Cheryl A. Esplin

Cheryl Asay Esplin, tweede raadgeefster in het algemeen jeugdwerkpresidium, weet niet anders dan dat ze altijd al in haar hemelse Vader en Jezus Christus heeft geloofd. ‘Ik leerde al op jonge leeftijd om te bidden’, zegt ze. ‘Ik weet nog dat ik in gebed ging om hulp te zoeken voordat ik iets anders deed, en dat mijn gebeden altijd verhoord werden.’

Zuster Esplin is in oktober 1944 als dochter van Orson en Mildred Asay geboren, en heeft haar jeugd op een boerderij dertien kilometer ten oosten van Lovell (Wyoming) doorgebracht. Als de op een na oudste van negen kinderen moest ze vaak op de anderen passen. Zuster Esplin weet nog dat ze met haar jongere broertjes en zusjes onder haar hoede voor de veiligheid van het gezin bad als haar ouders weg waren.

Zuster Esplin heeft aan de Brigham Young University een bachelorsgraad in basisonderwijs gehaald. Tijdens haar studie leerde ze haar man, Max Esplin, kennen, met wie ze op 1 september 1967 in de St. Georgetempel (Utah) is getrouwd. Na de studie moest broeder Esplin zijn militaire dienstplicht vervullen en heeft zuster Esplin twee jaar voor de vijfde klas gestaan in de buurt van haar familie in Byron (Wyoming).

Zij is werkzaam geweest in de zustershulpvereniging, de jongevrouwen en het jeugdwerk. Haar voorlaatste roeping was in het algemeen jeugdwerkbestuur. Ze heeft ook met haar man in het zendingsgebied Raleigh (North Carolina) gediend, waar hij zendingspresident was.

Het echtpaar Esplin heeft vijf kinderen. Zuster Esplin geniet van haar kleinkinderen. Ze bakken graag pannenkoeken en wafels, spelen verkleedpartijtjes, gaan op wandeltochten en lezen verhaaltjes samen.

Zuster Esplin vindt de boodschap in haar lievelingstekst, Leer en Verbonden 84:88, erg mooi: ‘En wie u ontvangt, daar zal Ik eveneens zijn, want Ik zal voor uw aangezicht uit gaan. Ik zal aan uw rechter- en aan uw linkerhand zijn, en mijn Geest zal in uw hart zijn, en mijn engelen zullen rondom u zijn om u te schragen.’ Zij hoopt dat de kinderen zullen onthouden dat onze hemelse Vader er altijd voor ze is als ze tot Hem bidden.