2010
Parasols van pioniers
juli 2010


Parasols van pioniers

‘Naastenliefde is de reine liefde van Christus en zij houdt eeuwig stand’ (Moroni 7:47).

Sarah! Sarah, word wakker!’ zei Christiana Larsen van vijf tegen haar kleine zusje. ‘Het is tijd om te gaan.’

Sarah van drie had moeite om haar ogen open te doen.

‘Maar het is buiten nog donker’, klaagde ze slaperig.

‘Dat weet ik, maar mama zegt dat we vroeg weg moeten. Het schip naar Amerika vertrekt al gauw.’

De familie Larsen was in Denemarken lid geworden van de kerk. Nu ondernamen ze de lange reis om zich in de Salt Lake Valley bij de heiligen te voegen.

Christiana hielp Sarah met aankleden. Daarna keken de meisjes met tranen in de ogen naar hun comfortabele slaapkamer. Ze wisten dat het lang zou duren voordat ze weer in een echt bed zouden slapen.

‘Vergeet je parasol niet, Sara’, zei Christiana terwijl ze haar eigen zijden parasol met kantjes pakte. ‘Mama zei dat ze die bij het beddengoed zou inpakken.’

Mama en papa hadden gezegd dat ze alleen maar echte benodigdheden mee konden nemen op de reis naar Amerika. Na het inpakken van het beddengoed, de kleding en de gereedschappen zou er niet veel ruimte over zijn. Maar Christiana en Sarah hadden gesmeekt om één lievelingsvoorwerp mee naar hun nieuwe woonplaats te nemen. En ze lieten tenslotte hun poppen, boeken en speelgoed achter. Allebei de meisjes kozen hun prachtige parasol.

De zon kwam net op toen Christiana en haar familie aan boord gingen van het schip dat hen naar Amerika zou brengen. Ze waren opgewonden omdat ze naar Zion gingen, hoewel ze vrienden, familie en een huis achterlieten.

De oceaanreis was lang en vermoeiend. Tijdens de hete middagen op het schip gebruikten de meisjes hun mooie parasols om de zon van hun hoofd te weren. Als de wind in de goede richting blies, voer het schip gestaag door. Maar als de windrichting veranderde, werd het schip teruggeblazen, vaak wel zo ver als het die dag was gekomen.

Toen de familie Larsen in Amerika aan land was gegaan, kochten ze een wagen en runderen en ondernamen ze de lange reis naar de Salt Lake Valley. De rit in de wagen was hobbelig en heet, dus Christiana en Sarah gingen vaak lopen.

Net als veel andere pioniersfamilies, had de familie van Christiana onderweg ontberingen en drama’s te verduren. Christiana’s pasgeboren broertje overleed tijdens de reis en werd op de vlakten begraven.

Toen de familie Larsen in 1857 de Salt Lake Valley bereikte, ging Christiana graag met de andere kinderen van haar leeftijd naar de kerk. Christiana en Sarah droegen elke zondag blij hun parasol naar de kerk om de hete woestijnzon uit hun gezicht te houden.

Met het verstrijken van de dagen en weken begonnen het geld en het voedsel van de familie op te raken. Op een avond hoorde Christiana haar ouders het probleem bespreken. Haar vader zei dat hij een familie kende die gezegend was met een goede graanoogst. Als de familie Larsen iets te ruilen had, konden ze aan meel komen. Maar wat hadden ze om te ruilen?

Christiana zei iets. ‘Papa, u kunt de parasols van Sarah en mij ruilen.’

‘Maar jullie zijn gek op je parasols, Christiana. Dan kan ik ze toch niet ruilen!’

‘Hindert niet, papa’, zei Christiana. ‘We hebben harder eten nodig dan parasols.’

De volgende dag ruilde Christiana’s vader de prachtige kanten parasols voor wat meel. Met het meel hadden ze voedsel voor het hele gezin.

Die avond keek Christiana voor het naar bed gaan verdrietig naar het hoekje waar haar prachtige parasol had gestaan. Maar toen ze aan het heerlijke brood dacht dat ze voor het avondeten hadden gehad, sloeg haar verdriet om in dankbaarheid. Toen ze die avond haar gebed opzei, bedankte ze haar hemelse Vader voor de prachtige parasol waardoor haar familie te eten had.

Illustratie Brian Call