijpt de beginselen van scheppen, leren en dienen. Haar motto is altijd geweest: ‘Aanvaard de taak waarin je jezelf moet overtreffen, en je zult groeien.’ Ik noem wat hoogtepunten uit haar avontuurlijke leven. In haar jeugd woonde ze in de ruige Uinta-bergen. Haar vader werkte daar. Ze leerde hoge bomen snoeien, vissen, en kamperen in de openlucht. In de winter ging ze in de stad naar school, speelde in een basketbalteam en leerde trompet spelen. Ze ging naar het voortgezet onderwijs en werd verpleegster. Toen ze getrouwd was, ging ze met haar man op zending in Brazilië waar ze Portugees leerde. Ze is naar veel landen geweest en heeft duizenden over het evangelie verteld. Ze bestudeert de Schriften dagelijks, heeft diverse boeken over familiegeschiedenis geschreven, werkt in de tempel, houdt contact met 62 kleinkinderen en kan in één ochtend zeshonderd donuts bakken!

Mijn moeder is haar hele leven op het pad van de Heiland gebleven, met onwrikbaar geloof in Hem (zie 2 Nephi 31:19). Elke dag kijkt ze bij het ontwaken uit naar nieuwe avonturen. Voor haar is dit leven heel boeiend en ze heeft nog zoveel te leren.

Omdat jij een Heiland hebt, geloof jij ook in een gelukkig, eeuwig leven waarin je schept, helpt en leert. Je bevindt je al op het enge en smalle pad, en er is een anker der hope voor je.

Enkele jaren geleden was ik bij mijn bewonderenswaardige oma van 97. Ineengedoken in haar rolstoel, zwak en bijna blind, sprak ze stilletjes over haar leven. Ik zei: ‘Dit is een slechte wereld. Er zijn zo veel verleidingen en problemen. Is het mogelijk om volgens onze normen te blijven leven en naar onze hemelse Vader terug te keren?’ Ze ging langzaam rechtop zitten en zei op gebiedende toon: ‘Jazeker! Je moet! Daarom ben je hier!’ Bedankt, oma, dat u me hoop hebt bijgebracht.

Net als Katie, mijn moeder en kleine Hope van vijf, kun je elke ochtend met onverzwakte hoop uitkijken naar nieuwe avonturen, omdat je een Heiland hebt. Je hebt je laten dopen in zijn kerk, De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen. Je hoeft daar alleen maar te blijven en met onverzwakte hoop voorwaarts te streven naar je hemels thuis. In de naam van Jezus Christus. Amen.