De belangrijke rol van het zondagsschoolpresidium

Lauren Allen

Kerkelijke tijdschriften

In de wijk Highland 30 (Utah) doen Richard Christiansen en zijn raadgevers in het zondagsschoolpresidium iedere zondag wat er in bijna alle units van de kerk wordt gedaan: ervoor zorgen dat iedere klas een leerkracht heeft en leerlingen vanuit de gang naar hun leslokaal begeleiden.

Maar broeder Christiansen begrijpt dat zijn taken niet beperkt zijn tot het begeleiden van leerlingen en het luiden van de bel.

Een van de belangrijkste opdrachten van ieder quorum of iedere hulporganisatie is de leden evangeliebeginselen bijbrengen die essentieel zijn voor hun eeuwig heil. Een zondagsschoolpresidium, zoals broeder Christiansen en zijn raadgevers, moet als onderwijsdeskundigen in de wijk de leidinggevenden van de priesterschap en de hulporganisaties hierbij helpen.

‘Het onderwijs is het belangrijkste middel dat de kerk heeft om de leden te versterken, hun getuigenis van de herstelling te vergroten en het eeuwig heil en de verhoging tot stand te brengen’, zegt Russell T. Osguthorpe, algemeen zondagsschoolpresident.

Als zondagsschoolpresident van de wijk is broeder Christiansen een hulpbron voor ouders, leiders en leerkrachten om het onderwijs thuis en in de kerk te verbeteren.

‘Het gaat om het onderwijs, en als de leerkracht goed lesgeeft, maakt dat de aanwezigen enthousiast om te leren’, aldus broeder Christiansen.

Een van de hulpmiddelen waarover een zondagsschoolpresidium beschikt, is de cursus onderwijsverbetering, die tijdens de zondagsschool mag worden gegeven. De cursus bestaat uit 12 lessen die in het boek Onderwijzen — geen grotere roeping staan, en kan in opdracht van de bisschop door een lid van het zondagsschoolpresidium worden gegeven.

Volgens broeder Osguthorpe is ‘deze cursus nuttig voor alle kerkleden die hun onderwijsvaardigheden willen verbeteren’, thuis of in het leslokaal. ‘In de lessen leren de deelnemers hoe met de Geest te onderwijzen, hoe aan te zetten tot actief, ijverig leren, en hoe de leden te motiveren om de beginselen van het evangelie in praktijk te brengen.’

Volgens broeder Osguthorpe woont de zondagsschoolpresident de wijkraad bij, zoals vermeld in het Handboek kerkbestuur, boek 2, zodat hij weet welke doelen de bisschop voor de leden heeft en kan overleggen hoe het onderwijs kan worden verbeterd om die doelen te bereiken.

Tijdens de wijkraad of gemeenteraad kan de zondagsschoolpresident door de bisschop of gemeentepresident worden uitgenodigd om beginselen te bespreken die met evangelieonderwijs te maken hebben. Volgens broeder Osguthorpe kan hij ook verslag uitbrengen van de opkomst in de zondagsschoolklassen van jongeren en volwassenen, en kan hij de hulp inroepen van andere wijkleiders om leden te helpen die hulp nodig hebben.

‘Het doeltreffendste onderwijs in de kerk vindt thuis plaats, waar getrouwe ouders de evangeliebeginselen naleven en hun kinderen die beginselen bijbrengen. het doel van de hulporganisaties is om het gezin te helpen bij die heilige taken. Het zondagsschoolpresidium is een hulpbron in de wijk om zowel de ouders als de leerkrachten te helpen bij het vervullen van hun taken’, zegt broeder Osguthorpe.

Door het succesrijke onderwijs van ouders en kerkleiders wordt het getuigenis van de leden versterkt en worden ze aangemoedigd om tot Christus komen.

‘De enige redelijke manier om de doeltreffendheid van het evangelieonderwijs [in een wijk] te beoordelen, is de getrouwheid van de leden te observeren. Het onderwijs verbetert als meer jongemannen op zending gaan, als meer jongeren [opgroeien en] in de tempel trouwen, als meer ouders de Schriften bestuderen, gezinsavond houden en geregeld naar de tempel gaan.’

Wijzigingen in onderwijsverbetering

In een brief van 17 november 2006 heeft het Eerste Presidium aangekondigd hoe de onderwijsverbetering aangepakt behoort te worden. Er heerst nog steeds wat verwarring. Hieronder staat wat door het nieuwe beleid is beëindigd en wat niet.

Beëindigd:	Voortgezet:
De functies coördinator onderwijsverbetering van de ring en coördinator onderwijsverbetering van de wijk zijn komen te vervallen.	De taken van de coördinator onderwijsverbetering berusten nu bij de zondagsschoolpresident van de wijk of gemeente.
De driemaandelijkse bijeenkomst onderwijsverbetering is komen te vervallen.	De cursus onderwijsverbetering in Onderwijzen — geen grotere roeping mag nog steeds worden gegeven.

Hulpmiddelen voor onderwijsverbetering

Met gebruik van de Schriften, het lesboek Onderwijzen — geen grotere roeping (artikelnummer 36123 120), en het gedeelte ‘Evangelieonderwijs en leiderschap’ in het Handboek kerkbestuur, boek 2, kunnen de leden hun onderwijs verbeteren en gehoor geven aan de oproep van president Gordon B. Hinckley (1910–2008) om ‘beter dan ooit tevoren’ in het evangelie van Jezus Christus te onderwijzen. (Zie ‘We Have a Work to Do’, Ensign, mei 1995, p. 88.)

President Hinckley heeft ook gezegd: ‘We moeten onszelf en onze mensen sterk maken en ervoor zorgen dat onze leerkrachten uit hun hart spreken in plaats van uit hun boeken, zodat zij uiting kunnen geven aan hun liefde voor de Heer en zijn kostbare werk. Dan zal het vuur ook in het hart van de leerlingen gaan branden.’ (Teachings of Gordon B. Hinckley [1977], pp. 619–620.)

Het doel van de cursus onderwijsverbetering in Onderwijzen — geen grotere roeping is de kerkleden te helpen hun onderwijsvaardigheden te ontwikkelen en te beseffen hoe belangrijk onderwijsverbetering is. In de cursus worden onderwerpen behandelt als lesgeven met de Geest, actief leren aanmoedigen en effectieve lesmethoden hanteren.

Het lesboek Onderwijzen — geen grotere roeping is in meer dan dertig talen verkrijgbaar. U kunt contact opnemen met het plaatselijke distributiecentrum.